Ruud Lubbers (2): Hoe de vierde vrouw van ‘de stier van Kralingen’ jarenlang onzichtbaar bleef

theo
Theo Jongedijk onthulde in 2013 ‘het geheim van Kralingen’: een buitenechtelijke affaire van Ruud Lubbers die leidde tot een scheiding. Foto: Wynia’s Week.

Een journalist krijgt zelden een primeur in de schoot geworpen. Bij het uitkomen deze week van de langverwachte biografie over voormalig CDA-premier Ruud Lubbers werd die herinnering ineens weer actueel.

Dat Lubbers betrokken was geweest bij een echtscheidingsaffaire leek elf jaar geleden een ongeloofwaardig verhaal. Was publicatie wel verantwoord? Ja, was mijn conclusie.

En dus stond het artikel op dinsdag 11 juni 2013 in De Telegraaf, op pagina 7. Geen chocoladeletters en zonder opsmuk. Vervolgens bleef het stil. Niemand meldde zich. Geen lezers, geen andere media, geen politici. Tot ik onlangs een verzoek kreeg van een journalist van een van onze ‘kwaliteitskranten’. In verband met de op stapel staande publicatie van de Lubbers-biografie wilde hij graag van mij weten waar hij de bedrogen ex-echtgenoot van Lubbers’ toenmalige affairette kon vinden. Voor een gesprek.

Twee caféboeken

De historici Johan van Merriënboer en Lennart Steenbergen, verbonden aan het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis van de Radboud Universiteit, hebben in hun lijvige boekwerk drie van de achthonderd pagina’s uitgetrokken voor de zaak. De door de media jarenlang onder het tapijt geveegde episode uit het leven van de oud-premier werd daarmee officieel een feit.

Voor mij begon de zaak toen ik begin 2013, zittend in mijn luie stoel, twee boeken uit de serie Rotterdamse Cafés van Joris Boddaert raadpleegde: deel 2, verschenen in april 2009, en deel 3, uit oktober 2012. Standaardwerken van respectievelijk ruim 100 en 180 pagina’s, gebonden in een harde kaft en uitgevoerd in een groot, onhandzaam formaat. De auteur, werkzaam bij het huis-aan-huis-blad De Havenloods had ze mij toegestuurd, als bedankje.

De boeken nodigden in eerste instantie niet uit tot lezen, hooguit tot bladeren. De pagina’s ritselden door mijn vingers. Menig bekend en onbekend Rotterdams drankenetablissement trok in een flits voorbij, tot de naam van Ruud Lubbers als dissonant tussen al die innemende gelegenheden de aandacht trok. Want wat las ik:

‘Najaar 1994 raak ik bevriend met een erudiete fabriekseigenaar, woonachtig aan de Rotterdamse Rijweg in Overschie. Hij vertelt mij dat hij de buurman is geweest van een dame die innige contacten onderhield met Ruud Lubbers. Ruud kwam er regelmatig op zaterdagochtend in zijn auto aanrijden en enigszins schichtig spoedde hij zich dan naar de voordeur. Wel grappig, als er net mensen op straat liepen, zag je zijn kop naar beneden gaan in de auto, alsof hij iets zocht. Ik heb hem ook wel eens zogenaamd lezend in een breed uitgeslagen krant gezien. Het ging allemaal heel stiekem, wat logisch is, want heel Nederland herkent zijn gezicht.’

Het fragment kwam over als kroegpraat. Maar de ‘rode jonkheer’ Boddaert – hij is van adel en begon zijn journalistieke loopbaan bij het socialistische dagblad Het Vrije Volk – verzekerde mij, toen ik hem telefonisch aan de tand voelde, dat al zijn informatie over het vreemdgaan van Lubbers op waarheid berustte.  

Een vergeten vrouw

Op de vraag hoe het dan kon dat geen enkel medium zijn nieuws had opgepikt, legde Boddaert uit dat zijn boeken in een maximale oplage van duizend stuks werden uitgebracht, niet via de boekhandel werden verkocht, maar na inschrijving en vooruitbetaling door hemzelf werden geleverd. Dat had geen impact.

De kwestie was te intrigerend om voorbij te laten gaan. Ik begon een zoektocht die eindigde bij de bedrogen echtgenoot. Guus Drijver was zijn naam. Tijdens mijn ontmoeting met hem, die na de nodige overredingskracht plaatsvond, want wie wil graag vuile was opgehangen zien worden, haalde de gedupeerde een televisiecitaat aan van Ruud Lubbers over de drie belangrijkste vrouwen in zijn leven: zijn moeder, zijn echtgenote Ria en koningin Beatrix.

‘Ik wil de heer Lubbers erop wijzen dat hij een vrouw is vergeten,’ zei Drijver. ‘Degene met wie ik jarenlang was getrouwd, van wie ik drie kinderen kreeg en met wie hij een buitenechtelijke relatie aanging die eindigde in mijn scheiding. Omdat Ruud Lubbers in de openbaarheid heeft gesproken over zijn drie vrouwen, zonder de waarheid te vertellen over de vierde, doorbreek ik mijn stilzwijgen.’

Hoe Drijver achter de affaire kwam, stond hem nog helder voor de geest. ‘Een buurman stelde tijdens een borrelavond dat mijn huwelijk niet goed zat. Dat kwam voor mij als een donderslag bij heldere hemel. De hele buurt wist ervan, dat er iemand langskwam als ik niet thuis was. Die iemand was Lubbers. Ik, de echtgenoot, was de enige die dat niet wist.’

