Als het gaat om Israël is Nederland gespecialiseerd in beweringen zonder een spoor van bewijs
‘Hoe kijk je vanuit Israël aan tegen wat er in Nederland rondom Israël aan de hand is?’, aldus een verzoek van Syp Wynia himself. Geen makkelijke vraag als het vaderlandse nieuws alleen bij je komt via enkele websites waarop veel berichten en artikelen slechts voor abonnees toegankelijk zijn. Maar toch.
Laat ik beginnen met het Nederlandse standpunt over de oorlog tegen Hamas. Nederland veroordeelt de terreuraanval en erkent dat Israël het recht heeft om zich te verdedigen. Duidelijke taal en terecht. Maar dan meteen het onvermijdelijke Nederlandse ‘maar’: ‘De acties van Israël moeten uitsluitend het doel hebben om de gewapende aanval en dreiging van Hamas te stoppen en ze moeten proportioneel zijn. De tegenaanval van Israël moet in redelijke verhouding staan tot de gewapende aanval en dreiging van Hamas. Ook moeten burgerslachtoffers zoveel mogelijk worden voorkomen.’
Wat is proportioneel?
Afgezien van de insinuatie dat de Israëlische acties nog een ander doel zouden hebben, gaat het met dit ‘proportionele maar’ – overigens een bedenking die in heel veel landen te horen is – mijns inziens mis. Wat is proportioneel? Al snel na 7 oktober werd dit in Israël heel cynisch vertaald met de wedervraag of er dan in Gaza een festival gezocht moest worden om daar 1.200 mensen te verkrachten en vermoorden. Onzin uiteraard, want het begaan van zulke gruweldaden door het Israëlische leger is ondenkbaar (althans voor Israëli’s) en festijnen als het Nova-festival vind je niet in islamitische landen.
En het voorkomen van burgerslachtoffers? In het Nederlandse nieuws is niet of nauwelijks te vinden dat de IDF (de Israeli Defence Force) steeds maar weer de bevolking waarschuwt als gebouwen gebombardeerd gaan worden of als er ergens gevochten gaat worden. Eindeloos veel waarschuwende telefoontjes, pamfletten vanuit de lucht, vluchtcorridors, knocking on the roof (een paar waarschuwingsschoten om duidelijk te maken dat een gebouw waar wapens zijn opgeslagen echt platgaat). Dat dit lang niet altijd afdoende is, valt niet het Israëlische leger te verwijten, maar Hamas die de eigen bevolking als menselijke schilden gebruikt en gericht schiet als Palestijnen gehoor geven aan Israëlische waarschuwingen.
Naast het voornoemde Nederlandse standpunt zijn er vrijwel dagelijks berichten waarvan de teneur zacht gezegd niet tot vreugde stemt. Ik noem er een paar.
Allereerst de berichtgeving in oktober over de explosie in het Al-Ahli Arab-ziekenhuis. Het AD en NRC Handelsblad, om maar twee nieuwsbronnen te noemen, wisten het meteen: een Israëlisch bombardement met 300 à 500 onschuldige Palestijnse slachtoffers (het door Hamas bestuurde Palestijnse ministerie van Gezondheid wordt in de pers regelmatig en zonder veel terughoudendheid als bron gebruikt). Een paar dagen later bleek onomstotelijk dat de oorzaak een afzwaaier was van een van de duizenden raketten die door Hamas en de Islamic Jihad in die dagen op Israël werden afgevuurd. Het aantal slachtoffers bleek (gelukkig) ook een fractie van de genoemde aantallen.
Bij de stormloop op en plundering van vrachtwagens met hulpgoederen eind februari, waarbij tientallen doden vielen, werd in eerste instantie ook meteen met de beschuldigende vinger naar Israël gewezen (een slachting, schieten op onschuldige burgers), mede omdat het Israëlische leger eerst wilde uitzoeken wat er precies gebeurd was. Het bleek dat bij een eerste stormloop en plundering talloze mensen waren doodgedrukt.
