Hoe de Rutte-wolk het deksel op de neus kreeg
Een ‘boerenpartij’ werd de grootste in alle provincies en verreweg de grootste in het hele land. Wat in Den Haag en Hilversum als een boerenprotest werd gezien, bleek een veel breder burgerprotest te zijn. Wat gebeurde er op die gedenkwaardige 15e maart 2023? En wat zijn de gevolgen?
Wat een kloof tussen stad en regio, tussen de Randstad en de rest leek te zijn, blijkt breder gedefinieerd te moeten worden. Afgezien van wat grotere steden met hoger onderwijs – waar GroenLinks dikwijls de grootste werd – en wat forensengemeenten – waar de VVD enigszins stand hield – kleurde het hele land groen door de BoerBurgerBeweging.
En wie verloor? In zetels werd Thierry Baudets Forum voor Democratie weliswaar de grootste verliezer, maar politiek relevanter is dat vrijwel alle partijen die de kabinetten-Rutte de afgelopen dertien jaar op de been hielden aanhang verloren. Alleen de gemarginaliseerde PvdA wist er in vergelijking met 4 jaar geleden een zeteltje in de Eerste Kamer bij te winnen.
Een nog duidelijker klap was er voor de regeringspartijen van nu: VVD, D66, CDA en CU. CDA en CU halveerden zo’n beetje in Eerste Kamerzetels. Voor de VVD (-2) en D66 (-1) leek het mee te vallen, maar een vergelijking met de Tweede Kamerverkiezingen van 2 jaar geleden is ook voor de partijen van Mark Rutte en Sigrid Kaag dramatisch. Rutte’s VVD zou omgerekend nog maar 20 Tweede Kamerzetels overhouden en D66 van Kaag zou in vergelijking met twee jaar geleden zelfs halveren.
‘Onbekwame ministers’
Een enquête van Ipsos voor de NOS gaf wat nader inzicht achter de verkiezingsuitslag. Zestig procent van de kiezers wilde met zijn of haar stem een signaal geven aan het huidige kabinet. Veertien procent wilde nog wel steun geven, maar voor 46 procent was het afkeuring die hen dreef.
En wat zint de kiezers naar eigen zeggen dan niet? Het antwoord is ontluisterend voor de Haagse machthebbers. Het gaat om alle thema’s waarmee het vierde kabinet-Rutte zich (niet) onderscheidt (stikstof, immigratie, klimaat), maar bovenaan staat ‘onbekwaamheid ministers’. Het kan mede aan de vraagstelling liggen, maar de afkeer druipt er af.
Een kabinet, losgezongen van Nederland
Uit alles blijkt dat dit kabinet-Rutte zich voor grote delen van de bevolking heeft losgezongen van wat zij in meerderheid willen, wat ze belangrijk vinden, wat ze van politici verwachten.
Wat Nederlanders in meerderheid willen is niet zo radicaal en wat ze willen is door de jaren heen bovendien ongeveer constant, zoals onder meer de onderzoeken van het Sociaal en Cultureel Planbureau en het Nationaal Kiezersonderzoek laten zien. Het zijn niet de kiezers die radicaal zijn, het zijn de (leidende) politici van de voormalige volkspartijen die het zicht op hun achterban kwijt zijn geraakt en zich laten leiden door hypes en soms piepkleine en soms radicale pressiegroepen.
Burgers willen door de bank genomen een veilig en welvarend land, met een selectief immigratiebeleid en goede en redelijk betaalbare sociale en medische voorzieningen en goed onderwijs. De bevolking is gematigd positief over de EU, maar tegen verdere massale machtsoverdracht naar Brussel. De bevolking is in meerderheid voor natuur en milieu, maar tegen fanatieke doordrijverij.
Maar wat zijn de speerpunten van het kabinet RutteVier? Nederland wil onder het huidige kabinet niet alleen internationaal koploper zijn met klimaat, maar ook met stikstof en daar talloze miljarden voor uittrekken en ingrijpende maatregelen voor opleggen die zowel boeren (stikstof) als burgers (dure energiemaatregelen) in hun portemonnee en hun bestaan treffen.
Aan de massale immigratie – in het bijzonder door asielzoekers – is tot dusver geen enkel samenhangend plan gewijd, laat staan dat er ook maar één effectieve maatregel is genomen. Maar ook hier werd weer wel een dwangwet opgelegd: de ‘spreidingswet’ van VVD-asielstaatssecretaris Eric van der Burg.
Van der Burg was nooit landelijk verkiesbaar, maar meldde als VVD-lijsttrekker in Amsterdam al wel dat er wat hem betreft niet genoeg asielzoekers naar Nederland konden komen. Uitgerekend deze VVD’er werd door Mark Rutte bij uitstek geschikt bevonden om het immigratiebeleid vorm te geven.
