Paul Frentrop: De rechtbank Rotterdam raadt u af om het woord ‘blank’ te gebruiken

PaulFrentrop 21-1-25
De Erasmusbrug in Rotterdam met een van de gewraakte teksten. Beeld: metronieuws.nl

Het was vorige week bij mijn weten voor het eerst in de geschiedenis dat rechters zich in een vonnis verontschuldigden. Dat gebeurde in de uitspraak betreffende de twee mannen die met oud en nieuw 2022/2023 de teksten Vrolijk Blank 2023, White Lives Matter en We must secure the existence of our people and a future for white children projecteerden op de Erasmusbrug in Rotterdam.

De feiten in deze zaak zijn onomstreden, maar het feit dat de mannen überhaupt veroordeeld werden, veroorzaakte de nodige ophef onder mensen die de vrijheid van meningsuiting hoog in hun vaandel dragen. Aangezien rechters veel zorg en aandacht besteden aan hun vonnissen, besloot ik de hele tekst eens goed te lezen.

Beladen onderwerp of beladen term?

En daar stond het! ‘Nu dit vonnis gaat over de uitlatingen van de verdachte en zijn medeverdachte(n) en het gedachtegoed dat zij aanhangen, zal de rechtbank op een aantal plaatsen de termen “blank” en “het blanke ras” moeten hanteren, waarbij zij beseft dat dit beladen termen zijn.’

Niet kunnen zijn, maar zijn. De rechters oordeelden bij voorbaat.

Een beladen onderwerp is iets waar je voorzichtig over moet praten, omdat het gevoelig ligt oftewel omdat het veel emoties oproept. Dat maakt het onderwerp moeilijk bespreekbaar met licht geraakte mensen. Erasmus wist daar alles van. Maar kan ook een term beladen zijn? Volgens politici wel.

Wie in de Tweede Kamer het woord omvolking laat vallen, of aankondigt dat er tribunalen komen, kan rekenen op felle reacties. Wie in de Eerste Kamer woorden uit die de voorzitter niet zinnen, wordt het woord ontnomen, zoals Marjolein Faber in 2022 overkwam toen ze het woord ‘brabbelen’ gebruikte. Zo wordt het spel van de politiek in Nederland gespeeld.

Maar zijn er termen die een rechter moet vermijden? Zo ja, wie bepaalt welke dat zijn?

De rechtbank te Rotterdam heeft nu bepaald dat ‘blank’ (los van zijn context!) een beladen term is. Dat had ze niet hoeven doen. Niemand heeft om dit oordeel gevraagd. Rechters hoeven geen witte voetjes te halen. Dit wel doen impliceert dat de rechtbank burgers aanraadt de term ‘blank’ niet (zomaar) te gebruiken. Mij dunkt dat dit geen stap is in de verbetering van de kwaliteit van de rechtspraak in Nederland.

Groepsbelediging

Enfin. De verdachten hebben zich schuldig gemaakt aan groepsbelediging zoals bedoeld in artikelen 137c en 137e Sr. Niet vanwege de bovenstaande teksten. Maar omdat ze ook verwijzingen naar allemaal websites op de brug projecteerden. Die websites hebben een uitgesproken neonazistisch karakter, zegt het vonnis.

Wat op die websites staat is de verdachten weliswaar niet ten laste gelegd. Maar de rechtbank betrekt dat toch (op doorslaggevende wijze) in haar vonnis via de volgende redenering: ‘Door de vermelding van de Telegramkanalen en de website en het nadrukkelijk in beeld brengen van het woord “blank”, hebben de verdachten een context aangereikt die betekenis geeft aan de overige, alleen als groepsbelediging ten laste gelegde, uitlatingen die op zichzelf beschouwd niet beledigend zijn.’

Hier rijgen de rechters een lange keten tussen oorzaak en gevolg. Over de sterkte daarvan zullen rechtsgeleerden zich vast nog wel buigen. Maar hoe en waarom het woord ‘blank’ weer in deze redenering opduikt, is mij een raadsel.

Onderscheid maken tussen rassen is verboden

De rechtbank te Rotterdam had nog meer nieuwigheden in petto. De verdachten zijn ook schuldig bevonden aan het aanzetten tot discriminatie (art. 137d Sr). Niet vanwege Vrolijk Blank 2023 of vanwege White Lives Matter of vanwege hun websites, maar vanwege hun uitspraak: ‘We moeten het voortbestaan van ons volk en een toekomst voor blanke kinderen veilig stellen.’

Volgens de rechtbank ‘volgt dat door het bezigen van deze woorden onderscheid wordt gemaakt tussen rassen, hetgeen naar de kern aanzet tot discriminatie’. Ook daar stond ik van te kijken. Aanzetten tot discriminatie is bij wet verboden. Onderscheid maken tussen rassen blijkt nu ook (naar de kern) verboden. Geldt dat alleen bij mensenrassen of algemeen in de hele medische wetenschap, de veeteelt, de plantenveredeling en de biologie?

Maar het nieuws dat mij het meest schokte kwam niet uit Rotterdam. Ook niet uit Gaza. Het kwam van de Onderwijsraad, die over zichzelf schrijft: ‘Goed onderwijs voor iedereen: daar draagt de Onderwijsraad aan bij. De raad geeft al meer dan honderd jaar onafhankelijk advies over onderwijsbeleid en -wetgeving aan de regering en de Eerste en Tweede Kamer. Gevraagd én uit eigen beweging.’

Vorige week adviseerde deze raad de minister van Onderwijs om een landelijke toets in te voeren voor toekomstige leraren. Die bestaat dus blijkbaar niet. Je moet in Nederland overal een vergunning voor hebben, iedereen wordt getoetst op alles en als je op het water harder wilt gaan dat 20 kilometer per uur is een vaarbewijs verplicht. Maar blijkbaar toetst niemand of iemand geschikt is om voor de klas te staan. En daar komt de Onderwijsraad pas na honderd jaar achter! Voor het eerst in mijn leven begon ik me echt zorgen te maken over de toekomst van onze al dan niet blanke kinderen.

Rutte en Kaag

Net op dat moment dienden twee voormalige bewindspersonen zich weer aan in het nieuws. Voormalig minister van Financiën Sigrid Kaag wil graag dat we meebetalen aan de wederopbouw van Gaza. Terwijl ik toch niet het idee heb dat daar onze vrienden wonen.

Voormalig premier Mark Rutte wil dat we meer betalen om ons tegen onze vijanden te beschermen. Zo niet dan kunnen we beter Russisch leren, voegde hij daaraan toe. Sigrid Kaag achtte een dergelijke aanvulling niet nodig.

Beide doen ze in hun functie elders vanuit het buitenland een beroep op onze portemonnee. We zullen moeten kiezen. Onder hun bewind gaven we meer geld uit aan immigratie dan aan defensie. Ik ben voor het omgekeerde. En dat hoeft niet duurder te zijn.

Paul Frentrop was achtereenvolgens journalist, bankier, ondernemer, pensioenbeheerder, hoogleraar en lid van de Eerste Kamer.

Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. U maakt dat samen met de andere donateurs mogelijk. Doet u weer mee, ook in het nieuwe jaar 2025? Kijk HIER. Hartelijk dank!