Beweringen zonder spoor van bewijs
Bij een tweede incident bij de aflevering van hulpgoederen dat hier direct op volgde, schoten Hamas-strijders op de menigte om de hulpgoederen voor zichzelf te houden. Bij een derde incident kwamen er velen te dicht bij Israëlische soldaten die vervolgens eerst in de lucht schoten en daarna op benen omdat ze zich bedreigd voelden. Maar het nieuws over een slachting door het Israëlische leger was al rondgegaan en had zijn pro-Palestijnse werk gedaan.
Zelf werd ik pijnlijk getroffen door een opinie van een Palestijnse columniste in Nederlands voormalige kwaliteitskrant (NRC Handelsblad, 8 maart 2024): ‘Verkrachting van Palestijnse vrouwen door Israëliërs is geen nieuw verschijnsel’, aldus de kop. De columniste, Rajaa Natour, baseert zich op een persbericht van de Verenigde Naties, een in het verleden betrouwbaar geachte bron (kortheidshalve: de UNWRA, de organisatie voor Palestijnse vluchtelingen van de VN, is onder meer werkgever van een groot aantal actieve Hamas-strijders in Gaza en financier van schoolboekjes waarin de Jihad wordt aangemoedigd). In het VN-bericht wordt uitsluitend gerefereerd aan beweringen van een aantal Palestijnse vrouwen. Geen spoortje van bewijs en evenmin in de NRC-column. Het kan blijkbaar allemaal gezegd en geschreven worden.
De opening van het Holocaustmuseum in Amsterdam was uiteraard ook in Israël nieuws, al was niemand verbaasd over de protesterende menigte. Peanuts vergeleken bij wat er elk weekend in Londen op de been is. Het gedachtegoed achter de protesten wordt helaas ook in Nederland veel breder gedragen. Genocide, apartheidsstaat, openluchtgevangenis, kolonisatie. Het wordt soms heel verhuld en netjes verwoord, zoals door de partijcombinatie GroenLinks-PvdA: ‘De regering had moeten inzien dat onder de huidige omstandigheden de aanwezigheid van president Herzog ongewenst is.’ Pardon? Nee echt, het citaat klopt, helemaal.
Geschiedenis is een onuitputtelijke grabbelton waaruit iedereen zijn eigen gelijk kan halen. Ik vis er, dit gezegd hebbende en kort door de bocht, een paar dingen uit die in Nederland niet vanzelfsprekend zijn.
Zo is er nooit een Palestijnse staat geweest, waardoor het lastig is om van bezetting, kolonisatie of bevrijding te spreken. De naam Palestina is ooit door de Romeinen gegeven aan het gebied Judea (Jodenland) dat aan de oostkant begrensd wordt door de Dode Zee (en niet door de rivier) en aan de westkant nog vrij ver verwijderd is van de zee. Veel later noemden de Ottomanen en daarna de Engelsen het door hen overheerste gebied in het Midden-Oosten eveneens Palestina. Niemand sprak toen nog van Palestijnen: er woonden vooral Arabieren en Joden.
Blaming the victim
De term Palestijnen kwam pas in 1964 in zwang met de oprichting van de PLO, de Palestijnse bevrijdingsorganisatie die streeft naar een eigen staat voor de Arabieren op het grondgebied van het voormalige Britse mandaat. De historisch bezien enige echte Palestijnen, de Joden, christenen en Arabieren die zijn geboren tussen 1920 en 1948 in het voormalige Britse mandaatgebied Palestina, vallen alleen onder deze term als ze moslim zijn.
