Laten we de kabinetsformatie aan banden leggen
De kabinetsformatie 2021 is een bron van hoon. Nederlanders kijken neer op hun politici, die geen enkele moeite lijken te doen om een nieuw kabinet in elkaar te sleutelen. Maar ondertussen lappen Mark Rutte en Sigrid Kaag het oude kabinet wel op met steeds weer nieuwe bewindslieden.
Hoog tijd om de chaos van de eindeloze kabinetsformaties onder de loep te nemen, constateren Pim van Gaal en Syp Wynia. Kijk hier naar het nieuwe gesprek voor Wynia’s Week TV.
Een beschamende vertoning
Wat er na de jongste Tweede Kamerverkiezingen en tot op heden gebeurde tart iedere beschrijving. Het kabinet RutteDrie is al sinds 15 januari demissionair en wordt geacht alleen lopende zaken af te handelen, maar regeert ondertussen gewoon door alsof er niets aan de hand is en er niet op 17 maart verkiezingen zijn geweest. Dat wordt vergemakkelijkt door het feit dat de coalitie van VVD, CDA, D66 en ChristenUnie (dankzij D66, een beetje dankzij de VVD en ondanks het verlies van het CDA) een paar stemmen heeft gewonnen en dus weer over een Kamermeerderheid beschikt.
Als deze coalitie zo graag door wil regeren, zou dat dus prima kunnen. Maar dat wil D66 niet (niet met de ChristenUnie), of het CDA wil en kan moet nog blijken en de ChristenUnie leek eerst niet met Rutte, maar mogelijk nu toch weer wel met Rutte te willen. En de VVD-leider zelf, die regeert door alsof hij nooit demissionair was en nooit een motie van afkeuring van vrijwel de hele Kamer op zijn dak kreeg.
En verder lijkt Rutte te denken: hoe langer die motie van afkeuring van vrijdag 2 april geleden is, hoe minder die mij wordt aangerekend. En hoe meer de weerstand bij D66 (en ChristenUnie) tegen voortzetting van de huidige coalitie erodeert. Misschien leidt het voortschrijden van de tijd zelfs tot een herstel van de orde bij het CDA, waar de afgelopen maanden de chaos regeerde en de peilingen instortten.
Ondertussen daalt het aanzien van de verantwoordelijke politici. Minachting is hun deel. Dat is begrijpelijk, zo niet terecht. Politici die in schrille tonen de schande van de toeslagenaffaire schilderen, maar niet de indruk maken het zich aan te trekken. Overal urgentie prediken, maar ondertussen pierewaaien.
De belangrijkste vierjaarlijkse verkiezingen, die voor de Tweede Kamer, waar schouderophalend aan wordt voorbijgegaan, terwijl de gebutste premier gewoon naar Brussel gaat om daar verregaande beslissingen voor de EU in het algemeen en dus ook voor Nederland te nemen. De komende weken wordt de Miljoenennota vastgesteld – normaliter reden voor ingrijpende politieke bewegingen, maar nu mogen de demissionaire bewindslieden dat even terloops aftikken. En alle EU-landen halen Corona-miljarden uit Brussel, het enige EU-land dat het nalaat is Nederland.
Zijn onze leiders aan geen enkele regel gebonden?
In deze weken en maanden lijkt geen enkele democratische en grondwettelijke conventie meer te gelden. Oplettende waarnemers zagen de afgelopen jaren al een ontwikkeling van de Nederlandse constitutionele monarchie naar een presidentieel stelsel met een monarchaal randje.
Mark Rutte is onnavolgbaar in het bij elkaar halen van meerderheden in een ogenschijnlijk versplinterd parlement en kan met de aldus verzamelde macht regeren als een zonnekoning. In het voorbijgaan is de echte koning van vrijwel alle veren ontdaan. In 2012 raakte de koning – toen nog koningin Beatrix – nogal terloops, en officieel was Rutte tactisch tegen – zijn rol als regisseur van de kabinetsformatie kwijt.
Koning Willem-Alexander heeft ook om andere redenen niet de statuur van zijn voorgangster. Of zij in Corona-lockdown gedwongen was teruggevlogen uit Griekenland en vervolgens ook nog diep door het stof was gegaan op de tv valt zeer te bezien.
Het overwicht van de langstzittende
Daarbij leeft de monarch deels van de ‘longue durée’, zoals de Fransman zegt. Wie lang aan de top zit en anderen ziet passeren heeft alleen daardoor al overwicht op de passanten. Maar hier is juist Mark Rutte de factor van de lange duur: hij is al premier sinds 2010 en heeft bij zijn eerste kabinetsformatie meegemaakt dat hem uitvoerig de les werd gelezen door de vorige majesteit. De nieuwe koning is er pas sinds 2013 en de kans dat die de les wordt gelezen door Rutte is een stuk groter dan andersom.
