Kan de gaskraan in Groningen open blijven? En moet de Groningse Eemscentrale wel echt dicht?
Het is intussen algemeen bekend: in de aardgasbehoefte van de landen van de Europese Unie wordt voor 40 procent voorzien door gas uit Rusland. En met de inkomsten uit dat gas kan Poetin zijn vuile oorlog voeren. Daar moet snel een eind aankomen, zo wordt algemeen gevonden.
Eurocommissaris Frans Timmermans heeft al een plan bedacht: de Russische gasimport binnen een jaar verminderen met 66 procent en ruim voor 2030 definitief stop zetten. Dat kan worden opgevangen door gasimport uit niet-besmette landen, energiebesparing en meer windparken en zonneweides. Het is totaal illusoir: categorie wensdenken.
Gronings gas tegen Poetin
Nederland staat er beter voor dan Europa als geheel. Wij zijn voor ons aardgasverbruik maar voor 15 procent afhankelijk van Rusland. En wij hebben altijd nog het Groningen gasveld achter de hand. Door de Groningse gaskraan open te zetten kunnen we ons in een klap ‘bevrijden van Russisch gas’, in de terminologie van Timmermans.
Technisch is dat geen enkel probleem. Er zit nog een schat aan aardgas in de Groningse bodem en dat gas kan zonder al te veel inspanning en bovendien op zeer korte termijn naar boven worden gehaald. Volgens een recente enquête van het Dagblad van het Noorden heeft zelfs de overgrote meerderheid van de Groningers daar geen enkele moeite mee, mits ze er ook geldelijk van kunnen meeprofiteren.
Een beetje gas winnen is niet gevaarlijk
Er is één probleem: de door de gaswinning veroorzaakte aardbevingen. Zowel de Groninger Bodem Beweging (GBB) als het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) hebben er op gewezen dat het voor de Groningers in het gaswinningsgebied nog steeds niet veilig is. Volgens het SodM zouden nog 13.000 huizen moeten worden versterkt. Er kan pas van een veilig Groningen sprake zijn als alle huizen zijn versterkt en de gaskraan definitief dicht staat.
Hebben de GBB en het SodM een punt? Ja en nee. De gaskraan open zetten in de oude stand zal zonder enige twijfel leiden tot meer onveiligheid voor de bewoners van het gaswinningsgebied. Maar jaarlijks een beperkte hoeveelheid aan het gasveld onttrekken, dat kan wel. Dat is althans de onontkoombare conclusie van de meest recente veiligheidsanalyse van het gaswinningsgebied uitgevoerd door het onafhankelijk onderzoeksinstituut TNO. Zie hier.
TNO zegt: minimaal risico met kleine gasproductie
Sinds 2016 wordt jaarlijks de staat van de veiligheid in het gaswinningsgebied in kaart gebracht. Aanvankelijk door de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) maar sinds de NAM uit het Groningse script is geschreven, is TNO met die taak belast. Daarvoor was TNO er ook al bij betrokken maar meer in een controlerende functie namens de overheid. TNO weet dus van de hoed en de rand.
De veiligheid in het Groningse aardbevingsgebied wordt uitgedrukt in het LPR (Local Personal Risk), het plaatsgebonden persoonlijk risico. Het LPR is gedefinieerd als de jaarlijkse kans dat een inwoner van het gaswinningsgebied komt te overlijden door een instortend huis als gevolg van een aardbeving.
Als het LPR in het gaswinningsgebied overal kleiner is dan 1 op de honderdduizend wordt het gebied als veilig beschouwd. Die norm is in 2015 voorgesteld door de Commissie-Meijdam, ingesteld door de toenmalige minister van Economische Zaken Kamp, en in 2016 goedgekeurd in het parlement.
De veiligheidsanalyse berust op berekeningen van het LPR met behulp van een keten van geavanceerde computermodellen die speciaal zijn toegesneden op de specifieke condities van het gaswinningsgebied in Groningen. Ze zijn veelomvattend, met zo’n beetje alles wat ook maar enigszins van invloed kan zijn wordt rekening gehouden. De modellen zijn in de praktijk getest en geverifieerd door derde partijen onder wie een keur van internationale wetenschappers. Kortom, we kunnen alle vertrouwen hebben in de uitkomsten van de LPR berekeningen.
TNO: lage onttrekking is volstrekt veilig
TNO laat in het recente rapport zien dat de gaswinning bij een jaarlijkse onttrekking van 3,9 miljard kubieke meter gas, de geschatte onttrekking in het gasjaar 2021/2022, het gaswinningsgebied volstrekt veilig is.
Dit is wat het TNO rapport zegt: ‘Alle gebouwen in het aardbevingsgebied voldoen volgens de voorgeschreven modelkeuzes vanaf gasjaar 2021/2022 aan de Meijdamnorm: de verwachtingswaarde van het risico (LPR) voor alle gebouwen is aanzienlijk lager dan 1 op de honderdduizend per jaar in gasjaar 2021/2022 en verder.’
Dat betekent concreet, dat voor een Groninger die woont in het gaswinningsgebied de jaarlijkse kans op overlijden door het instorten van een huis aanzienlijk kleiner is dan 1 op de honderdduizend. De veiligheidsnorm wordt ruimschoots gehaald.
De winning is maar een fractie meer
Dat het winningsgebied op dit moment als veilig kan worden aangemerkt, heeft te maken met het aantal huizen en gebouwen dat sinds 2016 is versterkt maar vooral met het niveau van de gaswinning. De huidige onttrekkingssnelheid van 3,9 miljard kubieke meter per jaar is een fractie van wat het ooit was, een tiende vergeleken met de topjaren 2012 -2015.
