Pak de fiscale discriminatie van niet-verwante erfgenamen aan
door Mark van de Velde
In de televisieserie Sander en de kloof zegt Sander Schimmelpenninck meermaals dat de vermogensongelijkheid nergens ter wereld zo groot is als in Nederland. Wellicht geven de statistieken hem gelijk, maar de opwinding daarover is overtrokken. In ons land wordt namelijk nauwkeurig bijgehouden hoeveel iemand bezit, terwijl in veel andere landen mensen om de zoveel jaar in enquêtes zelf mogen aangeven hoeveel vermogen ze bezitten. Dat is natuurlijk een open uitnodiging tot onderrapportage.
Jammer genoeg is deze nuance niet besteed aan de drie linkse partijen die Nederland willen opzadelen met een progressieve vermogensbelasting. Zij herhalen de mantra dat de vermogensongelijkheid enorm is en dat daar dringend iets aan gedaan moet worden. Zzp’ers die geen pensioenvoorziening hebben maar zelf geld voor hun oude dag opzijleggen, kunnen hun borst natmaken, net als mensen die liever eerst een flink bedrag bij elkaar sparen en pas dan een woning kopen.
Over armoede hoor je de ongelijkheidsfetisjisten niet
Los daarvan is het de vraag hoe problematisch vermogensongelijkheid eigenlijk is. Tussen Schimmelpenninck en bijvoorbeeld Elon Musk gaapt een onvoorstelbare kloof. Toch roept Schimmelpenninck weinig medelijden op, want zoals we in de televisieserie kunnen zien, heeft het hem in zijn jeugd aan niets ontbroken.
Het echte probleem is dus niet dat sommigen veel minder bezitten dan anderen, maar dat bepaalde mensen te weinig hebben om fatsoenlijk rond te komen. Vreemd genoeg lijkt dat de ongelijkheidsfetisjisten nauwelijks te interesseren. Piketty, bijvoorbeeld, klaagt steen en been over groeiende ongelijkheid, maar over armoede en arme mensen lees je in diens twee vuistdikke pillen nagenoeg niets.
Steeds meer erflaters hebben geen kinderen
Schimmelpennick zegt het raar te vinden dat arbeidsinkomens zwaarder worden belast dan erfenissen, waarvoor de ontvangers geen enkele prestatie hebben geleverd. Dat is een terecht punt en het is goed dat hij dit aansnijdt. Ondertussen weet hij natuurlijk dat het voor politieke middenpartijen electorale zelfmoord is om te pleiten voor een fikse verhoging van de erfbelasting. Is het daarom niet verstandig om eerst de strijd aan te binden met de ongelijkheid die ingebakken zit in ons erfrecht, namelijk de fiscale discriminatie van niet-verwante erfgenamen?
Schimmelpennick heeft het steeds over de superlage erfbelasting en denkt bij het woord erfenis kennelijk per definitie aan vermogensoverdracht tussen ouders en kinderen. Maar erfgenamen en erflaters hoeven natuurlijk geen familie van elkaar te zijn en een groeiend aantal erflaters heeft überhaupt geen kinderen.
Vermogensspreiding is fiscaal gezien nadelig
Schimmelpennick noemt zich in de serie nadrukkelijk liberaal. Liberalen hebben er bezwaar tegen als de overheid mensen een bepaalde overtuiging opdringt. Via het bestaande erfrecht verkondigt de overheid eigenlijk dat vermogen binnen de familie moet blijven. Afhankelijk van de grootte van de erfenis betalen niet-verwante erfgenamen namelijk drie tot vijf keer zoveel erfbelasting als kinderen. Concreet: over een erfenis van een ton betaalt een kind €7.844 terwijl een willekeurige ander €29.317 aan de fiscus mag overmaken.
Je kunt het ouders dus niet kwalijk nemen dat zij het vermogen binnen de familie willen houden, want vermogensspreiding is fiscaal gezien ontzettend nadelig. Dat is extra zuur omdat alleen niet-verwante erfgenamen kunnen zeggen dat zij de erfenis hebben verdiend. Om hun kinderen te laten erven, hoeven erflaters geen testament te laten opstellen, maar een niet-verwante dierbare krijgt alleen een erfenis als hij of zij die volgens de erflater heeft verdiend en hem of haar in een testament opneemt, zoals een buurvrouw of vriend die mantelzorg verleent.
Het is eigenlijk pervers dat uitgerekend degenen die zich voor een ander hebben ingespannen — voor een genetisch wildvreemde, zogezegd — veruit de meeste erfbelasting betalen.
Maak erfbelasting relatieneutraal
Wouter Koolmees (D66) deed in 2015 een ongelukkige poging om het erfrecht te moderniseren. In een motie stelde hij voor om ‘alleenstaanden en mensen zonder kinderen’ het recht te geven om iemand aan te wijzen die tegen het kindtarief zou mogen erven. Zijn motivatie was dat kinderloze erflaters nu ‘benadeeld worden ten opzichte van mensen met kinderen’.
Een hoogst eigenaardige redenering, want niet de erflater maar de erfgenaam betaalt natuurlijk belasting. Door dit recht uitsluitend toe te kennen aan mensen zonder kinderen, wordt bovendien impliciet de boodschap afgegeven dat het hebben van kinderen en hen alles te laten erven de norm is.
Het nieuwe regeerakkoord zwijgt over de erfbelasting, maar belooft ons wel een eenvoudiger belastingstelsel. Sigrid Kaag zei een zo progressief mogelijk kabinet te willen en heeft nu als minister van Financiën een uitgelezen kans om de erfbelasting relatieneutraal te maken en te ontdoen van zoiets feodaals als de bloedband tussen erflater en erfgenaam.
Mark van de Velde was lange tijd als wetenschappelijk medewerker verbonden aan de TeldersStichting en schreef onder meer Groeien naar vermogen. Een liberaal antwoord op Thomas Piketty. Momenteel is hij als zelfstandig publicist en vertaler gevestigd in Polen.