Een gereformeerde boerendochter aan het roer in Rotterdam: wat zou Jules Deelder hebben gezegd?  

WW Bouwman 8 oktober 2024
Carola Schouten op de Pinksterconferentie van de Stichting Opwekking in Biddinghuizen (2016). Foto: Wikipedia

Dichter, schrijver en performer Jules Deelder (1944-2019) werd ontdekt door de Amsterdammer Simon Vinkenoog, brak in 1966 door op een poëziemanifestatie in het Amsterdamse Carré, gold als een boezemvriend van de in Amsterdam woonachtige Herman Brood en publiceerde al zijn boeken bij de Amsterdamse uitgeverij De Bezige Bij. Toch stond Deelder bekend als een typisch Rotterdams fenomeen en zelfs als ‘nachtburgemeester’ van de stad. In 1970 schreef hij zijn bekendste dichtregels, te vinden in de bundel Dag en nacht geopend:

Alles blijft

Alles gaat voorbij

Alles blijft voorbijgaan

Die tekst – het moet gezegd – sloeg misschien toch wel vooral op Rotterdam. Want waar anders in het naoorlogse Nederland was zoveel verandering en dynamiek? Na de Duitse bezetting maakte Rotterdam naam als hét symbool van wederopbouw, optimisme en economische groei. Het was de eerste Nederlandse stad met een autovrije winkelpromenade (De Lijnbaan, 1953), een metrolijn (tussen het Centraal Station en het Zuidplein, 1968) een popfestival (Kralingen, 1970) en een voetbalclub met een Europacup en een Wereldbeker (Feyenoord, 1970). De Euromast fungeerde sinds 1960 als blikvanger en natuurlijk was er ook de voortdurende expansie van de haven, die in 1962 werd uitgeroepen tot de grootste ter wereld. Rivaal Amsterdam had voortdurend het nakijken.

Rode alleenheerschappij

Ook in politieke zin was Rotterdam een buitengewone stad. De haven genoot lange tijd een reputatie als broedplaats van radicaal-linkse activisten. De spionnen van de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) hadden er de handen vol aan. De dankzij maoïstische agitatie uitgebroken havenstaking van 1970, waarbij maar liefst 16.000 arbeiders het werk neerlegden, was tot ver over de grenzen voorpaginanieuws. 

In de Rotterdamse gemeenteraad deelde de PvdA de lakens uit. Niet alleen als grootste partij, zoals in wel meer steden, maar na de raadsverkiezingen van 1974, 1978 en 1986 zelfs met een absolute meerderheid. De rode alleenheerschappij zorgde tevens voor de benoeming, nu precies vijftig jaar geleden, van de legendarische André van der Louw (1933-2005) tot burgemeester. De flamboyante oud-partijvoorzitter van de PvdA was een van de boegbeelden van Nieuw Links. Dat waren jonge partijgangers die pleitten voor ‘nieuw socialistisch elan’, lees: ‘onvoorwaardelijke erkenning’ van het DDR-regime, heroverweging van het Nederlandse NAVO-lidmaatschap, nivellering van inkomens en meer ontwikkelingshulp.

Volgens zijn in 2019 verschenen biografie, geschreven door historicus Chris Hietland, was Van der Louw een warme, innemende persoonlijkheid, maar ook een notoire vreemdganger die – als zoon van een Haagse melkboer met alleen een mulodiploma en een certificaat voor maatschappelijk werker op zak – kampte met een intellectueel minderwaardigheidscomplex. Aan polariseren had hij bepaald geen hekel. Zo kondigde hij in 1975 aan dat op 1 mei, de Dag van de Arbeid, behalve de Nederlandse en de Rotterdamse vlag, ook de rode vlag op het stadhuis zou wapperen. Na veel commotie, tot aan Kamervragen toe, ging het plan toch maar van tafel.

In 2002 werd het ultieme PvdA-bolwerk Rotterdam de stad waar de teloorgang van de Nederlandse sociaaldemocratie begon. Nieuwkomer Pim Fortuyn, lijsttrekker van Leefbaar Rotterdam, verpletterde bij de gemeenteraadsverkiezingen de concurrentie.

Toch kreeg uitgerekend het epicentrum van Fortuyns populistische revolte in 2009 de eerste islamitische burgemeester van een grote Europese stad: PvdA’er Ahmed Aboutaleb. Twee weken geleden werd hij uitgezwaaid, als ‘burgervader die de scepsis en twijfel nooit geheel overwon’ (De Telegraaf). Donderdag wordt zijn opvolger geïnstalleerd: Carola Schouten, voormalig minister en vicepremier van de ChristenUnie. 

Troostrijke gedachte

Dat is wederom een brisante benoeming. Want niet alleen krijgt de stad nu voor het eerst een vrouwelijke burgemeester – een in Brabant geboren en getogen boerendochter – maar ook voor het eerst – en dat is nog veel opmerkelijker – een burgemeester die lid is van een gereformeerd kerkgenootschap en behoort bij een christelijke partij die bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2023 in Rotterdam op de dertiende plaats eindigde, met welgeteld 1,45 procent van de stemmen.

Nachtburgemeester Jules Deelder, dat is wel zeker, had er geen touw aan kunnen vastknopen. Gelukkig hebben we nog zijn ook voor dagburgemeesters geldende credo dat ‘alles blijft voorbijgaan’. Dat is nu misschien wel een troostrijke gedachte voor Rotterdammers die het allemaal niet meer kunnen volgen.

Roelof Bouwman is columnist en adjunct-hoofdredacteur van Wynia’s Week. Hij schrijft over politiek, geschiedenis en media.

Wynia’s Week verschijnt nu drie keer per week! De groei en bloei van Wynia’s Week is te danken aan de donateurs. Doet u al mee? Doneren kan op verschillende manieren. Kijk HIER. Hartelijk dank!