Omdat demonstreren gemakkelijk chanteren wordt, behoeft het afbakening

frentrop
Extinction Rebellion blokkeert snelweg A12. Beeld: extinctionrebellion.nl.

Het recht om te demonsteren zou een heel belangrijk grondrecht zijn. Daar ben ik het niet mee eens. Het demonstratierecht is volgens mij een van de minst belangrijke rechten.

Demonstratievrijheid is immers slechts een afgeleide. Het is de combinatie van het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht op vereniging. Dat zijn twee belangrijke rechten. Die staan aan de basis van onze beschaving. Maar de meeste mensen hebben nooit de behoefte om hun demonstratierecht te gebruiken. Zij hebben er genoeg aan hun stem via verkiezingen te laten horen.

Er bestaan echter professionele grootgebruikers van het demonstratierecht en bij hen wordt het verschil tussen betogen en chanteren de laatste jaren steeds kleiner. Een recht verwordt in hun handen tot een misdrijf, als we daar niets aan doen.

Terreur

Wij herinneren ons nog de malloot die met fakkel in de hand bij de woning van toenmalig minister Kaag aanbelde. Zulk gedrag zal geen normaal mens zien als demonstreren. De fakkel maakt het tot intimideren.

Toen Extinction Rebellion onlangs dreigde bij het Rijksmuseum te demonstreren tijdens de Museumnacht, besloot dat Museum die nacht maar gesloten te blijven. Er zijn immers eerder kunstwerken besmeurd. Hier zien we dezelfde intimidatie, zo niet terreur, als die van de fakkelman. Maar de autoriteiten hebben geen strafbaar feit geconstateerd.

Mensen die ‘activisten’ worden genoemd, hebben zich afgelopen jaar meerdere malen vastgeklonken aan de nieuwe zeesluis bij IJmuiden, zodat er geen schepen meer de haven van Amsterdam konden bereiken. Ze werden (na een tijdje) door de politie verwijderd, maar zijn bij mijn weten niet vervolgd. Ook al heeft hun actie grote financiële schade aangericht wat ook hun uitdrukkelijke bedoeling was. Havenarbeiders klaagden niet voor niets dat hun brood werd bedreigd.

Daarentegen vond de rechter in 2019 dat Farmers Defence Force geen distributiecentra van voedingsmiddelen mocht blokkeren tijdens hun demonstratie, omdat ziekenhuizen, bejaardentehuizen en maatschappelijke organisaties geen voedsel geleverd zouden kunnen krijgen. Mij lijkt dat meten met twee maten.

Misbruik van recht

De activisten die het Rijksmuseum bedreigden, deden dat omdat ze vinden dat het museum geen sponsorgeld van ING mag aannemen, omdat ING kredieten verstrekt aan bedrijven die olie en gas produceren. Zoals Shell. Terwijl de rechter net hun collega-activisten teleurstelde door te beslissen dat Shell door mag gaan met wat dat bedrijf doet.

Activisten gebruiken het recht zoals het hen uitkomt. Willigt de rechter hun eisen in, dan gebruiken ze die uitspraak tegen hun tegenstanders. Beslist de rechter tegen hen, dan negeren ze die uitspraak, zoals toen deze maand een demonstratie in Amsterdam verboden werd, maar ‘activisten’ toch gingen demonstreren. Kop: ik win. Munt: U verliest.

Ze hadden lak aan de regels. Maar klaagden wel politieagenten aan die hen te hardhandig in de bus zouden hebben gezet. Die agenten zien ze graag wel de wet volgen. Net zoals ‘activisten’ van  Extinction Rebellion in september politiebescherming eisten tegen een mogelijk vijandig publiek toen ze opnieuw vele mensen pestten door de Utrechtse Baan in Den Haag te blokkeren, onder het motto: ‘de meest verstorende blokkade sinds 6 juli 2022.’

Een schimmige club

Tijdelijke verkeersblokkades zijn door het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in 2015 inderdaad aangemerkt als een vorm van demonstreren en daarmee als een mensenrecht dat door de overheid moet worden beschermd. Dit naar aanleiding van een boerenprotest. Niet van Farmers Defence Force, maar van boeren in Litouwen in 2003. Wie vormden dat ‘Hof’?

Onder de 17 rechters die dit besloten bevond zich geen enkele Nederlander. Dat Hof is geen instelling van de Europese Unie maar van de Raad van Europa, een schimmige club waar bijna 50 landen bij zijn aangesloten, die niet allemaal ‘Europese waarden’ hanteren. Zoals Turkije en destijds Rusland, dat in 2022 uit de Raad is gezet, toen het Oekraïne voor de tweede keer binnenviel. Ook Azerbeidzjan is lid.

