Klimaatactivisten noemen zich ‘rebellen’, maar gedragen zich als heersers: door anderen van alles te verbieden
Op de korte termijn bezien valt het op dat een toegangsweg tot Den Haag weken lang illegaal is afgesloten door mensen die hogere belastingen eisen. Op fossiele brandstoffen wel te verstaan.
Op de middellange termijn signaleren we dat op 1 oktober na zestig jaar de gasproductie in Groningen is gestopt, die heel Nederland van de kolenkachel naar de centrale verwarming bracht.
En op de lange termijn bezien, zitten we bijna bovenop de pukkel van Hubbert en sluiten we daarmee het eerste deel van het olietijdperk af.
Onze organische batterij raakt op
Die pukkel is een grafiek die in 1956 is opgesteld door Marion King Hubbert, een geoloog die bij Shell werkte. Op de verticale as wordt het energieverbruik per jaar aangegeven en op de horizontale as de millennia vóór en na nu. De grafiek toont duizenden jaren lang een vlakke lijn met een sterke stijging vanaf 1900. Binnenkort gaat die lijn dalen en na 2200 is de vlakke lijn weer zo’n beetje terug op zijn oude niveau. Dan is de fossiele brandstof op. Dan heeft de mensheid de organische batterij die driehonderd miljoen jaar geleden werd gevuld, in ongeveer driehonderd jaar leeggetrokken. Dat waren de drie meest welvarende eeuwen uit de wereldgeschiedenis waarin de wereldbevolking explodeerde.
Ergens tussen 2025 en 2040 ligt volgens de laatste inzichten het moment waarop de helft van alle beschikbare olie is gewonnen. Dan zitten we op de top van Hubberts pukkel.
Intussen moet de regering beleid maken. Resultaten uit het verleden beloven weinig goeds voor het heden. Toen in 1959 de reusachtige gasvoorraad in Groningen werd aangeboord, was het beleid: dit gas moeten we zo snel mogelijk verkopen want binnenkort is het niets meer waard. Dan gebruiken we immers atoomenergie voor alles.
Aardgas moest zo snel mogelijk te geld worden gemaakt
Tja, de tijdgeest. Voor de Brusselse Wereldtentoonstelling van 1958 was net het Atomium gebouwd en we moeten nooit de invloed van Hollywood op het denken van Nederlandse beleidsmakers onderschatten. Toen produceerden Hanna-Barbera als tegenhanger van hun succesvolle The Flintstones over mensen uit het stenen tijdperk de komische animatieserie The Jetsons over mensen in de toekomst. In het jaar 2062 wonen die in kilometerhoge hoge gebouwen en verplaatsen zich met hun vliegende schotels. Alles werkt automatisch of wordt door robots gedaan. Parkeerproblemen bestaan niet omdat de vliegende schotel in elkaar klapt en als koffertje wordt meegenomen.
Vanuit dat toekomstbeeld moest het aardgas zo snel mogelijk te gelde worden gemaakt. Daartoe werd niet alleen ieder huishouden in Nederland op het gasnet aangesloten. Ook werd enorm veel gas geëxporteerd, bijvoorbeeld met korting naar Italië om te voorkomen dat daar de (euro)communisten aan de macht zouden komen.
Aan de productiekant kreeg het Westland gas met korting om zo goedkoper tomaten te produceren dan de boeren dat in Marokko konden, waarop die boeren hier in de industrie kwamen werken. Nog raakte het gas niet snel genoeg op. De Staatsmijnen gingen in de bulkchemie, maar kregen het ook niet op.
Wat verbruikt de meeste energie, vroegen de beleidsmakers zich af? Aluminium maken. Dus dat gingen we doen en zo kwamen er aluminiumsmelterijen in Nederland.
Inmiddels is het Groningse veld driekwart leeg. De aluminiumsmelter in Delfzijl is failliet. De Staatsmijnen zijn uit de bulkchemie gestapt en zijn verhuisd naar Zwitserland. Tomaten zijn peperduur. De gastarbeiders bleven.
Enfin, de regering voert nu een héél ander energiebeleid, en sloot het gasveld. Voor de activisten gaat het niet snel genoeg. Zij zijn banger voor klimaatverandering dan voor de beschikbaarheid van energie en hadden Wouter van Dieren gevraagd hen te komen toespreken.
