Elektrisch rijden wordt geschiedenis, brandstofauto’s hebben de toekomst

maarten
Elektrische mobiliteit op batterijen is een fysisch inferieur concept. Het is ouderwets, achterhaald en weinig innovatief. Beeld: YouTube.

Ik heb een even serieus als welgemeend advies aan Volkswagen en de andere gerenommeerde Duitse automakers. Ze zijn in zwaar weer beland vanwege de toenemende concurrentie van Chinese elektrische auto’s. De superieure brandstofmotortechniek van onze oosterburen wordt vanwege het zelfdestructieve elektrificatiebeleid van de EU steeds minder belangrijk. De Chinezen buiten dat ten volle uit met hun voorsprong in elektrische auto’s. Daarmee zijn elektrische auto’s een ‘red ocean’ geworden, vol met capabele agressieve marktpartijen.

Ik voorzie nochtans weinig toekomst voor elektrisch rijden. Mijn advies is om met lef in te zetten op de voorsprong in brandstofmotortechniek, en daar een nieuwe ‘blue ocean’ voor te creëren waar je het rijk alleen hebt. Zeg niet meteen dat dat een gepasseerd station is, maar probeer u voor te stellen dat dat niet zo is.

Mijn advies is om gezamenlijk een programma te maken voor de ontwikkeling van brandstofauto’s die gemiddeld 1 op 50 rijden. Die stoten nog maar 50 gram CO2 per kilometer uit. Vervolgens zou ik samen met toonaangevende onafhankelijke wetenschappers van internationale universiteiten en instituten zoals Fraunhofer en TNO aantonen dat daarmee meer CO2 wordt bespaard dan met elektrisch rijden. 

Grote voordelen

Toon ook aan dat het onze internationale afhankelijkheden vermindert en netcongestie tegengaat. Toon tenslotte aan dat het veel werkgelegenheid en belastinginkomsten oplevert. Mijn analyse is dat al deze dingen aantoonbaar en ook haalbaar zijn. Het zal wel vijf jaar van moed, doorzettingsvermogen en hard werken betekenen. Het alternatief is teloorgang op afbetaling, inzakkende EU-economie, groeiende afhankelijkheid van China, en toenemende milieuschade. Laten we lateraal gaan denken, in plaats van meezwemmen met de haaien.

Ik voorzie zoals gezegd weinig toekomst voor elektrisch rijden, met name vanwege de batterijproblematiek. Elektrische mobiliteit is prima als de stroom uit een draad komt. Trein, metro, tram en trolleybus zijn efficiënt, hebben geen zware vervuilende batterijen nodig, hoeven nooit op te laden, hebben geen last van winterkou en zijn niet beperkt in actieradius.

Auto’s, bussen en vrachtwagens daarentegen moeten honderden of zelfs duizenden kilo’s batterijen meezeulen. Die batterijen hebben een beperkte levensduur, vergen aanzienlijke oplaadtijden, doen het slecht in vrieskou, zitten vol met zeldzame giftige chemicaliën, en veroorzaken voor en na gebruik enorme milieuschade.

Elektrische mobiliteit op batterijen is daarmee een fysisch inferieur concept. Het is ouderwets, achterhaald en weinig innovatief. Daar kan geen overtuiging, beleid of wet omheen. Het feit dat de EU vanaf 2035 alleen nog maar nieuwe elektrische auto’s toestaat betekent niet dat dat goed is voor milieu en klimaat, of zelfs überhaupt mogelijk is.

Door mensen gemaakte wetten zijn feilbaar en lang niet altijd toekomstbestendig. Ze kunnen wel in tegenstelling tot natuurwetten veranderd worden als ze niet goed blijken te werken. Dat laatste gebeurt helaas nog veel te weinig. Daardoor zitten we nog steeds opgescheept met grootschalige boomverbranding en een contraproductief aardgasverbod.

Ik heb al eerder een pleidooi gehouden tegen elektrische auto’s en voor superzuinige brandstofauto’s. De reacties daarop vallen uiteen in drie categorieën: mensen die het roerend met me eens zijn, mensen die zich twijfelend afvragen of het misschien toch een goed idee is, en mensen die me belachelijk proberen te maken. Die laatste groep draagt in het algemeen geen inhoudelijke argumenten aan, maar etaleert politiek correcte dogmatiek en onvermogen om kritisch te twijfelen. Het zonder inhoudelijke argumenten aanvallen van de integriteit van criticasters is helaas een beproefde tactiek in het publieke energiedebat.

