In de coronacrisis was het RIVM niets anders dan een politiek instrument
De coronacrisis heeft de wereld in korte tijd drastisch veranderd. Er werden zeer controversiële maatregelen genomen, vanzelfsprekende burgerlijke vrijheden werden ingeperkt. Het nieuws werd volledig gedomineerd door corona. De tegenstellingen in de maatschappij waren ongekend.
Dat is het decor van het onlangs verschenen boek Wetenschap als religie van Ronald Meester. Het gaat over wetenschap, religie en corona. Maar het is geen kroniek van de pandemie. Hoewel hij behoorlijk kritisch is over de manier waarop de overheid de pandemie heeft aangepakt is dat niet zijn focus, schrijft Ronald Meester. Hij is vooral geïnteresseerd in de vraag wat onze reactie op de pandemie ons heeft verteld over onze samenleving. Levensbeschouwelijke vragen noemt hij het. En dat is wat zijn boek wil laten zien.
Het RIVM als knutselclub
Mark Rutte beklemtoonde aan het begin van de crisis dat we de wetenschap gingen volgen, en niets anders. Maar wat volgde in de maanden en jaren daarna had met wetenschap meestal weinig meer te maken. Wat Rutte echter vergat, of niet wist, is dat het gebruiken van wetenschap om een interpretatie ervan vraagt. Wetenschap vertelt ons niet wat ‘beter’ is, want dat is een waardeoordeel, zo schrijft Meester. En daar gaan de exacte wetenschappen niet over.
Ronald Meester is hoogleraar waarschijnlijkheidsrekening aan de Vrije Universiteit. Een vakgebied dat zich bezighoudt met kansrekening, modelvorming en statistiek. Dat maakt hem zeer geschikt om naar de modellen van het RIVM te kijken. En daar blijft dan vervolgens niets van over. De indruk die achterblijft is dat het RIVM bestaat uit slecht geïnformeerde modellenbouwers in overheidsdienst, een knutselclub zonder relevante kennis.
Wetenschap geeft geen moreel kompas
Maar dat is niet zijn enige kritiek, we hebben geen maatschappelijk bindmiddel meer, zo zegt hij. Er is een spirituele armoede in de maatschappij ontstaan.We missen een gezamenlijk, collectief, overstijgend ‘verhaal’ over wat we belangrijk, waardevol en cruciaal vinden. Wat wij belangrijk moesten vinden werd ons verteld door het Outbreak Management Team (OMT). Het is interessant om na te denken over de relatie wetenschap en waarden. Hoe hebben ze met elkaar te maken?
Tijdens de crisis waren statistieken en cijfers doorslaggevend. Maar met statistieken kun je ongeveer alles aantonen. Er werd met getallen gegoocheld die vervolgens tot absolute en schijnbaar onweerlegbare conclusies leken te leiden. Wetenschap geeft geen moreel kompas, en houdt zich niet bezig met ethische vragen.
Alles moet meetbaar zijn. Geneeswijzen moeten ‘evidence based’ zijn. Aan de andere kant wordt wetenschap gebagatelliseerd. Is de wereld beter geworden door wetenschap? In sommige opzichten wel, maar in andere zeker niet is Meesters conclusie. Voor de overheid waren er maar twee adviseurs, het RIVM en het OMT. En dat is precies Meesters probleem, wetenschap gedijt in een open discussie, en het RIVM was allerminst open. Modellen en data waren niet openbaar.
Een verdwaasde samenleving
Hoe moeten we omgaan met elkaar tegensprekende wetenschappelijke bevindingen die aan de orde van de dag zijn. De cijfers waren ambigue, spraken elkaar de hele tijd tegen, werden voorzien van een moreel of ethisch laagje vernis, waren onbetrouwbaar, werden gemanipuleerd, tot een punt waarop niemand meer enig idee had wat er nu echt aan de hand was. De samenleving bleef verdwaasd en diep verdeeld achter.
De beelden uit Bergamo in Italië zorgden vanzelfsprekend voor een gevoel van grote bedreiging. Het is logisch om vooringenomen te zijn, schrijft Meester, en dat is ook niet zo erg mits je bereid bent je vooroordelen te verlaten in het licht van nieuwe informatie.
