Psst, Eelco Heinen, mijn gouden tip: stop dat mondjesmaat verkopen van onze ABN Amro-aandelen. Dat kost kapitalen.

Over de Amerikaanse technologiebedrijven die ons (werkzame) leven vergemakkelijken en vastleggen heeft iedereen wel een mening. Over hun oprichters die meervoudig miljardair zijn, over hun politieke invloed, over hun opportunisme, over hun voorsprong en de daaruit voortvloeiende Europese afhankelijkheid van opslag van data en van hun systemen.
Maar hé, kijk je op de beurs, dan zijn deze geweldige tech-bedrijven dit jaar een waardeloze belegging. Alphabet (Google) minus 18 procent. Apple: min 13 procent. Meta (Facebook): min 1,5 procent. Nvidia: min 18 procent. Tesla: min 35 procent.
Weet u wat wél een topbelegging was de eerste maanden?
Ongemerkte omslag
Bankaandelen. En zeker ABN Amro, de bank waar u en ik als burgers indirect aandeelhouders van zijn. De koers van de aandelen is dit jaar met 32 procent gestegen. Kassa voor ons. Kassa voor minister van Financiën Eelco Heinen (VVD). Hij beheert ‘ons’ ABN Amro-aandelenpakket van ongeveer 300 miljoen aandelen dat inmiddels een waarde heeft van bijna 6 miljard euro.
De koersexplosie van ABN Amro onderstreept een bijna ongemerkte omslag op de financiële markten. Het zijn opeens gouden tijden voor banken. Als klant merkt u er niks van. Want de spaarrente blijft laag, de banktarieven zullen gewoon doorgaan met stijgen en woninghypotheekleningen worden duurder. Wie profiteert dan wel van het el dorado? Beleggers in bankaandelen. Minister Heinen zit namens ons op een groeiende berg duiten. Over de manier waarop hij deze aandelen beheert ben ik niet te spreken. Daarover later in deze column.
Eerst de vraag: waarom staan beleggers juichend op de banken? Het korte antwoord is: de rente. Het langere antwoord is dat banken, zeker Europese banken, primair hun geld verdienen door spaargeld en deposito’s van u te ‘kopen’ en dat geld weer door te ‘verkopen’ aan bedrijven (leningen) en particulieren (woninghypotheken).
Als de rente op spaargeld laag is, kunnen banken goedkoop geld inkopen. En als de rente die zij rekenen op kredieten en woninghypotheken stijgt, kunnen zij dat geld weer duur verkopen. Van dat verschil leven ze. En juist dat verschil is opeens veel groter geworden de laatste weken. Ze staan erbij, ze kijken ernaar en het geld verdient zichzelf.
Buitenkansje
Dat onverwachte buitenkansje is het resultaat van twee trends. De eerste is de dalende inflatie in Europa, maar overigens niet in Nederland. Voor de Europese Centrale Bank is de dalende Europese inflatie aanleiding om de rente te verlagen. Deze rente is de basis voor de rente die banken op spaargeld betalen. Dat is hun dalende ‘inkoopprijs’.
Maar de afgelopen weken is er ook iets totaal onverwachts gebeurt. De nieuwe Duitse regering onder leiding van Friedrich Merz (CDU) heeft gebroken met de grondwettelijk vastgelegde Duitse zuinigheid. Duitsland gaat, in het kielzog van de nieuwe Europese consensus, tientallen miljarden euro extra lenen op de kapitaalmarkt voor hogere defensie-uitgaven. Heel Europa gaat dat doen.
Schaarbeweging
Als reactie daarop zijn de rentetarieven die Europese landen moeten betalen op nieuwe staatsleningen drastisch opgelopen. Dat is, tussen twee haakjes, ook een reden dat de landen met hoge staatsschulden nu sputteren. De rente op hun nieuwe staatschuld wordt alleen maar hoger, ze komen nog meer in de knel, vandaar dat zij het geld deels als een gift willen incasseren die zij niet hoeven terug te betalen.
De eerder genoemde rente op staatsleningen bepaalt in Nederland de rente op kredieten aan het midden- en kleinbedrijf en de woninghypotheken. Dus verhogen de banken hun ‘verkoopprijs’. Als gevolg van deze schaarbeweging van de rentestanden zijn de aandelen van ABN Amro weer in trek. Maar profiteert de belastingbetaler daar wel voldoende van?
Nee.
Minister Heinen en zijn voorganger Sigrid Kaag (D66) hebben enkele jaren geleden besloten dat zij voortdurende kleine hoeveelheden van de ABN Amro op de beurs willen verkopen. Hun argument: de overheid is geen belegger. Dat is zo.
Maar de overheid heeft ABN Amro in 2008 ook niet gekocht als belegger. Het was een noodsprong. Het toenmalige kabinet Balkenende-Bos (CDA/PvdA) en president Nout Wellink van De Nederlandsche Bank vreesden een desastreuse implosie van het Nederlandse geldstelsel als ABN Amro en diens toenmalige eigenaar Fortis op de fles zouden gaan. Vandaar de nationalisatie. Inmiddels is duidelijk dat de overheid, wij als burgers, onze inleg niet terugkrijgen. We spelen quitte bij een koers van 31,49 euro.
Hoe hoger de koers waarop de minister van Financiën de aandelen verkoopt, hoe kleiner het verlies.
Dom, dom
Daarom was het ronduit dom om de aandelen de afgelopen jaren stukje bij beetje te verkopen. Heinen moet als een goed huisvader dit waardevolle bezit beheren en te gelde maken. ‘Zijn’ grote pakket aandelen had, en heeft ten dele nog steeds, een meerwaarde. Elke buitenlandse bank die ABN Amro wil kopen, betaalt een premie bovenop de beurskoers om het overheidspakket in handen te krijgen. En die partij meldt zich vanzelf. De kortetermijnvisie van Financiën om vorig jaar aandelen te verkopen tegen gemiddeld 15 euro (koers nu: 19,69 euro), heeft de belastingbetaler honderden miljoenen gekost. Misschien wel meer.
Nu de gouden tijden voor banken aanbreken, moet Heinen rustig achterover leunen. Als rechtgeaarde liberaal moet hij de markt zijn heilzame werk laten doen. De markt voor overnames. ABN Amro is opnieuw de prooi.
Menno Tamminga is economisch columnist van Wynia’s Week. Eerder was hij redacteur en columnist van Het Financieele Dagblad en van NRC Handelsblad.
Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. De groei en bloei van Wynia’s Week is te danken aan de donateurs. Doet u al mee? Doneren kan op verschillende manieren. Kijk HIER. Hartelijk dank!