Niemand wordt weggestuurd of vermoord. Toch zijn er ineens heel andere mensen

ArieGraafland 22-6-22
Straatbeeld in Saint-Denis

Sommige woorden zijn tegenwoordig verdacht, ze worden verbannen uit het spraakgebruik, ze zijn ‘niet correct’, ‘rechts’, ‘vijandig’ of ‘gevaarlijk’, ze staan voor vulgair en onbetamelijk.  Een van die woorden is ‘vervanging’, een andere is ‘omvolking’.

Hiermee wordt bedoeld dat de etnische en religieuze samenstelling van de bevolking snel aan het veranderen is. Ligt hieraan een bewust plan ten grondslag? Het is eerder politieke onwil en angsthazerij om een rem op de immigratie te zetten. Drie boeken geven een beeld van wat er aan de hand is.

Verenigd Koninkrijk en immigratie

Douglas Murray beschrijft in zijn boek The Strange Death of Europe dat in 2011 45% van Londen nog ‘white British’ was. Ongeveer drie miljoen mensen van buitenlandse komaf wonen en werken in het Verenigd Koninkrijk. Vrijwel niemand spreekt Engels. Ook de religieuze samenstelling van de bevolking was, en is aan het veranderen.

Iedere godsdienst zat in de lift, alleen de Anglicaanse kerk liep terug. Terwijl dit kerkgenootschap haar leden verliest, neemt het aantal gelovige moslims toe. Tussen 2001 en 2011 neemt hun aantal toe van 1,5 miljoen tot 2,7 miljoen. Dat zijn de officiële aantallen, de werkelijke aantallen liggen waarschijnlijk hoger. Schattingen van de illegaliteit lopen al snel naar het miljoen.

Net als in Nederland, België en Duitsland maakte men zich in eerste instantie weinig zorgen over deze ontwikkeling. Op een enkeling na dan. Paul Scheffer liet rond het jaar 2000 al zien hoe in Nederland de verschillende groepen in de maatschappij langs elkaar heen leefden. Met de overwinning van de Labour Party van Tony Blair in 1997 kreeg de immigratie een forse stimulans. De grenzen gingen open voor iedereen die van belang leek voor de Britse economie. Vrijwel iedereen werd door het bedrijfsleven als gekwalificeerd gezien.

Barbara Roche de minister voor immigratie van Blairs regering veranderde de regels, iedereen werd toegelaten die zich als asielzoeker aandiende. Terugsturen duurde te lang en was politiek niet te verkopen. Ze vond ook dat de bestaande restricties ‘racistisch’ waren. Als er kritiek kwam op haar beleid werd dit afgedaan als ‘racistisch’. Net als in Nederland was het ter discussie stellen van immigratie ‘racistisch’. Tegenstanders waren, net als nu, te ‘wit’ om een oordeel te kunnen geven.

Vervanging van de bevolking?

Was dit een bewuste strategie van Labour om de maatschappij van kleur te doen veranderen? Vaak heeft men het dan over ‘vervanging’ of ‘omvolking’, het vervangen van de autochtone bevolking door allochtonen. Ook deze termen zijn inmiddels besmet geraakt. De term ‘vervanging’ is afkomstig van Renaud Camus. In zijn boek Le Grand Remplacement beschrijft hij de effecten van immigratie als vervanging van de Europese bevolking en hun waarden.

Douglas Murray

Douglas Murray beschrijft de Parijse wijk Saint-Denis. Saint-Denis is een historisch belangrijke stad in Frankrijk. Vanaf de zesde eeuw werd de koninklijke familie er begraven. Op dit moment lijkt het een wijk in Noord-Afrika te zijn. Het heeft een van de dichtste moslimpopulaties van Frankrijk. De Joodse bevolking is er inmiddels gehalveerd. Maaike van Charante laat in haar boek over de Schilderswijk in Den Haag een min of meer zelfde beeld zien, de wijk in Den Haag bestaat vooral uit Turken en Marokkanen.

Woorden doen ertoe. Het is zeker niet zo dat een woord of begrip ‘neutraal’ is. Maar alles hangt af van de context waarin die woorden geplaatst zijn. Ik doe een poging de huidige hysterie rond dit begrip wat te verhelderen door te kijken naar de context van de boeken van Murray, van Charante, en Camus. En dat geeft een nogal verschillend beeld.

Murray ziet in Saint-Denis Camus’ ideeën gerealiseerd. De Franse bevolking is in dit soort plaatsen vervangen door een Noord-Afrikaanse en Sub Sahara-bevolking. Of dit een bewust plan is staat ter discussie. Mij lijkt het eerder politieke onwil en angsthazerij om een ongetwijfeld controversiële rem op de immigratie te zetten. Noch Blair noch Jack Straw van Binnenlandse Zaken leek bereid zich te verdiepen in de instroom en de gevolgen voor het land. Hetzelfde beeld zien we al jaren in Nederland.

