De kiezers hebben zich afgekeerd van een verstikkende overheid maar hun wens wordt nog niet gehonoreerd

vervloed
De Italiaanse premier Giorgia Meloni is door het Amerikaanse tijdschrift Politico uitgeroepen tot de meest invloedrijke persoon van het jaar. Beeld: corriere.it.

Het afgelopen jaar zagen we de panelen in de EU verder verschuiven. De ruk naar rechts die we in 2022 en 2023 al hadden gezien in Italië, Griekenland, Zweden, Finland en Slowakije zette door in 2024. De sociaaldemocraten leden overal verlies en (centrum-)rechtse partijen wonnen de verkiezingen.

In 2024 kreeg Portugal na jaren van sociaal-democratisch bestuur een centrum-rechtse (minderheids)regering en werd in Spanje de centrum-rechtse Partido Popular de grootste partij in het parlement. Niettemin wist sociaal-democraat Sanchez met de hulp van regionale partijen met een meerderheid van 1 zetel vooralsnog aan de macht te blijven.

Schoof-I

Daarna was Nederland aan de beurt. Met Schoof-I als resultaat. De uitslag van de verkiezingen in België was eveneens centrum-rechts, maar zoals gewoonlijk duurt een kabinetsformatie in dat land lang en doet formateur De Wever inmiddels een vierde poging.

In Frankrijk kreeg de partij van Marine Le Pen de meeste stemmen, maar vanwege het Franse kiessysteem kon zij geen regering vormen.

Als laatste Europese land hield Roemenië in 2024 (presidents)verkiezingen. Toen duidelijk werd dat de rechtse kandidaat Georgescu in de tweede ronde als winnaar uit de bus zou komen, verklaarde de hoogste rechter van het land de verkiezing ongeldig. Hoe dat afloopt is op het moment van dit schrijven nog niet duidelijk.

De verklaring van de ruk naar rechts is veelkleurig (lees het recente boek Rechtsomkeert van Derk Jan Eppink), maar één ding springt eruit: De ontmaskering van de maakbare samenleving. Het geloof van de sociaal-democraten dat alle problemen door de overheid kunnen worden opgelost valt van z’n troon. De problemen worden niet opgelost. Integendeel. Ze stapelen zich op. Crises zijn het gevolg. In Nederland zijn het onder andere de asielcrisis, de stikstofcrisis, de toeslagenaffaire, Groningen, de gierende inflatie en niet in de laatste plaats de energiecrisis met de-industrialisatie als gevolg.

In andere EU-lidstaten zien we vergelijkbare verschijnselen. Denk aan de gele hesjes in Frankrijk, het protest tegen ‘geïmporteerde’ criminaliteit in Zweden, de groeiende werkloosheid en economische recessie in Finland en het anti-immigratieticket waarop Georgia Meloni in Italië werd gekozen.

West-Europese kiezer kijkt naar Oost-Europa

Over hoe het anders kan wordt vooral gekeken naar Oost-Europa. De Oost-Europese lidstaten van de EU willen geen illegale migranten, moeten niets hebben van utopische socialistische politiek – zij herinneren zich immers nog levendig de ellende van het communistische regime – en zijn wars van de in West-Europa populaire woke-agenda.

In navolging van Oost-Europa keren de West-Europese kiezers zich af van de almaar uitdijende overheid met z’n innige, maar verstikkende omhelzing van de burger. Van de betutteling, van de toenemende regel- en belastingdruk om alle (megalomane) overheidsprojecten te kunnen financieren. Bovendien ziet men dat al dat overheidsingrijpen niets oplevert. Slechts beperking van de individuele vrijheid en verarming van grote delen van de bevolking is het resultaat.

Ronald Reagan

De West-Europese kiezer gaf met zijn stem het afgelopen jaar uiting aan deze onvrede en stemde op partijen die een kleinere overheid voorstaan, regel- en belastingdruk willen verminderen, afwillen van de klimaathysterie met torenhoge energieprijzen als gevolg en een einde willen maken aan de ongecontroleerde instroom van illegale migranten. Oftewel centrumrechtse partijen. Met geloof in eigen verantwoordelijkheid, in het particulier initiatief en in de marktwerking van de onzichtbare hand van Adam Smith.

Het besef drong door dat de overheid niet de oplossing is, de overheid is het probleem. Een afkeer van de almachtige overheid, zoals die door Ronald Reagan in één van zijn bekende humoristische uitspraken werd getypeerd: ‘De meest angstaanjagende woorden zijn: “I’m from the Government and I’m here to help”.’

De uitslag van de verkiezingen dit jaar voor het Europees Parlement lieten een minder duidelijke ruk naar rechts zien. Weliswaar wonnen de conservatieve ECR (van Meloni) en de Patriotten (van Orban, Le Pen en Wilders), maar de traditionele centrum-linkse partijen behielden hun meerderheid. Wel kwam er een koerswijziging van de grootste fractie, de christen-democratische Europese Volkspartij. Onder aanvoering van fractievoorzitter Manfred Weber wil de EVP niet langer exclusief met de socialisten, liberalen en groenen zaken doen. Ook met de ECR (en steun van de Patriotten) wil de EVP voor bepaalde onderwerpen een meerderheid vormen.

