‘Goede Doelen’: het eenzijdig gesubsidieerde opiniecircuit van Poelmann en Kaag

1920_haremajesteitkoninginmaacuteximaopenthetnieuweduurzamekantoorvandegoededoelenloterijendoordeboominhetatriumsymbolischwatertegeven-692129
Eind 2018: Koningin Máxima opent het nieuwe kantoor van de loterijen van Boudewijn Poelmann (rechts). De banden tussen het koningshuis en Poelmann zijn warm.

CDA-Kamerlid Omtzigt had het in zijn vlammend betoog tijdens het Kamerdebat over de Toeslagenaffaire over de innige banden tussen politiek, media en belangenorganisaties. De laatste eten allemaal uit de staatsruif en houden volgens hem hun mond, omdat anders de subsidie stopt.

De ruif van deze organisaties wordt niet alleen gevuld door de overheid maar ook door andere partijen, zoals de Postcodeloterij. De Postcodeloterij leidt met loterijsubsidies de weg naar de nog grotere pot van de overheid.  Er lijkt zelfs sprake van een hechte samenwerking. Het maakt dat in Nederland sprake is van een gesubsidieerd opiniecircuit. Wat een ‘goed doel’ is, is stevig afgebakend door een links-kosmopolitische elite. Alleen zij krijgen toegang tot subsidies en loterijgeld.

De Postcodeloterij: de geldpomp van het establishment

Hoe zeer de Postcodeloterij verweven is geraakt met het Nederlandse politieke establishment stond precies een jaar geleden in Wynia’s Week. De Postcodeloterij koestert ook de goede banden met het koningshuis en met zowel de publieke als de commerciële omroep. TV-producent Joop van den Ende speelde een cruciale rol bij het groot maken van de loterij.

Toch verloochent de loterij haar oorspronkelijke signatuur niet. Voorman Boudewijn Poelmann was ooit actief binnen de PPR, een voorloper van GroenLinks, en werkte voor Novib. Tot zijn vriendenkring behoort Derk Sauer, die tevens zakenpartner is, en ook een radicaal-links verleden heeft. Met de Postcodeloterij realiseerde Poelmann een linkse droom, die het geld genereert om de wereld ‘beter’ te maken.

Veel kans om te winnen is er niet

Nederlanders doen aan loterijen vooral mee om te winnen, volgens onderzoek van Blauw Research (2019). Het goede-doelen-motief speelt wel een rol, maar is niet het belangrijkste, zo bevestigt ook onderzoek door SEO (2019). Deelnemers zijn slecht geïnformeerd over aan welke goede doelen de loterijen waaraan zij meedoen geld schenken. Sinds 2020 moeten de Goede Doelen Loterijen minimaal 40 procent van de inleg afdragen aan goede doelen. Daarvoor was dat nog 50 procent (en voor 2004 60 procent). In de afgelopen decennia is er dus meer geld beschikbaar gekomen voor de prijzenpot – en voor de organisatie zelf.

De Consumentenbond publiceerde vorig jaar een onderzoek naar de winstkansen in Nederlandse loterijen. De conclusie was dat de kans om gewond te raken bij een verkeersongeval groter is dan de winstkans in een Nederlandse loterij. Hoewel de winstkans bij de Staatsloterij hoger ligt, slaagt de Postcodeloterij er vooral dankzij een uitgekiende marketingstrategie in om een groter marktaandeel te verwerven.

Op het terrein van de sponsering van goede doelen is er in feite maar één aanbieder: De Postcodeloterij. Hieronder vallen ook de Vriendenloterij (die zich richt op goede doelen op het terrein van gezondheid en welzijn in Nederland maar ook sponsor is van de Eredivisie) en de BankGiro Loterij (die zich richt op goede doelen op het gebied van kunst en cultuur).

De belangrijkste begunstigden van de Postcodeloterij staan in onderstaande tabel. Dit zijn de ‘beneficiënten’ die al vanaf (kort na) de oprichting een vaste relatie onderhouden met de loterij.

Belangrijkste begunstigden Postcodeloterij (bedragen 1989 t/m 2020)

Natuurmonumenten€435,5 miljoen
OxfamNovib€418,8 miljoen
Wereld Natuurfonds€418,3 miljoen
Artsen zonder Grenzen€391 miljoen
Unicef€388,3 miljoen
LandschappenNL€345,1 miljoen
Vluchtelingenwerk€305,2 miljoen

Bron: Postcodeloterij

OxfamNovib, het Wereld Natuurfonds en Unicef krijgen ook miljoenen van minister Sigrid Kaag (Ontwikkelingshulp, D66) , zo blijkt uit de cijfers hieronder. Natuurmonumenten en LandschappenNL krijgen eveneens grote bedragen van de overheid. Natuurmonumenten is daardoor de grootste ‘particuliere’ grootgrondbezitter van Nederland geworden. Vluchtelingenwerk steunde door de jaren heen voor bijna de helft van de inkomsten op bijdragen van de Postcodeloterij en daarnaast vooral op de overheid.

