Ook voor zijn socialistische coalitiegenoten is de ultra-linkse Jean-Luc Mélenchon onaanvaardbaar als premier

RenéterSteege 13-7-24
Jean-Luc Mélenchon. Beeld: entrevue.fr

Frankrijk verkeerde zondag 7 juli in opperste staat van anti-facistische en anti-racistische paraatheid. Het ultra-rechtse Rassemblement National (RN) stond volgens alle peilingen op het punt de parlementsverkiezingen te winnen. Een absolute of een relatieve meerderheid, dat was nog de vraag. Europa keek angstig mee. Een Italiaanse krant vreesde ‘een nieuw Vichy-bewind’.

Enkele ogenblikken na het sluiten van de stembureaus hield echter niet RN-leider Jordan Bardella een overwinningstoespraak, maar blafte zijn ultra-linkse rivaal Jean-Luc Mélenchon de Fransen toe. Zijn linkse coalitie Nouveau Front Populaire (NPF) was eerste geworden, president Emmanuel Macrons alliantie Ensemble tweede, het RN derde.

Linkse kameraden beteuterd

Mélenchon sprak in Parijs tot een uitzinnige menigte, zwaaiend met Palestijnse, Algerijnse en zelfs enkele Franse vlaggen. Bizar, eigenlijk, dat hij zich de overwinning toeëigende. Hij is de leider van de grootste partij, La France Insoumise (LFI), binnen de linkse vierpartijencoalitie. Daarin kregen de gematigder socialisten slechts iets minder stemmen. Mélenchon is officieel niet de leider, ook geen parlementariër, maar vond kennelijk dat de rol van triomfator alleen hem toekwam.

Linkse kameraden stonden er beteuterd bij, want ook onder hen is Mélenchon omstreden. Maar zonder zijn dwingende overredingskracht zou links na de zege van het RN in de eerste ronde, op 30 juni, versplinterd zijn gebleven. En geen akkoorden met gematigd rechts hebben gesloten om een week later de gezamenlijke vijand te verslaan. Ondanks die tegenwerking en een vijandig kiesstelsel won het RN een veertigtal zetels en werd het de grootste fractie in de Assemblée. Inmiddels stemt bijna 80 procent van de rechtse kiezers op de partij van Bardella en Marine Le Pen. Het gejuich over de linkse zege behoeft dus enige nuance.

De in 1951 in het Marokkaanse Tanger geboren Mélenchon deelt met de jonge Bardella een zekere demonisering in de Franse media. De eerste wordt uitgemaakt voor antisemiet, de tweede voor islamofoob. Hun kiezers, bleek ook nu weer, trekken zich er niets van aan.

Mélenchons voorouders waren Spanjaarden die emigreerden naar Noord-Afrika toen dat nog ‘Frans’ gebied was. Zijn ouders verhuisden van het Algerijnse Oran naar Tanger, waar zijn vader bij de posterijen werkte en zijn moeder als onderwijzeres. Zijn ouders scheidden toen Jean-Luc 11 jaar oud was. Met zijn moeder vertrok hij naar Frankrijk, waar zij haar werk als onderwijzeres voortzette.

Oprichting La France Insoumise

Jean-Luc stond als middelbare scholier op de barricaden in mei 1968 voordat hij filosofie en Franse taal- en letterkunde ging studeren. Hij werkte in de Jura als leraar, freelance-journalist en tekenaar voor een katholiek blad, maar had nog tijd over voor een trotskistische organisatie. In 1977 werd hij lid van de Parti Socialiste (PS) van François Mitterrand. In de regio Parijs klom hij na Mitterrands eerste zege in 1981 op in de partijhiërarchie. Hij werd regionaal bestuurder, parlementariër, onderminister van Onderwijs en lid van het Europees Parlement.

Binnen de PS botste hij met voorstanders van de sociaal-democratie, die hij softheid verweet jegens de grote vijanden: het kapitalisme, de Verenigde Staten en de Navo. Tony Blair had Labour met een gematigd programma terug aan de macht gebracht, maar Mélenchon vond hem een ‘verrader van het socialisme’. In 2008 verliet hij de PS, stichtte en ontbond enkele linkse splinters tot hij in 2016 La France Insoumise oprichtte, Frankrijk dat zich niet onderwerpt.

Volksmenner-dichter

Wat begon als de zoveelste splinter, groeide uit tot een magneet voor liefhebbers van een authentiek oud-links geluid. Mélenchon doet soms denken aan wijlen de communistische leider Georges Marchais, die ook graag journalisten uitkafferde en zo heerlijk overzichtelijk kapitalisten en imperialisten de schuld gaf van Frankrijks kwalen.

