Eduard Bomhoff: Saboterende ambtenaren en juristen met oogkleppen ondermijnen onze democratie

Asielzoekers hebben bij een afwijzing het recht om in beroep te gaan. Volgens de laatste cijfers over asielzoekers uit Syrië zijn in Nederland 60 procent van die procedures succesvol; in Zweden nog geen 10 procent. Even enorm zijn de verschillen in de eerste ronde: dan keurt Zweden 66 procent van asielaanvragen uit Syrië goed; wij 96 procent.
Dat zijn dan de laatste cijfers; vroeger was het in Zweden net als in Nederland. We weten dat Zweden regels en procedures heeft veranderd toen de aantallen Syriërs in steden als Södertälje en Malmö wel erg snel toenamen, en dat heeft kennelijk veel effect gehad. Vóór die nieuwe politiek was Zweden enorm populair bij Syriërs, maar nu niet meer en de asielstroom heeft zich aangepast – met het nieuwe beleid komen er opeens zes keer zoveel naar Nederland als naar Zweden.
Over de grens kijken
Daar valt dus wel wat van te leren, en daarom is het zo schandalig dat zowel de ambtenaren van asielminister Marjolein Faber als de juristen van de Raad van State oogkleppen voordoen. De Raad van State weet op te merken dat asielzoekers graag naar landen gaan waar al familie en stadsgenoten wonen uit Syrië, en dat de fluctuaties in de asielstroom meer afhangen van tragische gebeurtennissen in Syrië dan van beleid in de EU. Dat is allemaal correct, maar om daarmee de analyse te stoppen, moet je echt zo’n jurist zijn die zich in het eerste jaar van zijn studie een paar weken heeft verdiept in Romeins recht en het daarna niet nodig vond om nog meer over de grens te kijken.
De ambtenaren van minister Faber hadden haar natuurlijk een precies overzicht van asielwetten in andere EU-staten onder ogen moet brengen. Ze schrijven wel uitvoerig over wat volgens hen wel of niet kan, gegeven de Europese regels en rechterlijke uitspraken, maar weigeren om te controleren of hun speculaties kloppen met de praktijk. Nuttige feiten uit andere Europese landen ontbreken volledig.
Ambtelijke sabotage. Misschien helpt het dus ook niet als ik hier uitleg hoe we kunnen leren over verschillen in wetten tussen gastlanden, zelfs wanneer de grote trend in asiel uit Syrië inderdaad vooral afhangt van de burgeroorlog aldaar.
Stap één: verzamel cijfers over Zweden van kort vóór en kort na een verandering in wetten of praktijken. Bereken de procentuele verandering. Vergelijk dan die procentuele verandering met het gemiddelde van de procentuele veranderingen over dezelfde periode in zo veel mogelijk andere Europese landen. Het verschil tussen Zweden en de rest geeft dan een indruk van het effect van veranderingen in Zweden. Daarna kan ons parlement besluiten of het ook z’n verandering wil voor Nederland. Zo hoort dat in een democratie; niet dat juristen en ‘beleidsmedewerkers’ hun minister tegenwerken door zelfs te weigeren om informatie te verzamelen, laat staan om te leren van andere landen.
Belachelijke uitspraak
Ambtelijke sabotage is er op zoveel terreinen. Minister Femke Wiersma van Landbouw heeft er ook mee te maken. Neem de belachelijke uitspraak van de Raad van State over stikstof: ‘Het SRM2+-model dat de minister gebruikte voor het tracébesluit uit 2021 is volgens de Afdeling bestuursrechtspraak gebaseerd op de “beste wetenschappelijke kennis”. De bezwaren tegen dit model heeft de minister onder verwijzing naar rapporten van het RIVM en TNO overtuigend weerlegd.’ Maar dat kan gewoon niet waar zijn wanneer de ‘beste wetenschappelijke kennis’ voor Nederland uitkomsten dicteert die, als het gaat om stikstof-uitstoot, een factor duizend anders zijn dan in buurland Duitsland. Kopiëren van de Duitse wet (maar die kennen de juristen kennelijk niet) zou ook een oplossing zijn.