Hij is een van grondleggers van de milieubeweging en lid van de Club van Rome. ‘Ramp bedreigt de wereld’ luidde de kop van NRC Handelsblad op 31 augustus 1971 toen de bevindingen van die Club van Rome waren uitgelekt. De krant wond er geen doekjes om:
‘Als alles en iedereen doorgaan op de manier waarop dat nu gebeurt, dan komt er binnen enkele tientallen jaren een geweldige catastrofe. De enige vraag daaromtrent is of de catastrofe wordt veroorzaakt door honger, door uitputting van essentiële grondstoffen of door vervuiling van de aarde. Er zijn – nu! – ingrijpende maatregelen nodig om dat onheil te voorkomen.’
In het jaar 2000 werden een catastrofe verwacht
Eigenlijk hetzelfde wat de activisten van Extinction Rebellion nu roepen. Maar in 1971 ging het niet over het klimaat, maar over het opraken van fossiele brandstoffen en grondstoffen.
De maatregelen die toen moesten worden genomen waren volgens de krant: ‘Anticonceptiemiddelen voor alle gezinnen ter wereld, geen echtpaar zal meer dan twee kinderen mogen hebben, extra investeren in voedselproductie en gezondheidszorg en minder productie (van luxegoederen) zelfs als daardoor de economische groei daalt, en meer hergebruik van materialen.’ Zo niet, dan werd catastrofe rond het jaar 2000 verwacht.
Nu, in 2023, wees Wouter van Dieren het verzoek om te komen spreken af en hij legde op LinkedIn uit waarom. De eis van de activisten, stoppen met alle fossiele brandstoffen, is volgens hem ‘een luchtspiegeling’.
De hele wereldeconomie is immers een verbrandingsmotor. Die motor heeft ons moderniteit gegeven en de welvaart doen exploderen. Die motor maakte een einde aan honger, armoede, ziekte, onwetendheid en dakloosheid. Van Dieren wijst erop dat 90 procent van de wereldbevolking pas halverwege die moderniteit is: die mensen willen fossiele brandstoffen.
Van Dieren ziet dat de klimaatactivisten hier in Nederland ‘de toekomst vrezen en verdriet hebben’ en vroeg hun welke oplossing zij in gedachten hadden. Hij kreeg andere antwoorden dan zijn Club van Rome een halve eeuw geleden gaf. Nu willen de activisten:
- Luchtvaart verbieden (of elektrisch vliegen)
- Onnodige reizen verbieden
- Intensieve landbouw verbieden
- Staalindustrie moet stoppen (alleen oud ijzer recyclen)
- Chemie moet verdwijnen
Zijn conclusie was: ‘Dit zijn geen oplossingen, maar uitnodigingen tot conflict’. Volgens Van Dieren moesten de oplossingen worden gezocht in meer kennis: ‘Die is dun gezaaid en ontoereikend, binnen de universiteiten, de industrie en de NGO’s. Wij noemen het effect ervan reality blindness. Historische kennis moet voorop staan, want daar kom je de geschiedenis tegen van de macht, de rebellie, de vrijheid, de dictatuur en de intolerantie. En de lessen daaruit zijn niet mals.’
Fossiele verworvenheden bij het grof vuil
Historische kennis moet voorop staan. Daar sluit ik me bij aan. De mensheid moet leven met veranderingen. Die zijn niet allemaal te voorspellen. Maar het opraken van de fossiele brandstoffen valt wel te voorspellen. De hoeveelheid energie beschikbaar per persoon, was de afgelopen anderhalve eeuw ongekend hoog. Als die weer daalt, heeft dat direct invloed op verdeling van macht en welvaart en op de manier waarop mensen met elkaar samenleven.
Om samen te leven ondanks onze verschillen van mening hebben mensen de wet uitgevonden en in de periode van overvloedige energie hebben we de rechtstaat en de parlementaire democratie kunnen invoeren. Die fossiele verworvenheden worden door mensen die zichzelf ‘rebellen’ noemen, maar gelijk heersers anderen van alles willen verbieden, wat al te makkelijk bij het grof vuil gezet.
Wynia’s Week verschijnt 104 keer per jaar met even onafhankelijke als broodnodige berichtgeving. De donateurs maken dat mogelijk. Doet u mee? Hartelijk dank!