De hete aardappel van de immigratiepolitiek

Zeker is dat Labour geen politieke ongelukken wilde maken zoals gebeurde in het Conservatieve schaduwkabinet met Enoch Powell die een controversiële lezing had gehouden over de effecten van immigratie, en die door Edward Heath onmiddellijk uit zijn functie werd gezet. Labour liet de hete aardappel bij Barbara Roche die er graag mee vandoor ging. Is Murrays en Van Charantes zorg over de immigratie terecht? Ja dat is ze. Is er een plan om Europa van kleur te doen veranderen? Volgens Renaud Camus wel.

Voor we ja of nee roepen laten we eerst eens zien wat er gaande is. Feit is dat het Verenigd Koningrijk, anders dan Amerika geen immigratieland was. Uiteraard waren er immigranten, maar nooit een immigratie op de schaal zoals dat nu gebeurt. Datzelfde geldt voor Nederland. Ondanks alle verhalen van Leo Lukassen dat dit wel zo is. Schaal doet ertoe, nu en in de geschiedenis.

Gevoelens van verlies

De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid brengt de hoge mate aan diversiteit naar herkomst in verband met een lage sociale cohesie en gevoel van verlies en onveiligheid. Naarmate de diversiteit groter is stijgt ook de onvrede. Het is allemaal heel sociaalwetenschappelijk en tamelijk abstract geformuleerd, maar er zijn meer direct betrokken verhalen mogelijk.

De Schilderswijk in Den Haag

Maaike van Charante beschrijft dit proces aan de hand van de Schilderswijk in Den Haag. Haar bron is het Haags Gemeentearchief waar alle Raadsvergaderingen bewaard worden. De ‘oorspronkelijke bevolking van de Schilderswijk (werd) tegen alle beloftes en protesten in langzaam maar zeker vervangen’.

Opvallend is het dedain van de bestuurders voor de wijkbewoners. Naar mijn idee een algemeen probleem in Nederland. Het is de eeuwige discussie over ‘de kloof’ tussen overheid en burger. Uiteraard is er een kloof, maar die wordt veroorzaakt door bureaucratisch dedain en oriëntatie op ‘de wereld’, het ‘anywhere’. In feite is dit het kernthema van Van Charantes boek.

Begin jaren ’60 werd het hele land geteisterd door de ‘cityvorming’, stadskernen moesten bereikbaar worden gemaakt voor de auto. Nieuwe brede toegangswegen moesten direct met het centrum verbonden worden, oude slecht onderhouden woningen werden gesloopt, hele wijken gingen op de schop.

Cityvorming

De Schilderswijk viel hetzelfde lot ten deel. Het Oranjeplein-plan is een voorbeeld van deze stedebouwkundige gekte, het nieuwbouwplan was in feite een Nederlandse vertaling van Corbusiers plan voor Parijs dat in die tijd populair was onder de Nederlandse stedenbouwers. Ook daar moesten hele wijken op de schop om een megalomane ingreep mogelijk te maken. Bijkomend probleem van de wijk in Den Haag was het grote aantal woningen in particulier bezit. Er waren 14.776 woningen in particulier bezit, 978 woningen waren in handen van de woningbouwverenigingen.

Ruimtelijk gezien beslaat de wijk een beperkt oppervlak, de woningdichtheid is dus hoog. Daarnaast werd de wijk ook nog eens aangemerkt als opvanggebied voor sociaal zwakke gezinnen. Het grote aandeel particulier bezit gaf de mogelijkheid de vervallen woningen in delen te verhuren aan buitenlandse gastarbeiders. En vanzelfsprekend leidde dit tot botsingen met de oude bewoners.

Conflict

De eerste serieuze botsing tussen oude en nieuwe Schilderswijkers vond plaats in de Van Ravesteinstraat, zo schrijft Van Charante. In een overbevolkt pension viel het licht uit. Het was het zoveelste incident, de vlam sloeg in de pan. De politie moest de gastarbeiders ontzetten. Cultuurverschillen spelen een rol zo schrijft ze terecht, met name de houding van sommige gastarbeiders tegenover vrouwen.

Het slothoofdstuk van haar boek kan als casus gelden voor de Nederlandse politiek ten aanzien van de islam. Het is een van de sterkste hoofdstukken in haar boek. De gemeente peilt de behoefte aan moskeeën door de islamitische organisaties als zuil te behandelen en rijkelijk van subsidie te voorzien.

Veelal worden de moskeeën medegefinancierd door buitenlands geld. In Nederland werd de El Tawheed-moskee in Amsterdam, de As-Soennah in Den Haag en de Al-Fourkaan in Eindhoven gefinancierd met buitenlands geld. Alle drie broeinesten van extremisme aldus Ruud Koopmans in zijn boek Het vervallen huis van de islam.

De verovering

Waarom de moslimgemeenschap gesubsidieerd moet worden voor haar moskeeënbouw en andere geloofsrichtingen niet blijft een Nederlands fenomeen van schuld en boete. Het Behoeftenonderzoek moslims van CRM is ervan overtuigd dat het ‘gedwongen karakter van hun migratie’ naar een morele verantwoordelijkheid van de staat verwijst.

Hoe dat uitpakt wordt duidelijk door Van Charantes slotbeschouwing van de synagoge in de Wagenstraat. Een rijksmonument dat in1843 gebouwd is en niet langer in gebruik was. Het gebouw werd gekraakt en een groep moslims verbouwden het interieur.