Meester zegt dat hij verschillende presentaties van Jaap van Dissel voor de Tweede Kamer heeft bekeken, en dat daar aantoonbare en zeer belangrijke onjuistheden in zaten: ‘Het RIVM is nooit de discussie aangegaan met andere wetenschappers, en dat vind ik onacceptabel.’
Statistiek is niet objectief
Eigenlijk is er geen objectieve interpretatie mogelijk van statistische gegevens, schrijft Meester letterlijk. Deze observatie is erg belangrijk, omdat ze illustreert hoe voorzichtig je moet zijn bij het conclusies trekken uit wetenschappelijk onderzoek. Bewijs in wetenschappelijke zin moet je opvatten als een aanwijzing, en niet als een definitief bewijs dat iets wel of niet waar is. En hier is een statisticus aan het woord, niet de zoveelste zelfbenoemde expert. De humaniora, die Meester overigens nergens noemt, zijn vaak aanzienlijk stelliger in hun uitspraken, zeker als het politieke kwesties als immigratie betreft. Dat is in feite opgetuigde politiek, met voetnoten en al.
Wetenschappelijke uitkomsten zijn vaak niet herhaalbaar
De wetenschappelijke crisis is een replicatiecrisis. Veel geclaimde wetenschappelijke resultaten kunnen bij herhaling niet bevestigd worden. Vaak is er sprake van een vorm van vooringenomenheid: kennis die reeds aanwezig is, een prior, levert samen met het bewijs je uiteindelijke oordeel op, de posterior. Rationele mensen kunnen tot tegengestelde conclusies komen op basis van dezelfde exacte informatie. Dat geldt in de exacte wetenschappen, en nog veel sterker in de menswetenschappen.
In de herfst van 2021 steeg het aandeel gevaccineerden op de ic’s sterk, maar de meeste artsen waren niet bereid om hun opvatting dat de meeste patiënten ongevaccineerd waren, te herzien. Vasthouden aan wat je weet, niet open staan voor nieuwe inzichten. Het lijkt symptomatisch te zijn.
Het RIVM model
In december 2021 werd het ‘model’ van het RIVM gepubliceerd. Eigenlijk was er geen sprake van een model waarin menselijk gedrag verdisconteerd is, schrijft Meester. Als we het model zouden mogen geloven dan zou het aantal ziekenhuisopnames eind 2021 ongeveer een tiende moeten zijn van die van eind 2020. Het is evident dat de beloofde reductie van het aantal opnames in geen velden of wegen te bekennen was. Je kunt natuurlijk een paar wiskundige vergelijkingen opschrijven en dat als model presenteren. Maar slaat dat ergens op? Nee, het slaat nergens op. Het model zegt absoluut niets over de manier waarop mensen zich bewegen.
In feite is het geen model, want welk fysiek proces werd er gemodelleerd? Een ‘belachelijk simplistisch model’. In het begin gaf de overheid de test 85% betrouwbaarheid, toen het model gepubliceerd werd was het opeens 59%. Het kwam goed uit om het testen te promoten, met die 85%. Bij publicatie van het model wilde de overheid echter argumenten geven voor een 2G-beleid, en dan is het handiger de betrouwbaarheid lager in te schatten.
De schoolsluitingen
Het model voor schoolsluitingen staat op de RIVM-website. Een zogenaamd school-huishouden model. In feite wordt de realiteit op een bijna karikaturale manier teruggebracht tot een eenvoudig netwerk, met allerlei intimiderend aandoende formules voor de kansen op besmetting, maar er is geen enkele garantie dat de werkelijkheid zich aan dit model gaat houden. Volgens Meester zijn besluiten genomen op emotionele gronden.
Geen mens heeft kunnen voorspellen wat het daadwerkelijk effect van een schoolsluiting zou zijn, en achteraf is ook nog eens volkomen onduidelijk gebleven of er wel een effect is geweest. Het vileine van de situatie zou kunnen zijn dat schoolsluitingen werden ingevoerd om besmettingen te voorkomen, maar dat als gevolg ervan juist meer ouderen werden besmet. Zo gaat dat wanneer je niet nadenkt over je wetenschap en als een kip zonder kop achter niet-realistische modellen aanloopt, zegt Meester.
