Lessen voor kabinet-Schoof: Trump overdrijft, maar dat er in de ‘internationale orde’ gewied kan worden staat wel vast
![VdHaar Deel 3 liberale internationale orde en Trump VdHaar Deel 3 liberale internationale orde en Trump](https://www.wyniasweek.nl/wp-content/uploads/2025/02/VdHaar-Deel-3-liberale-internationale-orde-en-Trump.jpg)
*door Edwin van de Haar
Ook voorafgaand aan het opnieuw aantreden van de Amerikaanse president Donald Trump waren de machtsverhoudingen en de ordening in de wereldpolitiek al aan het schuiven, met als gevolg meer instabiliteit, onzekerheid en onveiligheid.
Maar de recente acties van de Amerikaanse president, zoals de start van een tarievenoorlog in de wereldhandel en zijn wensen met betrekking tot annexatie van onder andere Groenland en het Panamakanaal, geven extra vaart aan de teloorgang van de ’liberale internationale orde’. In tegenstelling tot wat veel Nederlandse commentatoren denken is dat helemaal niet zo erg, maar Trump moet niet overdrijven.
Het begrip ‘liberale internationale orde’ is voor een groot deel gebaseerd op het sociaalliberalisme, overigens net als alle andere liberale theorieën in de leer der internationale betrekkingen. De bekendste denker over de liberale internationale orde is hoogleraar G. John Ikenberry (Princeton).
Amerikaanse wereldorde
Ikenberry schetst een ontwikkeling die begon na de Eerste Wereldoorlog, mede onder invloed van de Amerikaanse president Woodrow Wilson en zijn 14 puntenplan voor wereldorde. Dat bevatte onder andere de oprichting van de Volkenbond (waar de Verenigde Staten zelf uiteindelijk geen lid van werden), maar ook pleidooien voor openheid bij het afsluiten van verdragen, vrijhandel, en dekolonisatie. Dit denken mislukte jammerlijk, maar werd na de Tweede Wereldoorlog, toch doorgezet in ‘vrije en democratische Westen’, weer onder leiding van de Verenigde Staten.
Hoewel de Volkenbond weinig voor elkaar kreeg, werd zij toch opgevolgd door de Verenigde Naties, die al snel werd uitgebreid met een fors aantal specialistische dochterorganisaties zoals UNWRA en Unicef. Daarnaast werden er nog veel meer internationale organisaties opgericht, waarvan de bekendste zijn het International Monetair Fonds, de Wereldbank en de GATT (later WTO) zijn. Ook breidde het internationaal recht fors uit. Na de Koude Oorlog stelden de ‘liberale democratieën’ dit systeem open voor de voormalige landen van het communistische blok en ook diverse tot dan toe ongebonden landen, zoals India en Indonesië.
‘Internationale gemeenschap’
Volgens Ikenberry waren de belangrijkste kenmerken van deze liberale internationale orde: een systeem van soevereine staten, waarbij de open onderlinge verhoudingen worden gedomineerd door het internationaal recht en andere internationale afspraken. Daarmee – althans zo was het idee – wordt de machtspolitiek ingekaderd, hoewel defensiesamenwerking (onder andere NAVO) onlosmakelijk deel uitmaakt van de liberale internationale orde.
Een ander belangrijk punt is de ontwikkeling en uitbreiding van de wederzijdse verbondenheid en afhankelijkheid tussen landen. Het idee is dat de wereldhandel, het internationale overleg en de volkenrechtelijke verbintenissen ook een vredesbevorderende werking uitgaat. Maar daarvoor is weinig overtuigend bewijs, zoals de vele oorlogen van de afgelopen decennia bewijzen.
Desondanks claimen Ikenberry en de aanhangers van de liberale internationale orde dat de deelnemende landen solidair zijn op basis van hun gedeelde waarden en dat er een hoger gezamenlijk doel is: voortdurende verbetering, zowel op materieel gebied, als in de richting van een ‘sociaal rechtvaardige wereld’.
De luchtfietserij voorbij
Op Ikenberry’s idee valt het nodige af te dingen, want het is betwistbaar of dit nu echt een accuraat beeld geeft van de internationale politiek in de afgelopen decennia. Het idee dat we op weg zijn naar een sociaal rechtvaardige wereld was altijd al wereldvreemd. Met de recente acties van Trump kunnen alle idealistische ideeën over solidariteit en progressie de koelkast in. Door de oorlog van Rusland tegen Oekraïne is er weer een interstatelijke oorlog op Europees grondgebied, nota bene tussen landen die voorheen nauw waren verbonden door wederzijdse handel.
Internationale organisaties als de WTO disfunctioneren al langer en veel van de dochterorganisaties van de VN zijn ineffectief. Daarbij neemt het aantal democratieën in de wereld af. Volgens The Economist waren het er verleden jaar maar 34. Kortom: als die liberale internationale orde überhaupt al heeft bestaan, dan is dat echt verleden tijd.