Ook hier zien we ambtenaren en juristen die het een onervaren minister onmogelijk willen maken om de fouten uit het stikstofbeleid te halen. Hoe wetenschapsjournalist Arnout Jaspers ook zijn best doet, hier in Wynia’s Week en met zijn bestseller De Stikstoffuik, de juristen weigeren om andere landen te onderzoeken, want dan zouden zij misschien hun overtuiging moeten opgeven. En dus kunnen boeren hun stal niet moderniseren en route naar minder milieuschade vanwege de eenmalige stikstof die vrijkomt tijdens de verbouwing. Woonwijken moeten jaren wachten op een stikstofvergunning, opnieuw alleen vanwege de eenmalige uitstoot tijdens de bouw. Idioot. Maar toch willen de ambtenaren, de juristen en bedorven organisaties als het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) niet de moeite nemen om te verzamelen hoe andere landen dezelfde problemen aanpakken. Want dan zouden ze weleens kunnen leren dat geen enkel land die problemen op zo’n stomme manier aanpakt als Nederland.
Ministers van PVV en BBB worden zo tegengewerkt door hun ambtenaren. Bij VVD-minister Sophie Hermans van Klimaat en Groene Groei weten we niet wat zij zelf wil, of dat ze vooral op het pluche te blijven. Maar ook haar ambtenaren vinden het niet nodig om een eerlijk keuzemenu te presenteren, want zij weten toch al hoe het moet met de groene groei.
Inmiddels slaat die groene groei om in lelijke krimp, al twee jaar in de chemie, nu ook in de haven van Rotterdam, en binnenkort nog breder in de industrie, vanwege extreme energieprijzen en stroomtekorten. Het besef dringt door dat van ‘netto nul’ tot nog toe wereldwijd helemaal niets is te zien, maar dat intussen wel China een technologische voorsprong heeft genomen met zonnepanelen, batterijen en nu ook elektrische auto’s. De publieke opinie gaat zich keren tegen ‘netto nul’, want de werkgelegenheid loopt gevaar, te veel geld gaat naar waterstofsubsidies en windmolens ten koste van zorg en justitie, energie is duurder dan in alle buurlanden, en de betutteling van het midden- en kleinbedrijf wekt steeds meer ergernis.
Nuttige alternatieven
Juist in zo’n state of flux is het belangrijk dat goed uitgewerkte alternatieven op de plank liggen, zodat politici die van de kiezers mandaat krijgen voor een ander CO2-beleid daar hun voordeel mee kunnen doen. Maar niet in Nederland, want daar beslissen milieuambtenaren met hun superieure intelligentie over ons toekomstig beleid: geen dieselbusjes in de binnenstad, hogere vliegbelasting voor Schiphol dan voor Brussel en Düsseldorf en een ambtelijke kalender voor wanneer boeren mogen oogsten… De ambtenaren weten het zeker, maar er komt een keerpunt en dan staan inkomende ministers van het volgende regeringsploeg er net zo onbeholpen voor als nu de PVV- en BBB-bewindslieden van het kabinet-Schoof.
Ik heb als wetenschapper al lang geleden geleerd dat wij niet moeten hopen dat iedereen ons eerbiedig achterna loopt uit respect voor onze kennis, maar dat we tijdig moeten komen met uitgewerkte analyses van het beleid en van mogelijke alternatieven, zodat politici daarop kunnen teruggrijpen wanneer ze die ruimte krijgen. Die alternatieven kunnen zo vaak nuttig steunen op ervaringen in andere landen. Zeker geldt dat voor asiel, stikstof en CO2, want dat zijn problemen waar heel veel landen mee worstelen. Ambtenaren en juristen die liever hun eigen politieke vooroordeel uitwerken dan de bazen een menu van opties voor te leggen, brengen de democratie daarmee veel meer in gevaar dan hun gezworen vijanden Geert Wilders, Benjamin Netanyahu, Donald Trump en Elon Musk.
Eduard Bomhoff is oud-hoogleraar economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, Nyenrode en Monash University. In 2002 was hij vicepremier in het eerste kabinet-Balkenende. Op 25 november 2024 verscheen zijn nieuwe boek ‘Het Casinopensioen – en andere brandende kwesties’. Het boek is overal te koop of te bestellen, zoals ook in de winkel van Wynia’s Week.
Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. U maakt dat samen met de andere donateurs mogelijk. Doet u weer mee? Kijk HIER. Hartelijk dank!