‘Het moet van Brussel, of de rechter’
Het kabinet verwijst herhaaldelijk naar (zogenaamde of echte) internationale verplichtingen of rechterlijke uitspraken. Maar vaak zijn die verplichtingen helemaal niet zo’n plicht, maar een uitvloeisel van coalitie-afspraken, die terug te voeren zijn op lobbywerk van actiegroepen die door de overheid zelf op de been worden gehouden.
Als voortdurend verwezen wordt naar ‘plicht’ als reden voor beleid is er voor kiezers alle reden zich af te vragen wie dan wel die ‘onbekwame ministers’ zijn die niet luisteren naar wat burgers willen, maar wel verplichtingen aangaan die anderen kennelijk hebben bedacht. En juist zij zijn dan ook weer degenen die met een zekere gretigheid dwang inzetten bij het opleggen van hun impopulaire beleid.
Het zoeklicht gaat dan in het bijzonder naar ministers als Hugo de Jonge en Christianne van der Wal: geen van beiden ooit verkiesbaar, laat staan gekozen als landelijk volksvertegenwoordiger, maar door hun partijleiders in het ministersambt geparachuteerd en sindsdien voortdurend op hoge toon in de weer met het aankondigen van dwangmaatregelen waar zelden een verkiezingsdebat over is gevoerd. Hoe Van der Wal denkt te kunnen aanblijven met een verkiezingsuitslag als een aardbeving waarbij zij en haar beleid doelwit nummer één waren – het is een raadsel.
Verplichte ‘doelen’ en eisen
Nederlanders willen een veilig land, maar de afgelopen decennia moeten steeds meer mensen worden bewaakt omdat ze worden bedreigd door de drugsmaffia, door terroristen en anderen. Bekende en onbekende Nederlanders worden bedreigd en vermoord, maar de premier noemde stikstof – een probleem dat tot een paar jaar geleden door weinigen als een probleem werd gezien – als de grootste crisis in zijn premiersloopbaan.
Het is publiek geheim dat D66 de toon zette voor het huidige kabinetsbeleid met vaak arrogant en intolerant getoonzette eisen, ‘doelen’ en plichten op het vlak van natuur, klimaat, woke-maatregelen en internationalisme. Door daar in mee te gaan betalen VVD, CDA en ChristenUnie een hoge prijs. Maar de aanjager van dat van Nederland en de Nederlanders losgezongen beleid, D66 zelf, wordt er ook allerminst voor beloond. Twee jaar geleden danste Kaag nog op tafel, nu is haar partij in vergelijking met toen gehalveerd.
Het beleid van dit kabinet werd minder dan ooit gedicteerd door de vorige Kamerverkiezingen. Er werd zo lang geformeerd, dat de herinnering aan die verkiezingen en aan de verkiezingsbeloften al weer waren vervlogen. Wat er door het kabinet nu wordt gedaan en nagelaten en de neerbuigende, dwingende toon die daarbij richting de bevolking wordt aangeslagen hebben weinig fundament in Nederland.
De huidige coalitie heeft het referendum afgeschaft. Daardoor is er geen referendum over stikstof, gasverbod of asiel. Het goede nieuws is dat de Nederlandse democratie nog niet dood is en de kiezers nog niet murw.
Als politici niet handelen in de geest van de uitslag van Tweede Kamerverkiezingen grijpen kiezers via de provinciale verkiezingen (met een extra hoge opkomst bovendien) naar de noodrem. In die zin werd op 15 maart 2023 het referendum gehouden tegen deze coalitie dat door dezelfde coalitie werd afgeschaft. Op de 15e maart kreeg het vierde kabinet-Rutte het deksel op de neus.
De afbrokkeling is niet gestopt
De komende weken en maanden moet blijken of de boodschap gehoord is. Niet alle tekenen zijn gunstig. Christianne van der Wal bleef robotesk beweren dat er geen ander stikstofbeleid mogelijk is dan het hare. Sigrid Kaag stelde dat het kabinet – schouderophalend, kennelijk – ‘door moet durven regeren’.
Maar wie denkt voort te kunnen gaan op het van Nederland losgezongen pad zal daar in de nabije toekomst weer een hoge prijs voor betalen. De PvdA is al gemarginaliseerd, het CDA staat aan de afgrond en Mark Rutte van de VVD heeft steeds meer partijen nodig om hem in het Torentje te houden. Het afbrokkelingsproces is niet gestopt, integendeel. De Statenverkiezingen waren niet alleen een referendum tegen de coalitie, ze waren ook een voorwaarschuwing voor wat nog komen kan.
Syp Wynia is hoofdredacteur van Wynia’s Week. Onlangs verscheen zijn nieuwe boek: ’70 Actieve herinneringen aan een gaaf gidsland’ – met essays, analyses en observaties over de woelige jaren in Nederland Rutteland. Het boek is 368 pagina’s dik, kost 24,50 (gratis verzending) en is overal verkrijgbaar, zoals ook in de winkel van Wynia’s Week.