De gemeente gaf uiteindelijk toe, winkeliers die overigens genuanceerd pleitten voor behoud werden vol morele verontwaardiging naar huis gestuurd. De status van rijksmonument werd ingetrokken en uiteindelijk kwamen er ook de minaretten. De Turken noemden het gebouw in eerste instantie Fatih, de veroveraar. Ze hadden het gebouw immers veroverd op de gemeente, en uiteindelijk op de Joodse gemeenschap.

Renaud Camus en de immigratie

Renaud Camus is een Franse schrijver met een aantal boeken op zijn naam. Hij is voorzitter van de Conseil National de la Résistance Européenne. Ik maak gebruik van een in eigen beheer uitgegeven boek, You will not replace us! Het is een samenvatting voor een Engelstalig publiek van zijn eerdere boeken.

Al op de eerste pagina geeft hij aan waar het over gaat; alles wordt vervangen in onze huidige maatschappij. Zijn voorbeelden zijn het namaak-Venetië in Nevada, Spanje heeft een kopie van Las Vegas in Castilië, en China haar eigen Parijs in de buurt van Peking. Het zijn allemaal imitaties van het origineel.

Al deze pretparken moeten hun best doen er origineler uit te zien dan hun origineel. Spreken over identiteit en oorspronkelijkheid is in feite altijd al een soort verlies erkennen. Ik ben dan ook geen ‘Identitaire’ zo schrijft hij. Ik heb sympathie voor ze, maar ben het niet.

Alles verandert in zijn tegendeel

Wat Camus hier doet is een semantische betekenisrelatie omkeren; de wereld is een amusementspark geworden die extra betekenis nodig heeft om te kunnen bestaan. Een soort ‘overdeterminatie’, een veelheid aan oorzaken die kopie en origineel omkeren waardoor we vaak niet meer weten wat echt is.

Of, om een populaire Franse term te gebruiken, een ‘simulacrum’, alles in de wereld is vervangen door namaak. Cultuur is entertainment geworden, de Olympische Spelen zijn vervangen door het geld, journalistiek door platte informatie en digitale ‘hits’, nieuws is fake news geworden, en ons lichaam wordt voorzien van kunstmatige organen.

En om de trits af te maken: de geschiedenis wordt vervangen door ideologie, mannen worden vervangen door ‘trans’, vrouwen door seks-dolls, robots door humanoïden, en de humaniteit door het post-humanisme. De politiek wordt vervangen door de economie, bewoners in de steden door het toerisme, en om dicht bij huis te blijven de boerenbedrijven worden vervangen door de agro-industrie, en de agro-industrie door bouwgrond voor woningen, en de Europeanen door Afrikanen.

Massificatie

Probleem is natuurlijk dat de mensheid, gelukkig maar, geen ongedifferentieerde massa is die je over de aarde kunt verspreiden als pindakaas of Nutella. De onderlaag van de maatschappij is voor de gek gehouden met noties als ‘democratisering’, iedereen heeft nu de privileges van de bovenklasse verworven, maar alles is verpest door de massa’s.

De Franse Rivièra was ooit een oase van rust en schoonheid waar Renoir en Bonnard hun schilderijen konden maken, maar is nu verwoest door het massatoerisme. Renaud ziet hetzelfde gebeuren met het onderwijs: massa betekent achteruitgang.

De vervanging

De term ‘grand remplacement’ ontstond toen Camus bezig was een reisgids te schrijven voor de l’ Hérault in Zuid-Frankrijk. Hij zag dorpen die zo’n duizend jaar oud waren en waar gesluierde vrouwen zich verzamelden bij de stadspomp. Hij kende de banlieus die vrijwel geheel bevolkt werden door immigranten, maar dit had hij nog nooit gezien.

Er was in eerste instantie weinig bewusts aan de term, het leek hem wel passend, hoewel er van directe vervanging geen sprake was. Niemand wordt weggestuurd of vermoord. Maar het leven en de voorkeuren van de oorspronkelijke bewoners lijken niet meer van belang voor de bovenlaag in de maatschappij.

Camus’ vervanging is niet zo neutraal als het hier mag lijken, we vervangen lammeren door wolven, zo schrijft hij, we worden vervangen door agressieve nieuwkomers, jonger, veel talrijker, en wat testosteron betreft veruit superieur. Ik kom daar in een volgend artikel op terug, maar karakteristiek aan Camus is zijn Franse intellectualisme, veel van wat hij schrijft doet denken aan andere Franse intellectuelen. Het is bij vlagen een cynisch boek, wie daar geen probleem mee heeft zal het zeker lezen.

Mijn voorkeur ligt echter bij Douglas Murray en Maaike van Charante, beide boeken zijn geschreven met compassie voor hun onderwerp, Renauds boek is intellectuele cultuurkritiek, afstandelijk, en abstracter, misschien wel ‘typisch Frans’.

Wynia’s Week is ongebonden en onafhankelijk. De donateurs maken dat mogelijk. Wordt u ook sponsor van Wynia’s Week? Dat kan HIER. Hartelijk dank!