De verhouding tussen Lubbers en Drijvers echtgenote Ellen begon bij de hockeyclub waar ze beiden lid van waren. Nadat de affaire rond 1982 was uitgekomen, kwam Lubbers zich verontschuldigen voor het feit dat het overspel had plaatsgevonden ten huize van de bedrogen echtgenoot. ‘Het excuus was, dat hij en mijn vrouw vanwege zijn algemene bekendheid moeilijk naar een hotel konden gaan.’

Het gesprek nam een bijzondere wending toen Lubbers Drijver op het hart drukte om vooral geen ruchtbaarheid aan de affaire te geven. ‘Het heeft mij weleens moeite gekost om ondanks dat verzoek tóch niet de bladen te bellen. Die scheiding hakte er immers behoorlijk in. Zeker voor de kinderen, die mijn vrouw bij haar vertrek bij mij achterliet.’

Een soort jeugdzonde

Toen het moment daar was om Lubbers te benaderen voor commentaar, verliep dit contact minder soepel dan voorheen. In de periode dat de premier nog met vrouw Ria in een jarendertigwoning in Rotterdam-Kralingen woonachtig was, stond hij gewoon in het telefoonboek met de vermelding ‘econoom’ en was hij voor iedereen rechtstreeks bereikbaar.

Nu hield een secretaresse rechtstreeks contact af. Lubbers ontkende of bevestigde via haar helemaal niets omtrent de liefdesperikelen en deed het gebeuren af als ‘een veertig jaar oude zaak’. Als een soort jeugdzonde, zo leek het wel. ‘Onzin, natuurlijk,’ reageerde Drijver. ‘Alsof ik niet zou weten in welke periode mijn huwelijk door hem ten einde kwam. Het was in de tijd dat het kabinet dat zijn naam zou gaan dragen, moest worden geformeerd.’

In de politieke geschiedenis van ons land is de affaire-Lubbers niet uniek. De Amsterdamse PvdA-wethouder Rob Oudkerk haalde in 2002 het nieuws met escapades op een tippelzone. Zijn Nijmeegse collega en partijgenoot Paul Depla kwam in 2007 in opspraak na seksuele handelingen met een VVD-raadslid in de fietskelder van het stadhuis. In 2018 pakten ‘de bladen’ breed uit met de buitenechtelijke relatie van D66-leider Alexander Pechtold met een gemeenteraadslid uit Meppel, die hij ook nog eens zou hebben gedwongen tot een abortus.

Het deed het maatschappelijk aanzien en de carrières van de betrokken politici geen goed. Oudkerk schuift nog weleens aan in talkshows, maar staat verder op een zijspoor. Depla werd burgemeester van achtereenvolgens Heerlen en Breda, nadat eerst zijn sollicitatie in Groningen jammerlijk was mislukt. Pechtold heeft sinds 2019 een kantoorbaan als algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Zonder seksrel had er vast wel een commissariaat van de Koning ingezeten.

Billenknijperij

In 2005 werd Lubbers, destijds Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen, van seksueel overschrijdend gedrag beschuldigd. Hij zou een Amerikaanse medewerker op het hoofdkantoor in Genève in haar billen hebben geknepen. Dat was jaren ná zijn buitenechtelijke relatie die een zwangerschap met abortus opleverde, en leidde nu wél tot veel rumoer in de pers. De oud-premier kwam vervolgens slecht uit een onderzoek, hield de eer aan zichzelf en trad terug.

De Nederlandse media berichtten over al deze affaires zonder de terughoudendheid die werd betracht toen Boddaert in zijn Rotterdamse caféboeken openheid van zaken gaf over de buitenechtelijke activiteiten van Lubbers. De vraag is daarom gerechtvaardigd of de oud-premier ook op anderen dan Guus Drijver druk uitoefende om vooral geen ruchtbaarheid aan zijn echtscheidingsaffaire te geven.

De stier van Kralingen

Boddaert achtte het vrije woord hoog. Onder de prikkelende titel ‘De stier van Kralingen’ schilderde de jonkheer in 2013 in HP/De Tijd alle smeuïge details van het vreemdgaan van de oud-premier. In een poging er alsnog een landelijke affaire van te maken. Tevergeefs.

‘Ik schrijf op wat ik lees en wat ik hoor en iedere letter die ik beroepsmatig schrijf, publiceer ik ook. Writing the true facts is mijn enige taak,’ poneerde Boddaert. ‘Daarom spreekt, juist heel tegenstrijdig, het levensmotto van de grote Rotterdamse woordkunstenaar Koos Speenhoff mij zo aan: ’t is anders!

Dat Ruud Lubbers op de cover van zijn biografie staat met de wijsvinger voor de lippen, het ‘sssttt, niet-verder-vertellen-gebaar’ makend, zal toeval zijn, evenals de ondertitel Een slag anders. Maar het is wel heel toepasselijk.

Johan van Merriënboer en Lennart Steenbergen: Ruud Lubbers. Een slag anders, Boom, 800 pagina’s, € 49,90.

Theo Jongedijk is journalist.   

Wynia’s Week  verschijnt altijd, drie keer per week. Het zijn de donateurs die dat mogelijk maken. Nog geen donateur? Kijk HIER. Hartelijk dank!