Achter de schermen van de heersende Russische kliek trekken ex-spionnen aan de touwtjes
Nog altijd woekert de oorlog in Oekraïne voort, nog altijd zinspeelt Vladimir Poetin op het gebruik van kernwapens, nog altijd blijft Duitsland zich weifelachtig opstellen, nog altijd komt er stoere praat uit andere NAVO-landen en nog altijd houdt iedereen zijn adem in of Amerika plots de steun terugtrekt. De ‘speciale militaire operatie’ uit februari 2022 is al twee jaar aan de gang en blijft Europa in de ban houden.
Waarom verliep de invasie van het geduchte Russische leger zo amateuristisch? En waarom lijken de Russen dan nu toch sterk genoeg te staan dat westerse hulp cruciaal is voor Oekraïne? De Britse historicus en politicoloog Mark Galeotti, werkzaam aan het Institute of International Relations in Praag en auteur van meerdere boeken over Rusland en Poetin, geeft in Poetins oorlogen een inkijkje in het Russische leger.
Van Sovjetleger naar ‘modern’ model
De eerste drie delen van Poetins oorlogen gaan over de hervormingen die sinds de val van de Sovjetunie plaatsvonden. Daarbij wordt ook ingegaan op de carrières van de uitvoerders van deze hervormingen, meest recentelijk defensieminister Sergej Sjojgoe.
Na de val van de Sovjetunie was het Russisch leger gedemoraliseerd door de ondergang van hun communistisch rijk, het debacle in Afghanistan en tekorten aan alles, van wapens tot voedsel. Generaals moesten bij plaatselijke boeren bedelen om kool en aardappelen voor hun soldaten.
Rusland had een leger dat was voorbereid op een derde wereldoorlog, maar kon dat niet betalen. Toch waren er enorme verantwoordelijkheden: ten eerste mocht wapentuig – met name kernwapens – niet in de verkeerde handen vallen. Ten tweede voelde Rusland zich gedwongen om in grenslanden en zelfs in Rusland zelf militair in te grijpen.
Dit vereiste een leger van professionele soldaten, welhaast naar Amerikaans model. In plaats van nauwelijks getrainde dienstplichtigen die zich op de Noord-Europese laagvlakte of de Siberische steppe tegen westerse dan wel Chinese soldaten te pletter moesten lopen, diende de nieuwe Russische soldaat een carrière in het leger hebben. Zo zou Rusland overblijven met een kleiner, duurzamer en effectiever leger.
Deze hervormingen lijken grotendeels te zijn geslaagd. Generaals die eerst tegenstribbelden omdat ze hun eigen positie zagen verdampen in een kleiner leger, hadden geen poot meer om op te staan na grote fouten in de eerste Tsjetsjeense oorlog en de Georgische oorlogen.
Het eindresultaat was een leger dat in 2014 en 2015 de wens van Poetin leek waar te maken dat Rusland weer meetelde als wereldmacht. De Russische president behaalde zijn geopolitieke doelen met het opportunistisch inzetten van het Russisch leger in de Krim en in Syrië. Vanuit Poetins perspectief stonden het Westen en met name Amerika met de mond vol tanden.
Staatsingrijpen bij wapenfabrikanten
Rusland leek hierbij de lessen van voorgaande oorlogen geleerd te hebben. Er was niet langer sprake van vliegtuigen die een uur te laat vertrokken, zoals in Georgië, waardoor een kolonne soldaten ongehinderd door vijandelijke vliegtuigen kon worden gebombardeerd.
Galeotti besteed ook veel aandacht aan de veranderingen binnen de Russische industrie en het staatsapparaat die daadkrachtiger militair en politiek optreden toestonden. Denk hierbij aan samenwerking tussen het leger en spionageministeries om milities in de Donbas en in Syrië in te schakelen, of aan staatsingrijpen bij wapenfabrikanten om te absurde prijzen aan banden te leggen.
Deel vier van Poetins oorlogen lijkt bedoeld voor de echte ijzervreters. Wie geïnteresseerd is in de verschillende legerafdelingen, het nieuwste wapentuig, en de rivaliteit tussen de Russische mariniers en parachutisten, kan zijn hart ophalen. Hoe is het Russische leer opgedeeld? Welke wapens, voertuigen, vliegtuigen en boten heeft het tot zijn beschikking? Hoe groot zijn de bataljons? De waslijsten aan verschillende klassen straaljagers en boten is wellicht minder relevant voor de meer geschiedkundig georiënteerde lezer.
Galeotti toont, als gezegd, aan dat het Russisch leger goed is in het leren van fouten. Maar dat de Russen momenteel een lesje leren van de Oekraïners heeft ook zijn keerzijdes. Daar gaat het vijfde deel van Geleotti’s boek over. Twee zaken zijn markant bij zijn uitweiding over de Oekraïense oorlog. Ten eerste dat het aanvankelijk belabberde optreden van het Russische leger voornamelijk kwam door politiek en bestuurlijk falen. Je hebt weinig aan een goed geolied leger als de troepen pas een week van tevoren horen dat ze worden ingezet. Zeker tegen een tegenstander die zich al jaren voorbereid op een tegenactie en al zo goed als gemobiliseerd is. Dan eindigt je tank aan de trekhaak van een Oekraïense tractor.
Poetins fotokiekjes in straaljagers en naast tanks kunnen niet verhullen dat hij zo goed als geen militaire ervaring heeft. De beslissing om Oekraïne binnen te vallen werd gemaakt door ex-spionnen, niet door ex-militairen. Alle hervormingen en investeringen in het Russisch leger zijn tenietgedaan door onkundig optreden van deze kliek.
Ten tweede doet Rusland nu wel ervaring op in wat het land een ‘grote oorlog’ noemt. Ondanks de verliezen aan het begin van de oorlog, hebben de Russen nu meer controle verworven en zich aangepast aan de nieuwe omstandigheden.
Geen prognoses
Voor wie geïnteresseerd is in recente Russische geschiedenis biedt Galeotti’s boek een onthullende blik achter de schermen van de heersende Russische kliek. Voor wie een prognose wil over het verdere verloop van het conflict in Oekraïne is het boek misschien minder nuttig.
Galeotti heeft – niet voor het eerst – een vlot leesbaar boek geschreven dat toch academisch sterk is onderbouwd. Hij fleurt Poetins oorlogen op met persoonlijke anekdotes, van gesprekken met Russische en Britse (ex)-militairen tot professoren uit Sint Petersburg. Soms slaat hij details over, bijvoorbeeld over de oorsprong van het conflict in Zuid-Ossetië, die sommige lezers misschien wel nuttig hadden gevonden. Iedereen behalve de grootste Ruslandkenners zullen zit met dit boek vermaken en er wat van leren.
Mark Galeotti: Poetins oorlogen. Van Tsjetsjenië tot Oekraïne (Prometheus) 384 pagina’s, €25,99.
Felix van Litsenburg werkt in Amsterdam aan kunstmatige intelligentie in de juridische sector. Hij studeerde Philosophy, Politics, and Economics aan de universiteit van Oxford en economie aan de London School of Economics.
Steunt u deze broodnodige, onafhankelijke berichtgeving? De donateurs maken Wynia’s Week mogelijk. Doneren kan HIER. Hartelijk dank!