Sluit vrede met de Houthi’s en pak Iran veel harder aan

Vervloed (1)
Houthi-rebellen in Jemen. Beeld: bsmedia.com.

Met de berichtgeving in de meeste media over de aanvallen van de Houthi’s op de scheepvaart in de Rode Zee moeten we maar gissen naar de achterliggende motieven en context waarin dit geschiedt. Er wordt volstaan met het citeren van de woordvoerder van de groep, die zegt dat dit gedaan wordt vanwege de oorlog in Gaza en dat men pas zal stoppen als een duurzaam staakt-het-vuren is afgesproken.

Maar dit is grotendeels voor de bühne (wat geldt voor de meeste adhesiebetuigingen aan de Palestijnse zaak uit de Arabische landen) en niet het echte verhaal. De echte reden is dat de Houthi’s internationale erkenning willen en constituerend deel willen uitmaken van een nieuwe regering van nationale eenheid in Jemen.

Pas als er een einde komt aan de burgeroorlog die reeds 8 jaar in het land woedt, kan er ook een einde komen aan de beschietingen.

Arabia Felix

Laten we beginnen met een stukje geschiedenis. Jemen was ooit Arabia Felix, een land van melk en honing, de graanschuur van het Arabische schiereiland. We spreken dan over de tijd van het Oude Testament, waarin gewag wordt gemaakt van een ontmoeting tussen koning Salomon en de Jeminitische ‘Queen of Sheba’.

De met dammen en irrigatie mogelijk gemaakte graanproductie is er al lang niet meer en evenmin trekken er nog rijke karavanen door het land. Het land van ‘Mocha’ (oorsprong van de koffie) verarmde en splitste in tweeën, een Noordelijk en een Zuidelijk deel. Met een communistisch regime in het Zuiden (hoofdstad Aden) na de verkregen onafhankelijkheid met het vertrek van de Britten. Het Noorden was onderdeel van het Ottomaanse Rijk, hoewel enkele burchten, hoog in de bergen, de Ottomaanse overheersing wisten af te slaan.

Na het vertrek van de Turken (na WO I) werd het Noorden (hoofdstad Sanaa) met harde hand geregeerd door autocraten. Eerst imams, toen een koning en na een opstand van legerofficieren door een revolutionaire raad. In 1978 kwam Ali Abdullah Saleh aan de macht. Hij regeerde het land bijna 40 jaar. Een vergelijkbare situatie als in (het eveneens tribale land) Libië. Saleh en Khadaffi waren ook vrienden.

Saleh voerde een niet-gebonden-landen politiek (à la India) en speelde het Westen en de Sovjet-Unie tegen elkaar uit, met als resultaat onwikkelingshulp uit het Westen en wapens uit de Sovjet-Unie.

Alleen pootaardappel-project was succesvol

De Houthi’s waren toen – we spreken over de jaren ’80 en ’90 – nog een onafhankelijke stam in het Noorden van Noord-Jemen (hoofdstad Sadah). De centrale regering had er niks te vertellen. De Houthi’s hadden een eigen leger, een militia. Ze kwamen daarmee Saleh ook te hulp toen Sanaa op het punt stond ingenomen te worden door opstandelingen, die door het communistische regime in Aden werden voorzien van geld en wapens.

In die tijd woonde en werkte ik in Noord-Jemen. Nederland (minister Jan Pronk) had het land geadopteerd als ontwikkelingshulp (OS)-concentratieland. Jaarlijks ging er 200 miljoen OS-geld naartoe. Met overigens een zeer mager resultaat, alle goed bedoelde en gedreven inspanningen ten spijt. De projecten overleefden het vertrek van de Nederlandse projectmanager en OS-deskundigen niet. De opgeleide Jemenitische ‘counterparts’ waren al eerder vertrokken, omdat zij elders meer konden verdienen. Het Dhamar-ziekenhuis dat ca. 100 miljoen gulden had gekost stond zelfs al een jaar na vertrek van de Nederlandse directeur en buitenlandse doktoren leeg en verlaten. Eigenlijk was alleen het pootaardappel-project succesvol.