Het grootste ‘goede doel’: de geldpotten van Poelmann zelf

Het meeste geld van de Postcodeloterij gaat echter sinds de oprichting in 1989 naar de eigen Stichting DOEN: €707,7 miljoen. Met de loterijgelden genereert Poelmann dus de middelen die hij via deze stichting volledig naar eigen inzicht kan besteden aan door hemzelf gekozen goede doelen. Stichting DOEN richt zich, in de typische geitewollensokkentaal activisten eigen, op circulair ondernemen, duurzaam voedsel, duurzame energie, klimaat, vernieuwende bewonersinitiatieven, sociaal ondernemen en inclusie, en cultuur en media internationaal. Het laat goed zien welke de hobby’s en prioriteiten zijn van de mensen van de Postcodeloterij. Doen Participaties werd in het verleden benut om geld door te sluizen naar o.a. Feyenoord, de favoriete voetbalclub van Poelmann.

Verder is er nog de pot voor bijzondere projecten, het ‘Droomfonds’, waar veel van de gebruikelijke beneficiënten geld uit krijgen, naast een aantal veelbelovende nieuwe.

De Postcodeloterij speelt (al dan niet bewust) geregeld een-tweetjes met de overheid als het gaat om het toekennen van geld aan ‘goede doelen’, in het bijzonder met het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Wie de lijst bekijkt van goede doelen van de Postcodeloterij ziet de enorme overlap met de lijst van het ministerie. Zo komen 20 van de 31 penvoerders uit de ‘strategisch partnerschappen’ van minister Kaag en haar voorgangster Lilianne Ploumen (PvdA) ook voor op de lijst met begunstigden van de Postcodeloterij.

Te christelijk, daar houdt de loterij niet van

Van de elf ‘penvoerders’ die niet voor een bijdrage van de Postcodeloterij in aanmerking komen, heeft een aantal een (te) duidelijke christelijke signatuur (CMC Mensen met een Missie, Woord en Daad, ZOA). Dergelijke organisaties waren nooit erg populair bij de Postcodeloterij. Creating Resources for Empowerment in Action en Fondo Centroamericano de Mujeres (FCAM) opereren ver weg in het buitenland. FCAM heeft dan weer als Nederlandse partners Both Ends en Mama Cash, die meedelen in het totale subsidiebedrag van €34,6 miljoen.

Dankzij de jaarlijkse giften van de Postcodeloterij hebben deze fondsen voldoende quasi eigen inkomsten om succesvol een aanvraag te doen in Den Haag. Als beginner kom je er daar niet tussen, als je geen ‘track record’ kunt laten zien. De Postcodeloterij kan je helpen om deze barrière te slechten.

Poelmann is de ticket naar Kaag

Wie zulke astronomische bedragen krijgt als het ministerie uitdeelt, kan moeite hebben om aan de eis van 25 procent eigen financiering te voldoen die het ministerie stelt. Ook hier komt de hulp van de Postcodeloterij als geroepen. Poelmann verschaft je dus het ticket naar Kaag. Circa een kwart van de inkomsten van de Nederlandse afdeling van het Wereld Natuurfonds kwam door de jaren heen van de Postcodeloterij; voor Milieudefensie een vijfde.

Onderstaande tabel laat de bedragen zien die de penvoerders van de subsidieprogramma’s van de minister van Ontwikkelingssamenwerking hebben ontvangen van het departement en van de Postcodeloterij in de afgelopen jaren. Penvoerders moeten weliswaar de toegekende bedragen delen met hun alliantiepartners, maar kunnen ook zelf alliantiepartner zijn in programma’s van andere penvoerders. Aangezien het ministerie meerdere programma’s heeft lopen, kunnen zij ook in meerdere programma’s penvoerder zijn, zoals bijvoorbeeld OxfamNovib. Ik schreef er eerder over voor Wynia’s Week.

Penvoerders ‘Samenspraak en Tegenspraak’ en ‘Versterking Maatschappelijk Middenveld’ en hun bijdrage van de Postcodeloterij