RIVM als politiek instrument
Een wetenschappelijk instituut als het RIVM dat de discussie uit de weg gaat is niets meer dan een politiek instrument, aldus Meester. Het OMT is altijd zeer eenzijdig samengesteld gebleven. De politiek nam alles klakkeloos over, zonder enige vorm van tegenspraak. En dat is, naar mijn idee, symptomatisch geworden in de Tweede Kamer.
In het begin van de pandemie sprak het RIVM over een sterftekans van 3,4%. Dat getal was veel te hoog. Op dit moment hanteert het RIVM een percentage van 1 tot 1,3%, wat eveneens te hoog is zoals Meester laat zien. Er is dus behoorlijk wat bewijs voor de stelling dat het virus niet zo gevaarlijk is als het RIVM zegt.
Meesters tweede voorbeeld gaat over de geclaimde efficiëntie van het Pfizervaccin. Pfizers claim was 95%. Meester laat zien dat dit heel anders uitkomt met verrekening van het aantal vermoedelijke gevallen. Pfizer, dat overigens bepaald geen brandschone reputatie heeft, kon zijn gang gaan omdat er geen enkel kritisch geluid meer klonk. Het is de gemakzuchtige houding van een samenleving waarin de oplossing een technisch-wetenschappelijke moet zijn, en waarin geen verdere reflectie plaatsvindt. De samenleving liep als een kip zonder kop achter de wetenschappers aan. We hebben kennelijk niets anders meer, wetenschap is misschien wel religie geworden, schrijft Meester.
Een onvoltooid project
Ronald Meesters boek kan eenvoudig gebruikt worden als kritiek op RIVM en overheid. Die kritiek is geldig, maar toch doe je daarmee het boek ernstig tekort. Het is veel meer dan dat. We moeten immers op zoek gaan naar een nieuwe metafysica waarin moderne wetenschap, religie, filosofie, ethiek, recht en levensbeschouwing een rol spelen. Dat maakt het een interessant en vooral dapper boek dat een brede lezerskring verdient. Waarom is het dan toch een onvoltooid project?
Daarvoor moeten we terug naar het begin van het boek waar Meester schrijft: ‘Tot mijn niet geringe afgrijzen waren het juist extreemrechtse partijen die vaak met redelijke coronakritiek aan de haal gingen, en bleef het vanuit de linkerkant van het politieke spectrum akelig stil’. Waarom die redding van links moet komen is mij een raadsel. Dat lijkt me een ‘prior’, een vooringenomenheid die hoognodig aan herziening toe is.
Verantwoordelijk zijn voor de wereld heeft een grens: draagkracht
Meester schreef een persoonlijk en openhartig boek, het heeft hem een breuk met zijn kerkgenootschap opgeleverd. Ik ken zijn achtergrond. Ook ik kom uit een Nederlands-Hervormd gezin met een sterkte Kuitert-inslag; een praktisch gericht geloof. De Vrije Universiteit, gereformeerd bolwerk in Amsterdam was mijn alma mater. Wat wij leerden is dat we verantwoordelijk zijn voor onze medemens. Dat geldt evenzeer voor mensen van buiten ons land. Maar hoe ver gaat dat? Gaat het hier niet wringen? Moeten we niet aan de eigen bevolking denken? Draagkracht is ook een notie in het geloof.
Het is mooi dat Meester zo onder de indruk is van de kerk die asielzoekers onderdak biedt, maar van een wetenschapper mag je een meer structurele blik op politiek handelen verwachten. Je kunt niet een boek schrijven met een heldere analytische kritiek op het geklungel van het RIVM, en tegelijk je legitimatie voor een andere maatschappij zoeken in een subjectieve ‘Gesinnungsethik’. Daar hoort een bredere maatschappijvisie bij die politiek is gekleurd en vuile handen maakt. Dan komen die ‘extreem rechtse partijen’ in een ander licht te staan.
Ronald Meester, Wetenschap als nieuwe religie, Hoe Corona de spirituele schaarste in onze samenleving blootlegde, (Ten Have, 2022)