Etnische zuivering

Azerbeidzjan heeft Belarus ingehaald als de meest onderdrukkende staat van Europa, horen we van Freedom House. Maar de regering van Azerbeidzjan weet haarfijn hoe met demonstranten om te gaan. In december 2022 blokkeerde een groep door de Azerbeidzjaanse regering georganiseerde ‘demonstranten’ de enige toegangsweg tot de Armeense enclave Nagorno-Karabach en hongerden zo het gebied uit. Na maanden trokken de troepen binnen en is de hele bevolking (120.000 mensen) verjaagd. Een staaltje ‘etnische zuivering’ dat geen belemmering vormde om een jaar later in de hoofdstad van Azerbeidzjan de ‘klimaattop’ te organiseren.

Volgens dat Hof en dus ook volgens de Nederlandse rechter is een niet al te warm klimaat ook een mensenrecht. Maar net als eerder in Egypte en de Verenigde Arabische Emiraten vindt de klimaattop weer plaats in een land zonder demonstratierecht. Er zijn dan ook geen grote klimaatmarsen gehouden zoals eerder wel in Glasgow en Parijs. ´Activisten voelen zich beknot op klimaattop: Protest is belangrijk´, kopte de NOS op zaterdag 16 november. Het is ´echt moeilijk om onze eisen kenbaar te maken´, tekende de omroep op uit de mond van de Portugese klimaatactiviste Bianca Castro. De NOS sprak ook met een organisatie die zich niet altijd aan de wet houdt maar is opgericht om het demonstratierecht te gebruiken: Greenpeace.

‘Protest is een vast onderdeel van de jaarlijkse klimaattop. Actievoerders willen zo druk zetten’, vertelde Maarten de Zeeuw van het Klimaat en Energieteam bij Greenpeace. ‘Om te laten zien aan alle onderhandelaars: de wereld kijkt mee.’ Hier zien we de aanmatiging van ‘activisten’. Maarten de Zeeuw, door niemand gekozen, meent voor de hele wereld te kunnen spreken. En wat is ‘druk zetten’ eigenlijk?

Druk zetten

Dat weet de actiegroep Kick Out Zwarte Piet (KOZP). Die heeft het verdienmodel gebaseerd op demonstratierecht van Greenpeace afgekeken en verfijnd. KOZP publiceerde deze maand een lijst met 23 steden en dorpen, waar ‘intochten niet racismevrij zijn en we van ons moeten laten horen’. De gemeente Coevorden, die op die lijst stond, toonde zich verbaasd: ‘we hebben al jaren roetveegpieten!’ Coevorden buigt echter niet diep genoeg. KOZP heeft ook eisen betreffende schmink, rode lippenstift en oorringen. Anders komen ze het kinderfeest verstoren op basis van hun demonstratierecht. Dat is druk zetten.

Mag je demonstreren tegen het bestaan van een staat?

‘Je moet altijd tegen regeringen kunnen demonstreren, onder welke omstandigheden dan ook. Je moet tegen de Israëlische staat kunnen demonstreren’, zei burgmeester Femke Halsema van Amsterdam op 8 oktober in een talkshow na wat onsmakelijkheden bij een pro-Palestijnse demonstratie tegen een herdenkingsbijeenkomst van de terreuraanslag door Hamas een jaar eerder.

Dat gaat mij wat ver. Je mag inderdaad tegen een regering demonstreren, daar is het demonstratierecht juist voor bedoeld. Maar tegen een staat? In Nederland mag je protesteren tegen (het handelen van) de Marokkaanse regering. Maar mag je demonstreren tegen (het bestaan van) de staat Marokko? Groepsbelediging en discriminatie op grond van nationaliteit liggen dan op de loer.

Ook een afperser zet druk

Halsema ging nog verder. Zij is tegen aanpassing van het demonstratierecht want: ‘Mensen moeten de mogelijkheid hebben om tegen elkaar te demonstreren, dat is vastgelegd in alle mensenrechtenverdragen.’

Dat betwijfel ik. Mogen mensen ‘druk zetten’ op elkaar? Mag ik de straat op gaan om tegen mijn buurman te protesteren? Of de dorpsstraat blokkeren uit protest tegen de prijsverhoging van tompoezen door mijn bakker? Van Halsema mogen ‘activisten’ iedere snelweg blokkeren als ze het kredietbeleid van ING willen veranderen, al gaan ze daar helemaal niet over. Toch mogen ze ‘druk zetten’. Dat doet een afperser ook.

Om een bedrijf anders te laten handelen bestaat het marktmechanisme. Dat is een geruisloze wijze van meningsuiting. Wie het niet eens is met wat een bedrijf doet, kan zijn klandizie opzeggen. De activisten van Extinction Rebellion kunnen overstappen naar Triodos Bank, net zoals ik naar een andere banketbakker kan gaan.