De impact van de andere wind die in de Europese Unie waait en de verkiezingsswinst van centrum-rechtse partijen is echter nog bescheiden. Vanuit de verliezende sociaal-democratische en andere linkse partijen is de weerstand groot. Uit alle macht probeert men het nieuwe beleid van de centrum-rechtse regeringen te dwarsbomen. Daarbij geholpen door de media, NGO’s, adviesorganen en instituties die afgelopen decennia bevolkt werden met gelijkgestemden. Het resultaat van – zoals studentenleider Rudi Dutschke in de jaren ’60 al had aanbevolen – de lange mars door de instituties.

Cordon sanitaire

We zien het in eigen land elke dag. De verkettering van de plannen van het nieuwe kabinet-Schoof in de talkshows, in de mainstream-kranten, door NGO’s, adviesorganen als de AIV en last but not least de ambtenaren. Die van Buitenlandse Zaken demonstreren tegen de eigen minister en andere proberen de asielwetgeving in wording van minister Faber te torpederen.

In het Europees Parlement zien we eenzelfde verschijnsel. De traditionele meerderheid van christen-democraten, socialisten en liberalen proberen de rechtse partijen, de ECR en de Patriotten buiten de deur te houden met een onverholen oproep tot een cordon sanitaire.

Giorgia Meloni

Door toedoen van Giorgia Meloni is dit overigens niet gelukt. Zij heeft het op een akkoord met Manfred Weber van de grootste fractie, de christen-democratische EVP, weten te gooien om samen en met steun van de Patriotten op bepaalde onderwerpen een andere meerderheid dan de traditionele te vormen. Zo werden een aantal ‘linkse’ door Timmermans c.s. ingebrachte wetsvoorstellen al afgezwakt, uitgesteld of zelfs van tafel geveegd.

Giorgia Meloni kreeg het kortom voor elkaar om de ruk naar rechts die we in heel Europa zien te vertalen naar het Europees Parlement, waar deze andere wind bij de verkiezingen begin dit jaar nog maar mondjesmaat was binnengewaaid. Niet voor niets is Giorgia Meloni door Politico uitgeroepen tot meest invloedrijke persoon van het jaar.

Een echte kentering in beleid laat echter nog op zich wachten. Behalve de tegenwerking vanuit sociaal-democratische partijen en links-institutionele hoek hebben de nieuwe centrum-rechtse regeringen in Europa ook te maken met een rechterlijke macht, die – to put it mildly – op de rem staat. Met een beroep op internationale verdragen (Vreemdelingenverdrag), mensenrechten (EVRM) en  ‘wetenschappelijke consensus’ (IPCC) worden wetsvoorstellen en ander nieuw beleid onmogelijk gemaakt.

Ook op EU-niveau is van een ommekeer nog geen sprake. Weliswaar weigeren Duitsland en Nederland de Europese Commissie meer macht en meer geld te geven en zeker geen eurobonds. De ambitie van de Commissie om op EU-niveau industriepolitiek te voeren (plan-Draghi) is niet verdwenen en het klimaatbeleid, met alle desastreuze gevolgen vandien voor de industrie, de landbouw en de visserijsector, wordt onverkort doorgevoerd. Tegen alle bewijzen van het tegendeel in blijft men geloven in het groene-groei-sprookje.

De enige hoop is dat ook het rapport-Letta serieus wordt genomen met als resultaat minder regeldruk en vervolmaking van de interne markt met een kapitaalmarktunie. Of de intenties ook materialiseren is echter de vraag. Regelgeving is de core business van de Commissie. Daar zal men niet gauw mee stoppen.

Nieuwe ontwikkelingen

Het zal derhalve nog een hele toer worden in het nieuwe jaar om de wens van de kiezer te honoreren, zowel in de lidstaten als in Brussel. Nieuwe ontwikkelingen zullen daarbij een belangrijke rol spelen. Zoals de invloed van de nieuwe bewoner van het Witte Huis op de gang van zaken in de Europese Unie (en de rest van de wereld), een andere regering in Duitsland, de politieke chaos in Frankrijk, de afloop van de oorlog in Oekraïne, de onrust in het Midden-Oosten, de relatie met China, de bestrijding van de de-industrialisatie en de opstelling van het Westen tegen de opkomende BRICS.

Met ongetwijfeld veel stof voor artikelen van de hand van ondergetekende en mijn collegacolumnisten.

Johannes Vervloed was gedurende bijna vier decennia verbonden aan het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken, met als standplaatsen onder meer Jakarta, Sint-Petersburg en Parijs.   

Wynia’s Week verschijnt drie keer per week, 156 keer per jaar, met even onafhankelijke als broodnodige artikelen en columns, video’s en podcasts. U maakt dat samen met de andere donateurs mogelijk. Doet u weer mee, ook in het nieuwe jaar 2025? Kijk HIER. Hartelijk dank!