Zoektocht: welke onderneming betaalt in Nederland de meeste winstbelasting? En de winnaar is…
Was er maar zoiets als een Quote 500 met de bedrijven die in Nederland de meeste winstbelasting betalen. Wie zouden daarop staan?
Het is een vraag die zich niet zomaar laat beantwoorden, maar wel een vraag die snel aan actualiteit en urgentie wint. De rijksoverheid stevent namelijk af op extra bezuinigingen om de oplopende tekorten te financieren. En wie staan dan vooraan de rij om extra belasting te moeten betalen? Grote ondernemingen.
Steeds meer animo voor sociale doelen
Bovendien zie je van links tot rechts groeiende animo voor extra geld voor sociale doelen, zoals armoedebestrijding. In het debat over het aftreden van het kabinet RutteVier, vorige week in de Tweede Kamer, werd een motie over armoedebestrijding met bijna algemene stemmen aangenomen. De indieners van de motie waren de BoerBurgerBeweging (BBB) en de SP, een ongewone combinatie.
De Belastingdienst kan zo’n lijst met de grootste betalers van winstbelasting (formeel: vennootschapsbelasting) vast wel produceren, maar niet openbaar maken. Fiscale gegevens van bedrijven en personen vallen onder hun geheimhoudingsplicht.
Dus ging ik zelf op zoek. Daarbij werd ik geholpen door grotere openheid in het bedrijfsleven. Vorig jaar heeft werkgeversvereniging VNO-NCW bijvoorbeeld een Tax governance code gepubliceerd waar ongeveer veertig grote ondernemingen hun naam onder gezet hebben.
Winstgevendheid zegt weinig
De code belooft meer openheid. Openheid die volgt op het internationale offensief tegen belastingvermijding en -ontduiking van multinationals. Ook grote ondernemingen moeten hun bijdrage aan de overheidsbegrotingen betalen.
Wat ondanks de openheid opvalt: het is niet gemakkelijk een relatie te leggen tussen winstgevendheid en werkelijk betaalde belastingen. Er zijn kennelijk genoeg aftrekposten en manieren om betalingen uit te stellen.
Hier het verslag van mijn zoektocht.
De eerste naam waarop je wilt zoeken is natuurlijk Shell. Het olie- en gasconcern maakte vorig jaar dankzij de gestegen energieprijzen 36 miljard euro winst. Ach wat jammer dat Shell naar Londen is weggejaagd, klonk het hier en daar in het parlement, anders hadden ‘wij’ Shells winstfestival kunnen belasten.
Shell en Philips zijn geen toppers
Helaas, dat is wensdenken. Over 2022 vond ik geen cijfers, over 2021 wel. Toen betaalde Shell in Nederland 47 miljoen dollar (42 miljoen euro) winstbelasting en royalties aan de overheid.
Andere grote namen zijn ook al geen toppers. Philips dook vorig jaar zwaar in de verliezen, maar in Nederland betaalt het bedrijf wel 87 miljoen belasting. Dat blijkt dan weer deels buitenlandse belasting te zijn op geldstromen, zoals rentebaten, naar Nederland. Ahold Delhaize? De supermarkketen betaalde 158 miljoen euro winstbelasting in Nederland. Zeep- en margarineproducent Unilever? 206 miljoen euro.
Misschien moet je voor het grote geld bij het grootkapitaal zijn. NN, voorheen Nationale-Nederlanden, de grootste Nederlandse verzekeraar, betaalde geen winstbelasting, maar kreeg 20 miljoen euro terug.
Beter nieuws, althans voor de schatkist, is verborgen in de cijfers van Aegon. Het concern heeft zijn Nederlandse verzekeringsdochters voor 4,9 miljard euro verkocht aan ASR Nederland en moet nu afrekenen met de fiscus over nog niet uitgekeerde winsten.
Dat gaat om 454 miljoen euro. Kennelijk moet het bedrag nog worden overgemaakt, want het staat niet vermeld in het bedrag dat Aegon vorig jaar feitelijk betaalde aan winstbelasting. Dat was 3,7 miljoen euro.
Nog meer geldwereld. ING betaalde vorig jaar 376 miljoen euro winstbelasting in Nederland. ABN Amro 522 miljoen euro. De Rabobank vermeldt in haar belastingoverzicht zelfs een bedrag van 656 miljoen euro aan Nederlandse winstbelasting. Maar is dat laatste vergelijkbaar met het bedrag dat ING en ABN Amro opvoeren?
Verwarrende transparantie
ING en ABN Amro vermelden namelijk twéé belastingen in hun overzicht. De een is de betaalde belasting, de genoemde 376 miljoen en 522 miljoen euro, de andere noemt ING belasting (419 miljoen) en ABN Amro belastingkosten (424 miljoen). Men is wel transparant, maar met verschillende definities werkt het toch verwarrend.
In de tussenstand neemt de Rabobank nu de leiding met 656 miljoen.
Kan het hoger?
De zoektocht leidt naar Veldhoven, naar ASML, de chipmachinefabrikant. ASML is op de effectenbeurs het Nederlandse bedrijf dat het meeste waard is: zo’n 270 miljard euro. De waarde weerspiegelt de gunstige vooruitzichten voor digitalisering. ASML betaalde vorig jaar 756 miljoen euro winstbelasting.
Dat had nog best een paar honderd miljoen euro meer kunnen zijn. Als grootste technologiebedrijf van Nederland profiteert ASML namelijk ook het meeste van de belastingaftrek voor kosten voor onderzoek en ontwikkeling, de zogeheten innovatiebox.
Onder normale omstandigheden zou ASML de topbetaler zijn, maar Poetins inval in Oekraïne heeft de wereld veranderd. Olie- en gasprijzen gingen door het dak. Nederland is een van de landen die een extra belasting heeft ingevoerd, een solidariteitsheffing, om een deel van de extra winst van energiebedrijven af te romen.
Dat tikt aan. Kijk maar in het jaarverslag van de NAM, de Nederlandse Aardolie Maatschappij, die het Groningse gas wint. NAM is een dochter van Shell en ExxonMobil. De winstbelasting stijgt van 124 miljoen euro in 2021 naar 1,4 miljard over 2022 en NAM betaalt ook ruim 1,8 miljard euro solidariteitsheffing. Samen 3,2 miljard. Geen wonder dat de directie in het verslag opmerkt dat NAM ‘een van de grootste belastingbetalers van Nederland is’.
En de grootste is…
Maar niet dé grootste. Dat blijkt EBN te zijn, Energie Beheer Nederland. EBN is een staatsbedrijf dat namens de overheid mede-aandeelhouder is in olie- en gasvelden.
EBN betaalt bijna 3 miljard euro solidariteitsheffing en 2,5 miljard euro winstbelasting. In het recent verschenen jaarverslag van het Ministerie van Financiën van alle staatsdeelnemingen staat in het hoofdstuk over EBN gek genoeg geen woord over de miljardenbijdrage aan de schatkist.
Jammer. Wie 5,5 miljard euro winstbelasting betaalt, meer dan 300 euro per Nederlander, mag best in het zonnetje worden gezet.
Menno Tamminga is economisch columnist van Wynia’s Week. Eerder was hij redacteur en columnist van het Financieele Dagblad en van NRC Handelsblad.
Wynia’s Week wordt mogelijk gemaakt door de vrijwillig betaalde abonnementen van de lezers. Doet u al mee? Doneren aan Wynia’s Week kan HIER. Hartelijk dank!