Olie

Een opleving van de economie vond pas plaats nadat er olie was gevonden, niet heel veel, maar genoeg om het land weer kredietwaardig te maken. De olievondst betekende echter tevens een binnenlandse strijd, tussen de centrale regering van Saleh en de Houthi’s, die ook wilden profiteren van de olierijkdom.

De rest is contemporaine geschiedenis. De Houthi’s vermoordden Saleh en veroverden een groot deel van het land. Een gigantisch groot land, want onder Saleh waren Noord en Zuid herenigd.

De binnenlandse strijd in Jemen duurt inmiddels ruim 8 jaar, met veel slachtoffers. De grootste boosdoener is Iran. De ayatollah’s zagen hun kans schoon om van de Houthi’s een proxy te maken. Het feit dat de Houthi’s evenals de Iraniërs sjiieten zijn hielp daarbij, maar was niet de doorslaggevende factor. De Houthi’s hadden om te overleven hulp nodig, tegen Saoedi-Arabië dat de formele regering van Abd Rabbuh Mansur Al-Hadi, de opvolger van Saleh, steunde.

De keuze van de Houthi’s voor Iran heeft dan ook vooral een praktische, opportunistische reden. Het geloof speelt niet zoals in andere landen van het Midden-Oosten zo’n grote rol. Noord-Jemen was in mijn tijd ook het meest liberale land in de regio. Zo kon mijn echtgenote zich vrijelijk bewegen, zelf autorijden en werken in een lokaal hotel. Van dat alles niets in het conservatieve Saoedi-Arabië.

Week Houthi’s los van Iran

Het zou mij dan ook niet verbazen als de Houthi’s daartoe getriggered op een gegeven moment besluiten de alliantie met Iran weer te verbreken. Jemen steunde immers nog niet zolang geleden Saddam Hoessein, aartsvijand van de ayatollah’s.

Daarvoor is wel een diplomatiek offensief nodig. Een optreden van het Westen samen met Saoedi-Arabië om een einde te maken aan de burgeroorlog in Jemen. Een compromis zal gesloten moeten worden om een duurzame vrede te garanderen. De Houthi’s zullen als onderdeel daarvan erkend moeten worden als een constituerende politieke groepering van een nieuwe regering van nationale eenheid in Jemen.

Bombarderen heeft geen zin

Pas dan mag verwacht worden dat de Houthi’s zullen stoppen met hun aanvallen op de scheepvaart in de Rode Zee. Pas dan zullen zij van alliantie veranderen en Iran de deur wijzen.

Het huidige bombarderen door de VS en het VK heeft geen enkele zin. Het versterkt slechts het anti-westerse sentiment in het land. De Houthi’s laten zich door de bombardementen niet van de wijs brengen. Ze weten dat een grondoorlog tegen hen vanwege het berglandschap onmogelijk is.

De enige effectieve aanpak is een door het Westen en vooral Saoedi-Arabië geëntameerd en gefaciliteerd vredesoverleg in Jemen. Daarnaast dient Iran verstaan te worden gegeven dat het moet ophouden met wapenleveranties aan de Houthi’s. Overigens ook aan hun andere proxies in het Midden-Oosten (Hamas, Hezbollah en de sjiietische milities in Syrië en Irak).

Realpolitieke president nodig

Iran wordt veel te zacht aangepakt. Dat geldt voor het dulden van Iran als een zich bewapenende nucleaire macht – de ‘nucleaire deal’, het JCPOA, werkt niet – en ook voor het vrijmaken van de bevroren Iraanse tegoeden.

Ik vrees echter dat onder de zwakke president Biden geen sprake zal zijn van een diplomatiek offensief richting een vredesakkoord in Jemen, noch van een harde aanpak van Iran. We zullen moeten wachten op de terugkeer van een president in het Witte Huis met een ‘realpolitieke’ agenda.

Johannes Vervloed was gedurende bijna vier decennia verbonden aan het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken, met als standplaatsen onder meer Jakarta, Sint-Petersburg en Parijs. 

Wynia’s Week verschijnt twee keer per week, 104 keer per jaar. De donateurs maken dat mogelijk. Doet u mee? Hartelijk dank