Het pro-Palestijnse protest gebruikt grote woorden. Genocide in Gaza? In 1950 telde het gebied 240.000 inwoners, inmiddels meer dan twee miljoen, waaronder geen enkele Jood. Israël een apartheidsstaat? Israëlische Arabieren, circa 20 procent van de bevolking, hebben alle burgerrechten; ze kunnen studeren, krijgen dezelfde sociale zekerheid als Joden, kunnen desgewenst protesteren en ook een eventuele LGBT-geaardheid uiten. Gaza een openluchtgevangenis? De EU kan jaloers zijn op de vrijheid in het verkeer van cement, wapens en raketonderdelen zoals dat in Gaza sinds 2005 (de vrijwillige terugtrekking van Israël uit Gaza) heeft plaatsgevonden. Genocide, apartheid, openluchtgevangenis, het zijn in de huidige oorlog allemaal termen van blaming the victim.
Waarom wordt Hamas niet ter verantwoording geroepen in de Veiligheidsraad? Hoe kan het dat VN-Secretaris-Generaal António Guterres vrijwel sinds dag één van de oorlog Israël op de hak neemt met onterechte insinuaties en beschuldigingen? Het onophoudelijk vragen om een staakt-het-vuren laat zich vertalen met het mogelijk maken van een toekomstige nieuwe aanval van Hamas. Zijn 1200 vermoorde Israëliërs – waaronder ook een aantal moslims (bedoeïenen) – en (momenteel) circa 100 gegijzelden en 32 vastgehouden lijken niet genoeg?
Tot voor kort leek de goede man nog niet eens van gegijzelden te hebben gehoord. ‘Antonio Guterres draait de Verenigde Naties in de vernieling en hopelijk zichzelf ook’, kopte EW boven een artikel van Philip van Tijn. En om weer terug te komen bij Nederland: hoe kan het dat alleen rechts Nederland nog bij zinnen is als het om Israël gaat? Wordt het geen tijd om behalve de opschorting van de financieringsbijdrage voor UNRWA serieuze stappen te ondernomen om de VN weer op het spoor te krijgen waarvoor de organisatie bedoeld was: een bond van volken in plaats van een partij in de strijd tussen volken? Waarom twee vluchtelingenorganisaties (één voor Palestijnen voor wie de vluchtelingenstatus erfelijk is en één voor een veelvoud van vluchtelingen overal ter aarde voor wie deze status eindig is)?
Palestijnen willen geen tweestatenoplossing
En hoe verder? Vrijwel iedereen in Nederland weet het: de tweestatenoplossing. Vrijwel niemand beseft overigens dat het gros van de Palestijnen hier niet van is gediend. Niet in 1947, toen de Arabieren het verdelingsplan van de VN weigerden, niet in het jaar 2000 in Camp David waar Arafat gedurende twee weken in alle toonaarden het woord ‘nee’ uitsprak en ook nu niet. Het merendeel van de Palestijnen wil geen Joodse buren, maar zowel de rivier als de zee. Is een tweestatenoplossing hiermee van de baan? Dat hoeft niet, maar het zal de Palestijnen door de strot geduwd moeten worden en ook zeer omvangrijke veiligheidsmaatregelen vereisen.
Het zijn overigens niet alleen de Palestijnen die geen twee staten willen, ook een flink deel van het uitverkoren volk is er niet van gediend. Veel orthodoxe joden niet omdat Samaria en Judea van hogerhand gegeven zijn, veel settlers niet om dezelfde reden en het doorluchtige opperhoofd niet omdat anders zijn regeringscoalitie en daarmee zijn eigen positie nog wankeler zou worden. Het is wat het is en ik zie een nieuw verzoek van Wynia’s Week alweer komen.
Willem Dercksen (1951) heeft in het verleden van alles en nog wat gedaan wat hij destijds erg belangrijk vond. Zoals bij velen mondde een (onbetaald) sabbatical uit in een geheel nieuwe koers. Tropische roots en een Israëlische partner brachten hem naar Israël waar hij de trotse vader van twee kinderen is en de kost verdient met redactioneel werk.
Wynia’s Week is er het hele jaar door. Met onafhankelijke, verrassende berichtgeving. Wynia’s Week is wel gratis, maar niet goedkoop. De lezers, kijkers en luisteraars maken Wynia’s Week mogelijk. Doet u mee? Doneren kan HIER. Hartelijk dank!