Penvoerder Samenspraak en Tegenspraak Versterking Maatschappelijk Middenveld Cumulatieve bijdrage Postcodeloterij Totaal
Aidsfonds €41
miljoen
€62,9
miljoen
€47,2
miljoen
€151,1
miljoen
AMREF€32,5
miljoen
€43,5
miljoen
€40,6
miljoen
€116,6
miljoen
Care€19
miljoen
€45,4
miljoen
€7,6
miljoen
€72,0
miljoen
Free Press€32,1
miljoen
€23,8
miljoen
€55,9
miljoen
Hivos€53
miljoen
€45,1
miljoen
€35
miljoen
€133,1
miljoen
ICCO€34,7
miljoen
€5,0
miljoen
€21,9
miljoen
€61,6
miljoen
IRC/Simavi€16,4
miljoen
€24,4
miljoen
€40,8
miljoen
Mama Cash€32,1
miljoen
€34,4
miljoen
€14,2
miljoen
€80,7
miljoen
PAX Nederland/ Amnesty International€59,5
miljoen
€62,1
miljoen
€103,6
miljoen
€225,2
miljoen
Rode Kruis€50,4
miljoen
€113,1
miljoen
€163,5
miljoen
Stichting Both Ends€68,8
miljoen
€61,0
miljoen
€2,0
miljoen
€131,8
miljoen
Stichting Cordaid€41,8
miljoen
€49,6
miljoen
€72,9
miljoen
€164,3
miljoen
Stichting Oxfam Novib€82,1
miljoen
€123,4
miljoen
€418,8
miljoen
€624,3
miljoen
Stichting Plan International NL€41,2
miljoen
€68,7
miljoen
€66,1
miljoen
€176,0
miljoen
Stichting Rutgers€34,7
miljoen
€82,6
miljoen
€28,2
miljoen
€145,5
miljoen
Stichting Solidaridad€34,2
miljoen
€53,7
miljoen
€18,7
miljoen
€106,6
miljoen
Stichting The Hunger Project Nederland€44,0
miljoen
€5,8
miljoen
€49,8
miljoen
Stichting Wilde Ganzen/IKON€24,3
miljoen
€8,3
miljoen
€32,6
miljoen

De grote mate van overlap tussen de subsidiënten van het ministerie en de Postcodeloterij maakt nog iets duidelijk. Zoals uit mijn vorige bijdragen bleek zijn organisaties die in aanmerking willen komen voor subsidie van Kaag verplicht een door het ministerie opgestelde marxistisch geïnspireerde transitietheorie te onderschrijven. Die sluit goed aan bij het progressieve wereldbeeld van de Postcodeloterij. Een beeld dat niet alleen oprijst uit de goededoelenkeuze maar ook uit het boek dat journaliste Ineke Holtwijk een paar jaar geleden schreef over de geschiedenis van de Postcodeloterij.

Nederland heeft een invloedrijk, gesubsidieerd opiniecircuit

Het geld dat organisaties krijgen van het ministerie is niet bedoeld voor concrete projecten, maar voor lobbyen en andere beïnvloeding – in het buitenland maar ook in Nederland. In Nederland is dus sprake van een gesubsidieerd opiniecircuit. Wat een ‘goed doel’ is, is stevig afgebakend door een links-kosmopolitische elite. Wie hierin past, ziet de miljoenen binnen stromen vanuit de overheid en de Postcodeloterij. Wie erbuiten valt, is veroordeeld tot een bestaan in de marge.

In de hoofden van de gemiddelde Nederlander heeft zich, na decennialang erin hameren via onder andere televisieshows, een vast beeld gevormd van wat een ‘goed doel’ is. Het bleek ook tijdens de behandeling van de begroting van minister Kaag in de Tweede Kamer in november jl. In het blikveld van het gemiddelde Kamerlid staan buiten bovenstaande lijst nauwelijks andere goede doelen op het netvlies.

Er staat op de informele lijst van wat ‘goede doelen’ zijn geen enkele organisatie die wijst op mogelijke alternatieven voor het huidige klimaatbeleid, die een markteconomie als noodzakelijke voorwaarde voor economische ontwikkeling propageert, die mensen stimuleert hun lot in eigen hand te nemen, die alternatieven aanvoert voor de Europese ‘ever closer union’ of die de schaduwkanten van migratie benoemt. Integendeel. Waar grote aantallen kiezers dit belangrijke items vinden, is er geen enkel ‘goed doel’ dat zich hier sterk voor maakt. De ‘goede doelen’ uit het lijstje vormen ook geen tegenwicht voor het kabinetsbeleid, zoals door de linkse partijen werd gesuggereerd tijdens het begrotingsdebat. Het enige waarin ze zich afzetten tegen de mainstreampartijen is dat ze (veel) meer van hetzelfde willen.

Goede doelen en de gevestigde orde zijn één

Kortom goede doelen en establishment zijn één geworden. Dat zie je ook aan de personele bezetting van raden van toezicht, ambassadeurs en dergelijke en de personele uitwisseling tussen actiegroepen en (met name linkse) politieke partijen. Zo maar een paar voorbeelden: Samsom en Thijssen (beide PvdA) en Greenpeace, Van der Lee en Karimi (beide GL) en OxfamNovib, Duyvendak en Van Ojik (beide GL) en Milieudefensie, Bergkamp (D66) en COC.

Ook de Postcodeloterij wist in het 30-jarig bestaan een grote schare politici aan zich te binden, die ijveren voor haar belangen. Daarmee zijn we weer terug bij ‘de kliek’ van Omtzigt. Zowel financieel als personeel is sprake van een innige verbondenheid, waarbij geld en baantjes onder elkaar worden verdeeld. Meer hierover in een volgende bijdrage aan Wynia’s Week.