Twijfel is de sleutel tot vooruitgang

Het is vanzelfsprekend prettig om onverbloemde bijval te krijgen, maar de twijfelaars zijn voor mij het zout in de pap. Ik begrijp met alle politieke en commerciële propaganda heel goed dat veel mensen geloven dat elektrisch rijden heilzaam is voor milieu en klimaat. Ik heb respect voor mensen die desondanks durven te twijfelen, hun persoonlijke overtuiging en politieke voorkeur kunnen parkeren, en kritische tegengeluiden serieus nemen. Die attitude is de sleutel tot maatschappelijke en wetenschappelijke vooruitgang, zo leert ook de historie.

Ik kan veel zeggen over de mensonterende praktijken van kobaltmijnen in Congo, over de massale milieuschade van kobalt-, koper- en lithiummijnbouw, over de protesten in Noord-Portugal tegen die lithiummijnbouw, over de spontane onblusbare branden van autobatterijen, en over het feit dat steeds meer parkeergarages (onder andere bij ziekenhuizen) daarom elektrische auto’s weigeren.

Ik kan ook veel zeggen over het feit dat elektrische auto’s helemaal niet emissievrij zijn, omdat de overgrote meerderheid van de stroom op het gekoppelde Europese hoogspanningsnet uit fossiele centrales komt. Ik kan nog veel meer zeggen over de gigantische afvalproblematiek van autobatterijen, want we weten vanuit ons afvalscheidingsbeleid allang dat elke grote en kleine batterij vol zit met giftige stoffen.

Al die problemen zijn relevant, maar worden veronachtzaamd in het dogmatische beleid van elektrisch rijden. Nog veel relevanter is het gegeven dat elektrische auto’s niet zonder structurele aanschafsubsidies en fiscale voordelen blijken te kunnen, en dat we fysiek niet genoeg grondstoffen kunnen delven om een elektrisch wagenpark van meer dan 200 miljoen auto’s in de EU te realiseren en te onderhouden. Die twee dingen maken elektrische auto’s blijvend onhaalbaar en onbetaalbaar, en daar kan geen politicus of beleidsmaker iets aan veranderen.

We moeten gaan beseffen dat door mensen gemaakte wetten ook door mensen veranderd kunnen worden. We moeten eveneens gaan beseffen dat we natuurwetten niet kunnen veranderen omwille van het handhaven van door mensen gemaakte wetten. We hebben het in dit verband zelfs over de fundamentele natuurwet van behoud van energie, die we allemaal kennen en ook allemaal elke dag ervaren. We weten allemaal dat niets in ons dagelijks leven vanzelf gaat bewegen, of vanzelf blijft bewegen zonder toevoer van energie.

Energiedragers verspillen slechts energie

We weten ook allemaal dat elektriciteit niet vanzelf uit het stopcontact komt, dat batterijen niet vanzelf opladen en dat waterstof niet vanzelf ontstaat. Hoe kan het dan dat we deze tamelijk inefficiënte dragers van energie als oplossing en zelfs als energiebron zijn gaan beschouwen? We weten toch allemaal dat de energiebronnen die deze complexe en peperdure energiedragers mogelijk maken schaars en problematisch zijn.

Fossiele energiebronnen moeten verdwijnen, biomassa is mens- en milieuschadelijk, kernenergie is beperkt en niet alom geliefd en niemand wil een windmolen of zonnepark in zijn achtertuin. Het is verspillend en niet CO2-verlagend om de kostbare schaarse energie uit deze bronnen met forse verliezen om te zetten in elektriciteit en op te slaan in batterijen en waterstof. Elke vorm van energie-omzetting en -opslag in de keten veroorzaakt energieverlies en is er daarom één teveel. Dat is eveneens een natuurwet waar niemand omheen kan.

Maarten van Andel is chemicus en publiceerde in 2023 Kies Wijzer Klimaat. Praktische gids voor consument en kiezer. Dit verhelderende boek verscheen bij Uitgeverij Blauwburgwal, kost €17,50 en is overal verkrijgbaar, ook in de winkel van Wynia’s Week.

Wynia’s Week verschijnt nu drie keer per week! De groei en bloei van Wynia’s Week is te danken aan de donateurs. Doet u al mee? Doneren kan op verschillende manieren. Kijk HIER. Hartelijk dank!