Het aantal te verwachten bevingen is direct evenredig met de onttrekkingssnelheid van het gas. Een drastisch lagere snelheid leidt direct tot drastisch minder aardbevingen en dus tot een drastisch lagere seismische dreiging.
Jaarlijkse productie van 5 miljard kuub is goed verdedigbaar
Veilige gaswinning in Groningen is dus heel goed mogelijk. Het moet alleen wel gebeuren met een lage snelheid maar dat is geen probleem, het gas loopt niet weg. Op grond van de TNO-veiligheidsanalyse lijkt een maximale onttrekking van 5 miljard kubieke meter per jaar goed verdedigbaar. Dat is niet veel, maar ook weer niet niks. Met deze snelheid kan het Groningse gasveld nog tot ver in deze eeuw gas leveren. En dus een (kleine) bijdrage leveren aan de dérussificatie van het aardgas in Nederland.
De groothandelswaarde van 5 miljard kubieke meter op grond van de gasprijzen in februari van dit jaar (voor de Russische invasie) ligt rond de 2,5 miljard Euro. Dat is natuurlijk een schijntje vergeleken met de kolossale gasopbrengsten uit Groningen in het verleden, maar toch mooi meegenomen. En het gaat wel gegarandeerd 30 jaar door, misschien zelfs langer.
Veilig produceren betekent niet dat er geen aardbevingen meer zullen voorkomen. Dat zal zeker het geval zijn, aardbevingen zijn nou eenmaal onlosmakelijk verbonden met de manier waarop het gas in Groningen wordt gewonnen. De bevingen zullen weliswaar geen dodelijke slachtoffers tot gevolg hebben maar kunnen wel schade veroorzaken aan woningen en gebouwen.
Uiteraard zal die schade snel en zonder veel gedoe hersteld en vergoed moeten worden. Daar is ondertussen in Groningen de nodige ervaring mee opgedaan. De voortgezette winning zal de Groningers dus wel enige overlast bezorgen maar dat kan gecompenseerd worden met een ruimhartige jaarlijkse ‘ongemakkentoeslag’. Te betalen uit de gasopbrengsten.
Het goede nieuws is, dat op betrekkelijk korte termijn de aardbevingsoverlast voor de bewoners van het gaswinningsgebied volledig kan worden weggenomen.
Pomp stikstof op CO2 in het Groningse gasveld
Dat vergt dan wel een andere manier van gas produceren en wel door gelijktijdig met de productie van aardgas een ander gas, bijvoorbeeld stikstof of CO2, in het gasveld te injecteren. Daardoor wordt de drukdaling van het gasveld gestopt en wordt de oorzaak van de aardbevingen weggenomen. Stikstofinjectie is een bewezen techniek die in principe ook in Groningen kan worden toegepast. Het is er alleen in Groningen nooit van gekomen vanwege de extra kosten en politieke onwil.
Het goede nieuws is zelfs nog beter, want met stikstofinjectie vervalt de snelheidsbeperking van 5 miljard kubieke meter gas per jaar. De beperking wordt dan niet meer gedicteerd door de veiligheid maar door de hoeveelheid stikstof die beschikbaar is voor injectie. En dat hebben we helemaal zelf in de hand. Op de langere termijn ligt dan een veelvoud van de jaarlijkse 5 miljard kubieke meter in het verschiet.
Klus voor Vijlbrief
De voor de Groningse gaswinning eerstverantwoordelijke bewindsman van Economische Zaken en Klimaat (EZK), staatssecretaris van mijnbouw Hans Vijlbrief, zal zijn agenda drastisch moeten omgooien. Er is op dit moment geen enkel valide argument te bedenken voor een definitieve sluiting van het Groningen gasveld.
Integendeel, alles pleit er voor om het gasveld open te houden en een tweede leven te laten beginnen. De staatssecretaris zal de voorgenomen sluiting van het Groningen gasveld met spoed moeten terugdraaien en in plaats van sluiting een nieuwe productieperiode moeten gaan voorbereiden.
Bij uitstek geschikt voor CO2-opslag
Tenslotte. Als het Groningen gasveld inderdaad open blijft, doet het kabinet er ook verstandig aan de voorgenomen sluiting van de Nederlandse kolencentrales per 2030 te heroverwegen. De reden is dat het Groningen gasveld bij uitstek geschikt is voor de opslag van CO2, bijvoorbeeld van CO2 uitgestoten door de naburige fonkelnieuwe Eemscentrale die nota bene al uitgerust is met een CO2 afvanginstallatie ─ indertijd een eis voor de bouw van die centrale.
Met de productie van elektriciteit in de kolengestookte Eemscentrale worden dan twee vliegen in een klap geslagen: reductie van de CO2-uitstoot en een reductie van de vraag naar Russisch gas. De Eemscentrale hoeft dus in het geheel niet per 2030 gesloten te worden. Hier ligt een uitgelezen kans voor minister Rob Jetten, de minister voor Klimaat en Energie, om zijn groene veren te tonen.
Conclusie:
1 De gaskraan in Groningen kan zonder bezwaar open blijven.
2 De Eemscentrale hoeft helemaal niet dicht.
Wynia’s Week publiceert nuchtere analyses van het klimaat- en energiebeleid. Steunt u deze broodnodige berichtgeving? Dat kan via de bankrekening van Wynia’s Week NL94 INGB 0006 3945 08 of HIER. Hartelijk dank!