Als kanselier Merz de (asiel)migratie niet onder controle krijgt, is de ellende in Duitsland én in Europa niet te overzien

Het aardige van de democratie is dat nooit iemand zijn zin krijgt. Alle beloftes die tijdens de verkiezingscampagne worden gedaan, blijken al op de avond van de uitslagen waardeloos te zijn. De oorzaak is simpel: na de verkiezingen moet er geregeerd worden en dat betekent automatisch compromissen sluiten. Deze ijzeren wet geldt ook voor Duitsland na de Bondsdagverkiezingen van 23 februari.
De christendemocraten hebben de verkiezingen gewonnen, maar zijn afhankelijk van andere partijen om een regering te kunnen vormen. Door het buitensluiten van de rechts-populistische AfD is er rekenkundig geen andere mogelijkheid dan een Große Koalition van CDU/CSU met de sociaaldemocratische SPD.
Beide partijen opereren in de schaduw van de enorme winst van de populisten op rechts (AfD) en links (Die Linke). Daarom zagen we afgelopen week een onvervalst partijtje paniekvoetbal. Om budgettaire ruimte te maken voor de grote plannen op het terrein van herbewapening en infrastructuur moest de grondwet worden aangepast. Dat moest in grote haast want zodra de nieuwe Bondsdag op 25 maart bijeenkomt, hebben de staatstragende partijen geen twee derde meerderheid meer en hebben de verenigde populisten een Sperrminorität.
Staatsrechtelijke strapatsen
Haast was dus geboden. Iedereen kreeg cadeautjes toegeworpen. Om de Groenen binnenboord te houden werd een slordige 100 miljard euro voor het klimaat gereserveerd en als toppunt van staatsrechtelijke onzin kwam er een toevoeging in de grondwet dat Duitsland in 2045 klimaneutral moet zijn. Of er dan in 2046 wéér een grondwetswijziging moet komen, vertelt het verhaal helaas niet.
Deze staatsrechtelijke strapatsen verdienden zeker geen schoonheidsprijs, maar het is zeer de vraag of Friedrich Merz een alternatief had. Nog nooit heeft een kanselier voor zo’n zware klus gestaan: hij moet de Bundeswehr opnieuw kriegstüchtig maken, de afbrokkelende infrastructuur repareren, digitalisering stimuleren en de concurrentiepositie van Standort Duitsland zien te herstellen. Daarbij moet Duitsland eindelijk weer een leidersrol in Europa gaan spelen. Merz kan dat moeilijk overlaten aan de lame duck Emmanuel Macron en de ambitieuze Ursula von der Leyen.
Merz krijgt veel verwijten, maar hij had geen andere keus. De grote taken die op hem liggen te wachten, kosten nu eenmaal veel geld en nood breekt wet. Bovendien moest hij de SPD aan boord zien te krijgen. Het alternatief van een minderheidsregering was niet echt realistisch. Bij elk debat zou hij om steun moeten bedelen en zich afhankelijk maken van de grillen van een meerderheid van de Bondsdag. Met name de AfD zou dit met sardonisch genoegen hebben uitgebuit.
Laten we Merz zijn to-do-lijstje eens langslopen. In potentie kan Duitsland een militaire macht van betekenis worden. Het land heeft de grootste bevolking van de EU. Bovendien kan de Duitse industrie ook heel goed functioneren als wapenindustrie. Duitsland is nu al de vijfde wapenexporteur ter wereld en is samen met Frankrijk goed voor zo’n 15 procent van de wereldmarkt. In totaal is de EU goed voor ruim 20 procent. Daar komt bij dat de Duitse industrie heel goed zou kunnen zijn in het maken van de wapens voor het slagveld van morgen: tanks maar vooral ook heel veel drones en andere Wunderwaffen. Duitse ingenieurs en industriëlen hebben wel voor hetere vuren gestaan. Probleem is wel dat het enthousiasme voor de dienstplicht dramatisch laag is – dat een groot deel van de Duitse jeugd een migratieachtergrond heeft, helpt daarbij niet echt.
De laksheid waarmee de Duitse spoorwegen met de dienstregeling omgaan is inmiddels het symbool van de neergang van een eens zo trots en pünktlich land. Wie ooit heeft geprobeerd op een vrijdagmiddag in Duitsland van A naar B te komen, zal zich de doffe wanhoop van de gestrande medereizigers herinneren. Wie met een internationale trein door Duitsland reist, maakt grote kans op een onvergetelijke ervaring.
Maar ook de eindeloze reeks Baustellen langs de Duitse Autobahn is symbolisch voor vele decennia achterstallig onderhoud. Natuurlijk kostte de wederopbouw van de neue Bundesländer vele honderden miljarden, maar er is zeker ook sprake van een falende overheid. Dat zijn zaken die dringend moeten worden aangepakt, en veel geld gaan kosten.