Demonstreren tegen een bedrijf doet denken aan de manier waarop de maffia geld eist: leuk zaakje heb je hier. Het zou zonde zijn als het in de fik gaat. Werknemers mogen staken, als ze het oneens zijn met de leiding van hun bedrijf. Maar via demonstraties ‘druk zetten’ op een particulier bedrijf, zou ik niet toestaan, alleen al om de suggestie van chantage, afpersing en intimidatie te voorkomen.

Die misdrijven zijn nauw met demonstreren verboden. In oktober zagen we particuliere ‘beveiliging’ bij een pro-Hamas demonstratie door heren van de Palestine Alliance Watch. Dit is een initiatief van de Muslim Rights Watch, die op zijn website schrijft: ‘Wij houden in de gaten of de rechten van moslims worden gerespecteerd in Nederland.’ Ook dat doet me weer aan de maffia denken.

Gezichtsbedekkende kleding is verboden

‘We hebben het zeldzame geluk dat we leven in tijden waarin het geoorloofd is om te denken wat je wilt en te zeggen wat je denkt.’ Dit befaamde citaat van Tacitus gebruikte Spinoza in 1670 als motto voor het laatste hoofdstuk van zijn Tractatus theologico-politicus om te pleiten voor het ideaal van universele vrijheid van meningsuiting, inclusief Bijbelkritiek, iets wat destijds een nog heikeler punt was dan de Koran verbranden vandaag de dag.

Wij delen nog in dat geluk, maar gaan slordig om met de maatschappelijk meest verstorende vorm van meningsuiting: de demonstratie. Een begin van opschoning is gemaakt. Mensen zijn vrij om zich te kleden zoals ze willen. Ook dat is (menings)uiting. Maar in het openbaar vervoer, het onderwijs, de zorg en in overheidsgebouwen verbiedt de wet kleding die het gezicht geheel bedekt.

Onlangs heeft de Tweede Kamer een motie van JA21 en SGP aangenomen om gezichtsbedekkende kleding ook bij demonstraties te verbieden. NSC-minister Judith Uitermark van Binnenlandse Zaken moet die motie uitvoeren, ook al stemde haar eigen partij tegen. Die vindt net als de linkse partijen ontmaskeren niet nodig. Hoewel de kern van demonstreren toch was dat je de straat op gaat om je te laten zien en te laten zien waar je voor staat.

Maar ‘activisten’ blijven graag onherkenbaar. Amnesty International pleitte in oktober zelfs voor een verbod op inzet van gezichtherkenningstechnologie bij demonstraties en beperking van het gebruik van camera’s. Spinoza moest zijn Tractatus nog anoniem publiceren. Hebben hedendaagse demonstranten iets te verbergen? Ja.

Het tegengestelde van een activist is een pacifist. Demonstreren neigt tot intimideren en geweld. Demonstreren is een uiting van macht, zonder tussenkomst van volksvertegenwoordigers. Demonstraties zijn daarom nog populistischer dan referenda, want om aan een demonstratie mee te doen, hoef je niet eens kiesgerechtigd te zijn. Omwille van de openbare orde ben ik voorstander van beperkingen aan het recht op demonstreren.

Beperkingen aan het demonstratierecht

De wetgever kan daartoe inspiratie opdoen bij het processieverbod van 1848 dat de Hoge Raad in 1962 nog een deugdelijke richtsnoer vond, maar dat in 1983 helaas uit de wet verdween. Mijn suggesties luiden: 1) Demonstreren is alleen toegestaan tegen overheden. 2) Overlast voor derden dient zoveel mogelijk vermeden te worden. 3) Misdrijven rond een demonstratie worden zwaarder bestraft dan diezelfde misdrijven in normale omstandigheden. 4) Locatie is altijd het Malieveld in Den Haag, tenzij er zwaarwegende redenen zijn om de demonstratie elders te houden. Iedere deelnemer krijgt één kopje koffie van de gemeente.

Ook pleit ik voor kwantitatieve beperking. Natuurlijk moeten we niet alleen demonstraties toestaan van clubs met wie we het eens zijn. Maar een quotum per organisatie, lijkt me wel nuttig. Vakbonden mogen onbeperkt demonstreren, want die doen ook andere nuttige dingen. Maar professionele demonstratie-organisaties zoals Greenpeace, KOZP, Extinction Rebellion en pro-Hamas groepjes mogen ieder hooguit één keer per jaar. We kennen hun boodschap inmiddels immers wel.

Paul Frentrop was achtereenvolgens journalist, bankier, ondernemer, pensioenbeheerder, hoogleraar en lid van de Eerste Kamer.

Wynia’s Week verschijnt drie keer per week met even onafhankelijke als broodnodige berichtgeving. De donateurs maken dat mogelijk. Doet u mee? Hartelijk dank!