Hoe dan ook, in de Ruttejaren is er werkende weg veel veranderd aan de top van politiek en bestuurlijk Nederland. Rutte regeert met iedereen en meestal moet degene met wie hij regeert daarna op een houtje bijten. Het overkwam PVV, CDA, GroenLinks, PvdA en nu weer het CDA.
Anders dan vaak gedacht groeide Rutte’s eigen VVD daar lang niet altijd in mee. De VVD behaalde ook bij de laatste Kamerverkiezingen op 17 maart nog geen 22 procent van de stemmen, al werd het dan wel weer de grootste partij. De Corona-bonus voor de premier was op verkiezingsdag vrijwel geheel weggesmolten: er bleef maar één extra zetel van over.
De quasi-president
Nee, Rutte kan quasi-presidentieel opereren omdat hij volstrekt de baas is in eigen partij en andere partijen zodanig weet te bewerken dat die hem weer voor vier jaar aan het bewind laten. Het is technisch gezien knap. Of het goed is voor het land, voor de democratie, voor de burgers, staat nog niet zo vast.
Het hele politieke proces is ondertussen in de Ruttejaren in permanente verandering geraakt. Rutte had dat als een van de eersten door. Als jong premier zei hij al dat alle partijen in de Tweede Kamer zo klein waren geworden dat er eigenlijk steeds met minderheden geregeerd moest worden. Maar, zo zei hij ook – en de geschiedenis geeft hem tot dusver gelijk: er zullen steeds voldoende verantwoordelijke partijen zijn om de regering in het zadel te houden.
Formeren in de mist
Maar ondertussen zijn we zo wel in de mist beland. Dat blijkt uit de ellenlange formaties. Niemand heeft enige haast, de formatie gaat doodgemoedereerd met vakantie. En alleen per ongeluk blijkt na de formatie dat terwijl de formatie officieel met vakantie was Shell en Unilever in- en uitliepen om van de dividendbelasting af te komen.
Net zo ondoorzichtig zijn de reeksen akkoorden die de Ruttekabinetten sluiten met belanghebbenden (zoals de klimaatakkoorden), waarbij niet alleen de burgers, maar ook hun volksvertegenwoordigers buitenspel staan.
Wat nog demissionair is – of niet – is dit jaar ook al onduidelijk geworden. Demissionaire bewindslieden worden demissionair op een ander ministerie en zo nu en dan wordt er weer een coalitie-Kamerlid uit de Kamer weggeplukt om staatssecretaris te worden.
Er wordt meer energie gestoken in het voortleven van het oude kabinet dan het in leven roepen van het nieuwe. Ondertussen blijven de weggeplukte Kamerleden ook nog Kamerlid, helemaal tegen de letter, dan wel de geest van de Grondwet.
Formeren is een chaotisch proces geworden
Zo kan het dus niet langer. De kabinetsformatie van 2010 was al een zooitje, ook al viel die nog onder de regie van de ervaren koningin Beatrix. In de mistige situatie van toen deden Beatrix’ adviseurs Ruud Lubbers en Herman Tjeenk Willink meer kwaad dan goed. Ze waren drukker met het buitenspel zetten van verkiezingswinnaar Geert Wilders dan hun onafhankelijke rol te koesteren.
In reactie werd de koning buitenspel gezet. Maar dat wil niet zeggen dat het proces van de kabinetsformatie nu wel deugdelijk verloopt. Typerend is, dat de Tweede Kamer – nu zogenaamd de baas van de kabinetsformatie – de ambtelijke ondersteuning en de woordvoering van de kabinetsformatie overlaat aan de ambtelijke secondanten van de premier.
Dat laatste typeert, dat de koning weliswaar uit de kabinetsformatie is gehaald, maar dat in de negen jaar die sindsdien verstreken is geen deugdelijke regeling voor het vervolg is gekomen. Het wordt hoog tijd dat daarin wordt voorzien. In een formatiewet, bijvoorbeeld.
De formatiewet
Wie is wettelijk de baas van de formatie, welke middelen staan daarbij ter beschikking, wie heeft wel of niet en hoe toegang tot de achterkamers van de formatie en met welk doel, wat mag en kan een demissionair kabinet wel of niet – en hoe lang -, wanneer moet de formatie afgelopen zijn, wat zijn de sancties en wanneer mogen of moeten er eventueel nieuwe verkiezingen worden uitgeschreven?
In een volwassen democratie kun je de bevoegdheden van een afgetreden kabinet en het vormen van de regering niet aan wisselende humeuren of de waan van de dag overlaten. De formatiewet hoort aangekondigd te worden in het nieuwe regeerakkoord. Of, beter: laat de Tweede Kamer zelf met zo’n wet komen.
Pim van Gaal en Syp Wynia bespreken de chaos van de formatie en hoe het beter moet in de nieuwste aflevering van WYNIA’s WEEK TV. Kijk HIER. Veel kijkplezier!
WYNIA’s WEEK bestaat dankzij de donateurs. Steunt u ook deze onafhankelijke journalistiek? Graag! Doneren kan op verschillende manieren.Kijk HIER. Hartelijk dank!