Hoe loyaal is Dilan Yesilgöz aan het kabinet-Schoof?

dejonge
VVD-partijleider Dilan Yesilgöz. Beeld: rijksoverheid.nl.

Sinds het kabinet-Schoof drie maanden geleden van start ging, hebben de media veel aandacht besteed aan het grillige gedrag van PVV en NSC en aan hun meningsverschillen. Kleinste coalitiepartij BBB stelt zich loyaal op. Maar hoe zit het met vierde regeringspartij VVD?

Twee dagen na de verkiezingen kondigde VVD-leider Divan Yeşilgöz aan dat de VVD niet opnieuw wilde regeren. Haar partij verloor tien zetels, de kiezer had gesproken. Wel zou ze een rechts kabinet gedogen en daarmee mogelijk maken.

Terwijl ze dit zei, wist ze twee dingen: NSC was onmisbaar en de VVD had vier zetels meer. Geen enkele coalitie was mogelijk zonder haar medewerking. Door in eerste instantie alleen te gedogen, werd NSC de pas afgesneden. En zo werd zij, en niet Pieter Omtzigt, kingmaker.

VVD hield leuke dingen voor zichzelf

De VVD won de formatie. Ze kreeg vier ministers. Daarvan zijn er drie – Justitie en Veiligheid, Financiën en Defensie – aloude stokpaardjes van de partij. Onder de vorige partijleider Mark Rutte (2006-2023) werd Klimaat en Groene Groei belangrijk voor de linkervleugel. Weliswaar kregen de coalitiepartners van de VVD de ministeries die zij graag wilden, maar daar zaten ook hoofdpijndossiers bij. De VVD hield de leuke dingen voor zichzelf en schoof het lastige werk door naar andere partijen.

Bij de formatie van 2012 was sprake van een goede band tussen premier Rutte en PvdA-leider Diederik Samsom. De PvdA kreeg Binnenlandse Zaken. Alleen had de VVD de taken politie en wonen overgeheveld naar VVD-ministers. Daardoor had de PvdA een minister van ‘Frisse Lucht’ in het kabinet-Rutte 2 (2012-2017).

De VVD regeerde meestal met christendemocratische partijen. Partijleiders Pieter Oud (1948-1963) en Hans Wiegel (1971-1982) sloten regeren met de PvdA zelfs uit. Ook Rutte (2006-2023) wilde altijd het CDA in de regering. Zijn teleurstelling was dan ook groot toen CDA-leider Sybrand Buma niet meewerkte aan Rutte 2. Rutte noemde dat ‘verantwoordelijksheidsvakantie’.

Sommige VVD’ers, vooral van de linkervleugel, waren niet graag afhankelijk van de christendemocraten. Was het niet strategischer ook samenwerking met de PvdA te overwegen? In 1994 was het zover: de eerste ‘paarse’ regering van PvdA en VVD, aangevuld met D66. VVD en PvdA hebben nu drie keer samen geregeerd en zaten, op een maand na in 2002 (vanwege het Srebrenica-rapport), telkens de rit uit. Heel anders dan de kibbelkabinetten van CDA en PvdA die, op Lubbers 3 na, allemaal vielen.

Rechts van de VVD is het uitkijken

De VVD lijkt de ideale coalitiepartner. Maar niet als je de derde rechtse partij bent naast CDA en VVD. Dat was DS’70 begin jaren zeventig en de LPF in 2002. De VVD was er niet rouwig om dat die partijen zichzelf te gronde richtten. Toen BBB bij de Provinciale Statenverkiezingen van maart 2023 in alle provincies de grootste werd, werd uitgekeken naar het moment dat de landbouw- en regiopartij zichzelf in de vingers zou snijden.

Het CDA was voor de VVD een partij met voldoende overeenkomsten om goed samen te werken en voldoende verschillen om naast elkaar te bestaan. Maar andere rechtse partijen konden in potentie VVD-kiezers overnemen. Dat waren geen bondgenoten, maar concurrenten.

Rechtse campagnes

Geert Wilders, begonnen bij de VVD, wist misschien dat hij op zijn hoede moest zijn toen Rutte in 2010 sprak van een kabinet waar ‘rechts Nederland zijn vingers bij aflikt’. In 2012 trok hij zijn gedoogsteun aan Rutte-I (2010-2012) in. De PVV verloor de daaropvolgende verkiezingen, maar bleef bestaan, en won weer zetels in 2017.

In 2017 kwam Forum voor Democratie in de Tweede Kamer, in 2021 JA21 en BBB, vorig jaar NSC. Forum en haar afsplitsingen lijken geen blijvertjes. Als van de huidige drie coalitiepartners maar één dat wel is, kan de VVD mogelijk blijvend een deel van haar electoraat verliezen. Want alle VVD-leden samen vertegenwoordigen nog geen derde Kamerzetel. Rutte won verkiezingen door rechtse campagnes.

VVD wist al dat noodwet onhaalbaar was

In 2022 vroeg een VVD-Kamerlid of het mogelijk was een noodwet in te voeren om de asielstroom te stoppen. De VVD-staatssecretaris van Justitie, die diende onder een VVD-minister van Justitie, antwoordde dat dit wettelijk niet kon. Twee jaar later is Kamerlid Ruben Brekelmans defensieminister, staatssecretaris Eric van der Burg Kamerlid en minister Yeşilgöz partijleider.

Op het moment dat de noodwet voor asielzoekers werd opgenomen in de regeringsverklaring, wist de VVD al dat dit onhaalbaar was. Het kan zijn dat de VVD dit al had aangegeven, maar dat de PVV om ideologische redenen volhardde. Maar wat als de VVD willens en wetens Wilders in zijn eigen zwaard wilde laten vallen?

Binnen de VVD bestaat bij de linker- en rechtervleugel het beeld dat bewindspersonen en Kamerfractie afwachten tot PVV of NSC de stekker uit het kabinet trekt. Dan zou het niet liggen aan de VVD, die haar goede wil toonde, dat de samenwerking mislukte. Integendeel, Yeşilgöz toonde zich op de tweede avond van de Algemene Beschouwingen bereid om ook aan een spoedwet te werken. Boodschap: de VVD staart zich niet blind op het eigen gelijk, maar werkt aan oplossingen.

Volgens de VVD wilden vorige coalitiepartners geen strenger asielbeleid. De huidige coalitiepartners willen dit wel, maar letten niet op het begrotingstekort, omdat ze liever geld uitgeven aan zorg en bestaanszekerheid. Boodschap: alleen de VVD is echt verantwoordelijk.

Partners kunnen er genoeg van krijgen

Toen het CDA de grootste partij was, profileerde het zich ten koste van coalitiepartners. In regeringen met de VVD hadden zij oog voor de zwakkeren, in regeringen met de PvdA waren zij zuinig met belastinggeld. Op een dag waren de partners het zat – ze gingen regeren zonder het CDA. Zo kan het ook de VVD vergaan.

Pieter de Jonge is historicus en publicist.

Wynia’s Week verschijnt nu drie keer per week! De groei en bloei van Wynia’s Week is te danken aan de donateurs. Doet u al mee? Doneren kan op verschillende manieren. Kijk HIER. Hartelijk dank!