Digitale achterstand
Ook op het punt van digitalisering loopt Duitsland achter bij de rest van Europa. Niet voor niets kent de Duitse taal het prachtige woord Funkloch, oftewel ‘geen bereik’. Op reis door Duitsland valt voortdurend het signaal weg, internet doet het slecht en in winkels moet bij voorkeur contant betaald worden. Een Duitse DigiD staat nog in de kinderschoenen en het elektronisch patiëntendossier wordt geteisterd door kinderziektes.
Ook de Duitse industrie loopt achter. Typerend is dat Volkswagen zich met de moed der wanhoop voor vele miljarden heeft ingekocht bij het Californische Rivian. De zelfontwikkelde software van Volkswagen was zó slecht dat het bedrijf nu maar de technische kennis heeft ingekocht. Ook klaagt het Duitse bedrijfsleven steen en been over de bureaucratie. Niet alleen van Brusselse makelij, maar ook uit de kokers van de vele Duitse bestuurslagen.
Onder Angela Merkel genoot Duitsland een vooraanstaande positie in Europa, maar ook wereldwijd. Daarvan is onder Olaf Scholz weinig van overgebleven. De meeste politici groeien in crisistijden, maar bij Scholz was eerder sprake van krimp. Hij stelde dingen uit, aarzelde, veranderde van mening en liet zich koeioneren door de linkervleugel van zijn eigen partij.
Donald Trump maakt op zijn geheel eigen wijze duidelijk dat de wereld veranderd is. Dat geeft Europa, en zeker Duitsland, ook grote nieuwe kansen. Naast de twee atoommachten, Groot-Brittannië en Frankrijk, kan Duitsland als economische zwaargewicht zijn stempel drukken op de komende decennia.
Duitsland moet ook het voortouw nemen bij het in bedwang houden van de ziekelijke neiging tot micro-management van de EU. Het is essentieel dat zo snel mogelijk een einde wordt gemaakt aan de Brusselse pogingen tot herinvoering van de planeconomie. Die is al een keer mislukt, een reprise is echt niet nodig.
Belangrijk is de vraag hoe Merz al deze problemen gaat aanpakken en vooral hoe hij ze gaat betalen. Een voor de hand liggende oplossing is natuurlijk het verhogen van allerlei belastingen. De sociaaldemocraten zijn daar groot voorstander van. Maar dat botst nu juist met de doelstelling om de concurrentiepositie van Duitsland te verbeteren. Het is niet voor niets dat de coalitieonderhandelingen juist op het punt van lasten en belastingen uiterst stroef lopen.
De SPD klampt zich vast aan alle leuke dingen voor de eigen clientèle, terwijl Merz de verkiezingen is ingegaan met de belofte van lastenverlichting voor het bedrijfsleven. In zijn optiek kan alleen economische groei de verzorgingsstaat op de been houden en juist niet belastingverhoging. Het bedrijfsleven pleit ook voor lastenverlichting en het terugdringen van de logge bureaucratie. Op termijn is dit wellicht een tijdbom onder de aanstaande coalitie.
Nieuw bureaucratisch circus
Dit enorme takenpakket vraagt om diepte-investeringen. Daarom is het niet zo verwonderlijk dat Merz over zijn eigen schaduw moest springen en ruim baan maakte voor meer overheidsinvesteringen. Groot gevaar daarbij is niet alleen dat de investeringen te weinig opleveren, maar ook dat de controle op de uitgaven weer een heel nieuw bureaucratisch circus op gang brengt.
Het grootste probleem heb ik tot het laatst bewaard. Essentieel is dat Merz de (asiel)migratie onder controle krijgt. Dat was immers het centrale punt van de laatste verkiezingen. Onvrede over migratie heeft de AfD in omvang doen verdubbelen. Ook op dit punt lopen de onderhandelingen stroef, want de SPD is huiverig voor een harde hand. Dat is merkwaardig, want juist het asielbeleid heeft ervoor gezorgd dat een groot deel van het SPD-electoraat is weggelopen naar de AfD. Van een ‘Deense koers’ is bij de Duitse sociaaldemocraten vooralsnog niets te bespeuren.
Vast staat dat een brede meerderheid van de bevolking schoon genoeg heeft van de Willkommenskultur van 2015. Wanneer Merz op dit agendapunt faalt dan zijn bij de volgende verkiezingen de populisten van de AfD vermoedelijk de grootste partij en is het belangrijkste land van ons continent stuurloos. Dat zou een heel wat grotere ramp zijn voor Europa dan het presidentschap van Trump.
Willem Melching was als historicus verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. Hij publiceerde boeken en tal van artikelen over moderne geschiedenis, in het bijzonder de Duitse geschiedenis. In 2023 verscheen zijn politieke biografie van Karel van het Reve, getiteld ‘De zelfdenker’.
Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. De groei en bloei van Wynia’s Week is te danken aan de donateurs. Doet u al mee? Doneren kan op verschillende manieren. Kijk HIER. Hartelijk dank!