Mélenchon geldt als een tribun, volksmenner. Franse media bedoelen dat niet per se negatief. Ze roemen zijn talent als redenaar in een land dat graag literaire gaven ziet in zijn politieke leiders. Zelf noemt hij zich een tribun-poète en koketteert met zijn boekenkasten. Aan het slot van een toespraak vraagt hij soms om stilte, ‘want poëzie heeft bezinning nodig’, voordat hij afsluit met een gedicht.

Bevriend met Chávez

De man die dankzij zijn afkomst vloeiend Spaans spreekt, was bevriend met wijlen de linkse Venezolaanse dictator Hugo Chávez. Wie durft te zeggen dat Chávez en zijn opvolger Nicolás Maduro Venezuela in de afgrond hebben gestort, krijgt de wind van voren. Het is immers zonneklaar dat de ‘barbaarse macht van het Amerikaanse imperialisme’ daarachter zit. De Navo is volgens hem medeverantwoordelijk voor de aanval op Oekraïne, Aleksej Navalny was een racist en een antisemiet en Rusland annexeerde de Krim om burgers daar te beschermen tegen Oekraïense neo-nazi’s.

Toch nemen steeds meer Fransen hem serieus. Mélenchon was drie maal presidentskandidaat en scoorde elke keer beter. In 2022 had het weinig gescheeld of hij en niet Marine Le Pen had het in de beslissende ronde opgenomen tegen Macron. Een jaar later schoot in Nanterre een politieman Nahel Merzouk dood na hem te hebben aangehouden in de Mercedes waarin de 17-jarige zonder rijbewijs niets te zoeken had. De rellen verspreidden zich vanuit Nanterre over heel Frankrijk, maar Mélenchon veroordeelde alleen het politiegeweld, niet de relschoppers, voornamelijk nazaten van Arabische en Afrikaanse immigranten. ‘La police tue!’ had hij eerder getweet bij een soortgelijk incident, en een politievakbond vergeleken met een criminele bende. 

Hij zorgt er altijd voor dat op een podium een jonge vrouw met een keffyeh naast hem staat, al dan niet vergezeld van Fransen met een kleurtje. In de deels geïslamiseerde banlieues is hij veruit de populairste politicus; in het departement Seine-Saint-Denis ten noorden van Parijs kreeg hij bij de laatste presidentsverkiezingen 49 procent van de stemmen, in stembureaus in ‘moeilijke wijken’ van Marseille tegen de 80 procent.

Rechts verwijt Mélenchon ‘Gaza’ de Franse politiek binnen te sleuren, uitsluitend om stemmen te winnen onder moslims. De aanval van Hamas op 7 oktober vorig jaar weigerde hij te veroordelen, antisemitische hondenfluitjes doen pijn aan de oren als hij solidariteit met Israël veroordeelt. Parlementsvoorzitter Yaël Braun-Pivet, die joods is, had in Tel Aviv volgens hem een ‘kampement’ opgeslagen ‘om het bloedbad (in Gaza) aan te moedigen’. De rector van de universiteit van Lille noemde hij ‘Eichmann’ wegens het verbod op een LFI-bijeenkomst. Toch ontwaarde GroenLinks-PvdA-fractieleider Frans Timmermans ‘verbinding’ in de Franse verkiezingsuitslag.

Politiek vacuüm

Op basis van die uitslag eist Mélenchon dat Macron hem, of een partijgenoot van LFI, tot premier benoemt. De kans daarop is miniem. Maar het is onduidelijk wat er wél gaat gebeuren nu Frankrijk na 7 juli in een politiek vacuüm is beland en partijen moeten leren om parlementaire coalities te smeden.

Mélenchon als premier is zelfs voor zijn socialistische coalitiegenoten onaanvaardbaar. Zeker nadat hij laatst het antisemitisme in Frankrijk ‘marginaal’ noemde, zelfs toen na ‘Gaza’ het aantal aangiften van incidenten omhoog schoot. De filosoof Alain Finkielkraut, nooit om een overdrijving verlegen: ‘Als Mélenchon aan de macht komt, is het met de Joden in Frankrijk gedaan.’

René ter Steege is journalist, schrijver en vertaler. Hij vertaalde het boek ‘De laatste dagen van Samuel Paty’ over de terroristische moord op een Franse leraar. Het boek is overal te koop, zoals in de winkel van Wynia’s Week.

Wynia’s Week is onafhankelijk, ongebonden en broodnodig. De donateurs maken Wynia’s Week mogelijk. Doet u mee? Dat kan op verschillende manieren, kijk HIER. Hartelijk dank!