Maar zo erg is het niet. Want de sociaal-liberale internationale orde was doordrenkt van maakbaarheid. Vooral door de explosie van internationaal recht (dat boven het nationale recht uitgaat) en de vele internationale organisaties. In de afgelopen decennia kwamen daar nog de ‘humanitaire interventies’ bij, al dan niet bedoeld om de democratie ergens te vestigen. Dat werd bijna nergens een succes, terwijl de kosten in levens en belastinggeld enorm waren. Deze liberale internationale orde vormde dan ook vooral een bedreiging van de individuele vrijheid en kon de veel te hoge verwachtingen niet waarmaken.
Bij deze Trumpiaanse tijd passen de klassiek-liberale ideeën over internationale betrekkingen veel beter, hoewel er belangrijke verschillen zijn. Het uitgangspunt blijft een internationale orde van staten. Net als bij Trump, die deals maakt met landen. Defensie is van het allergrootse belang, in de regel in internationale samenwerking. De machtsbalans tussen (allianties van) staten is een gewaardeerd ordeningsmechanisme voor klassiek-liberalen, hoewel oorlogen altijd zullen voorkomen.
Trump gaat te ver
Ook dat past op zich bij Trump, hoewel hij momenteel vooral ruzie maakt met zijn bondgenoten, maar wel tegen de achtergrond van de opkomst van China. Trump’s opzichtige machtsuitoefening is niet aangenaam, maar ook niet ongewoon in de wereldpolitiek. Het zou pas echt schadelijk worden als hij allianties zoals de NAVO op zou blazen. Uiteindelijk is dat ook niet in Amerikaans belang.
De beginselen van nationale soevereiniteit en non-interventie zijn volgens klassiek-liberalen een goede leidraad. Ook hier zoekt Trump nu de randen op. Als hij de soevereiniteit van bondgenoten zoals Denemarken en Panama uiteindelijk niet erkent en eventueel overgaat tot (een vorm van) interventie, dan is internationale chaos verzekerd. China en Rusland zullen zijn voorbeeld ongetwijfeld enthousiast volgen, om slechts de belangrijkste ususal suspects te noemen.
Maar: staats-ontwikkelingshulp kan inderdaad afgeschaft
Volgens klassiek-liberalen dienen staten terughoudend zijn met het afspreken van nieuwe internationaal rechtsregels of de oprichting van internationale organisaties. Sowieso moeten deze zich voornamelijk beperken tot afspraken over functionele, grensoverschrijdende onderwerpen.
Ontwikkelingshulp werkt niet en moet worden afgeschaft, op tijdelijke noodhulp na. Hier geeft Trump het lichtend voorbeeld, onder andere met zijn ontmanteling van USAID. Maar hij is verkeerd bezig met zijn tarievenoorlog, want klassiek-liberalen zijn er al sinds David Hume en Adam Smith van overtuigd dat vrijhandel en globalisering iedereen in de wereld vooruitgang kunnen bieden. Hogere tarieven werken dat tegen, daar zijn ook bijna alle economen het wel over eens. Hierbij maken klassiek-liberalen zich echter geen illusies: de internationale orde wordt er niet vredelievender door.
Deze uitgangspunten moeten inspiratie bieden voor de Nederlandse politiek, die wel heel enthousiast meedeed aan de uitbouw van de liberale internationale orde. Dat kan en moet minder.
Aan serieuzer inzet op defensie wordt nu eindelijk weer gewerkt in NAVO-verband. Het klassieke domineesvingertje op het gebied van de mensenrechten kan weg, en de ontwikkelingshulp moet nog verder worden afgebouwd. In dat kader kan onder andere het lidmaatschap van de Wereldbank worden opgezegd, want ook multilaterale hulp levert geen resultaat. De verheerlijking van het internationaal recht moet worden gestopt en het waanidee dat Nederland de ontwikkeling van de internationale rechtsorde dient te bevorderen, dat expliciet het bevorderen van het welzijn van de wereldbevolking bevat, moet zo snel mogelijk uit de Grondwet worden geschrapt.
Al met al is het hoogtijd om de klassiek-liberale internationale orde vorm te geven, defensie de absolute prioriteit te maken, goede Amerikaanse plannen te omarmen en tegelijk te proberen om de uitwassen van Trump’s buitenlandse politiek te kanaliseren. Dat is niet makkelijk, maar het moet wel.
Dr Edwin van de Haar* is gespecialiseerd in liberale (internationale) politieke theorie en is onder andere auteur van Classical Liberalism and International Relations Theory. Hume, Smith, Mises and Hayek (2009) en Human Nature and World Affairs. An Introduction to Classical Liberalism and International Relations Theory (2023). Zie www.edwinvandehaar.com
Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. U maakt dat samen met de andere donateurs mogelijk. Doet u weer mee, ook in 2025? Kijk HIER. Hartelijk dank!