Tot dusver waren lastenverzwaringen voor de VVD van Rutte en Dijkhoff nooit een probleem

werkend nederland verdient belastingverlaging

Klaas Dijkhoff, fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer, opende het verkiezingsjaar 2019 in De Telegraaf met een aanval op ‘drammers’ over het klimaat, waartoe hij ook zijn D66-collega Rob Jetten rekent. Dijkhoff zegt niet gebonden te zijn aan het Klimaatakkoord, dat het kabinet eind 2018 overeenkwam met een reeks bedrijven en belangengroepen. Dijkhoff vindt nu dat ‘gewone mensen’ te weinig zijn gehoord en dat Nederland niet hoeft te doen ‘alsof we lichtend voorbeeld van de hele wereld moeten zijn’. De tweede man van de VVD dreigt met zoveel woorden met een val van het kabinet RutteDrie. ‘Als het alternatief wordt dat ik òf het kabinet òf de burger moet laten vallen: de burger zal ik nooit laten vallen.’

Maar hoe geloofwaardig is Klaas Dijkhoff’s uitval naar ‘drammers’ als coalitiepartner D66? Gaat de VVD er werkelijk voor zorgen dat het Klimaatakkoord naar de prullebak gaat, of opnieuw naar de tekentafel? De kans is klein. De VVD heeft het klimaatbeleid zoals dat vorm krijgt in het Klimaatakkoord tot dusver immers volop gesteund.

Nijpels

Dat Klimaatakkoord is weliswaar bij elkaar onderhandeld aan ‘klimaattafels’ onder leiding van VVD’er Ed Nijpels en onder regie van VVD-minister Eric Wiebes, maar is op de keper beschouwd niets anders dan een uitvoering van het regeerakkoord van oktober 2017. Alle grote lijnen van het Klimaatakkoord staan al in dat regeerakkoord van VVD, CDA, D66 en ChristenUnie, waar VVD-leider Mark Rutte zeven maanden over onderhandelde.

Als het Klimaatakkoord onhaalbaar en onbetaalbaar is, dan komt dat omdat het regeerakkoord onmogelijke en vaak onzinnige doelstellingen heeft vastgelegd. In het regeerakkoord wil de coalitie ‘de meest ambitieuze doelstelling van Parijs’, Nederland wil in 2030 de helft (49 procent) van de broeikasgassen gereduceerd hebben in vergelijking met 1990 en in 2050 zelfs 95 procent. De Europese Unie heeft in dit opzicht al de meeste pretenties van de hele wereld, maar komt toch niet verder dan 40 procent in 2030. En als het aan RutteDrie ligt, zou dat zelfs geen 49 procent, maar 55 procent moeten zijn.

Gasverbod

Dijkhoff fulmineert tegen het klimaatakkoord en wat dat de burgers van Nederland wel niet mag gaan kosten. Hij zegt nu wel dat Nederland niet zo nodig ‘lichtend voorbeeld’ hoeft te zijn, maar hij laat die doelstellingen van 49 (of 55, of 95) procent niet vallen, integendeel. De VVD-fractie van Dijkhoff steunde een jaar geleden ook volop het gasverbod (nieuwe huizen zonder gas, bestaande huizen van het gas af), dat het klimaat niet helpt, maar waarvan de kosten voor particulieren alleen al rond de 200 miljard euro uitkomen. Dijkhoff wil helemaal niet af van dat gasverbod, maar huizenbezitters subsidie geven. Alsof die niet uit (verhoogde) belastingen moeten worden betaald.

Dijkhoff is tegenover de verslaggevers van De Telegraaf ook buitengewoon summier over wat hij dan wel anders zou willen in het Klimaatakkoord. Hij noemt geen enkel voorbeeld van een maatregel die hij wenst te schrappen, wat zijn geloofwaardigheid niet bevorderd. Geen wonder dat de eerste reacties al snel gingen in de richting van ‘verkiezingsretoriek’. De kosten van het klimaatbeleid liggen immers slecht bij de kiezers, bij de VVD-kiezers in het bijzonder. En op 20 maart zijn er Statenverkiezingen (gevolgd door Eerste Kamerverkiezingen) en op 23 mei ook verkiezingen voor het Europees parlement. Dat zijn minder belangrijke verkiezingen, die door kiezers nogal eens worden aangegrepen om hun afkeer van het kabinetsbeleid te laten zien.

Proefballonnetjes

Wat de geloofwaardigheid van Dijkhoff niet bepaald helpt is, dat hij de reputatie heeft van een oplater van proefballonnetjes, waar nadien weinig meer van wordt gehoord. Wat ook niet helpt, is dat de VVD – inclusief Dijkhoff zelf – tot dusver vooral enthousiasme over het klimaatbeleid uitstraalde. En die aandacht voor de burger, daar was bij de VVD de laatste jaren nou juist weinig van te merken.

Premier Mark Rutte reisde begin december nog in eigen persoon naar de Poolse stad Katowice, alwaar een zoveelste VN-klimaatconferentie werd gehouden. Rutte wilde daar niet minder, maar meer klimaatbeleid. Hij wilde de Europese doelstelling van 40 procent ophogen naar 55 procent. En gedoe met ‘gele hesjes’ zoals in Frankrijk, dat verwachtte Rutte in Nederland helemaal niet. Rutte tegen de NOS: ‘Dan komt weer die typisch Nederlandse aanpak om de hoek: we zijn altijd heel ambitieus, maar we hebben ook de gewoonte dat heel veel mensen dan met elkaar praten zodat een samenleving als geheel zo’n reis kan maken.’ Het gele hesje van Dijkhoff ziet er tegen die achtergrond dus niet erg geloofwaardig uit. Een kunstmatig verkiezingsconflictje met coalitiepartner D66 creëren (en de concurrentie van Wilders en Baudet de wind uit de zeilen nemen) – daar lijkt het meer op.

3500 euro meer

Dat brengt mij op de VVD en de burger, de lasten van de burger in het bijzonder. Sinds de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2017 was de VVD niet bijzonder druk in de weer met de burger. De VVD ijverde voor bedrijven, vooral grote bedrijven. De VVD ijverde voor het gasverbod, dat burgers op kosten jaagt. En met lastenverlichting voor burgers was de VVD niet erg bezig. Al langer niet.

Ondanks reeksen van verkiezingsbeloftes stegen de collectieve lasten voor de Nederlanders onder de kabinetten-Rutte jaar op jaar. Bij het aantreden van het eerste kabinet-Rutte in 2010 bedroeg die lastendruk 35,5 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Het Centraal Planbureau komt voor 2019 uit op 39,2 procent. Dat is een stijging van 3,7 procentpunt in 9 jaar. Nu is dat bbp in 2019 naar verwachting zo’n 770 miljard euro en 3,7 procent daarvan is dus 28,5 miljard euro. Nederland betaalt in euro’s van 2019 dus 28,5 miljard meer belasting en premies dan in 2010. Omdat er ongeveer 8 miljoen Nederlandse huishoudens zijn, komt dat omgerekend neer op een belastingverzwaring van meer dan 3500 euro per huishouden per jaar in 2019 in vergelijking met 2010.

Zelfdreiging

Daar zijn, let wel, het merendeel van de klimaatkosten van Rutte, Wiebes en Dijkhoff nog niet eens in meegenomen. Bij zijn eerste begrotingsbehandeling als klimaatminister raamde Wiebes die kosten ook nog eens op tientallen miljarden per jaar. Later, in de loop van 2018, bracht hij dat sussend terug tot een half procentje van het bbp per jaar. Maar zelfs dat is een derde van de voorziene economische groei. En zelfs dat halve procentje per jaar tot 2050 zou ‘goed’ zijn voor een welvaartsvermindering ter grootte van twee economische crisis als die van 2008-2014.

Lastenverlichting is bij de kabinetten-Rutte dus niet in goede handen, zoveel mag duidelijk zijn. Dreigementen van VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff over het klimaatbeleid moeten mede daarom met een forse korrel zout worden genomen. Dijkhoff tekende immers voor het regeerakkoord, voor de Klimaatwet (‘trots’ zei hij er bij) èn voor het gasverbod. Dijkhoff dreigt nu dus eigenlijk zichzelf. Daar is alles wel zo’n beetje mee gezegd.