Nederlands verzet tegen aardgas en aarzeling over kernenergie schaadt klimaat èn Nederland

borssele
De kerncentrale bij Borssele.

Nederland verzet zich in Brussel tegen EU-plannen om aardgas als ‘groen’ aan te merken, en aarzelt zo te zien over kernenergie. Daarmee schaadt het kabinet-Rutte zowel Nederland zelf als het klimaat op ernstige wijze. Meer aardgas en kernenergie verminderen de Europese CO2-uitstoot aanzienlijk in de komende 10-20 jaar, en daar kunnen wij met onze hoogwaardige kennis en infrastructuur enorm aan bijdragen. Dat is goed voor het milieu en goed voor onze economie. Wiens belangen dienen onze parlementariërs en bewindslieden eigenlijk door hier tegen te zijn?

Nederland heeft vier kolencentrales, waarvan er drie pas 6-7 jaar oud zijn. Daarmee beschikken we over een schat aan actuele kennis van efficiënte energieopwekking met steenkool. Met die hoogwaardige kennis kunnen we andere landen helpen om hun kolencentrales efficiënter te maken. Daarmee zouden we de wereldwijde CO2-uitstoot door steenkool kunnen verlagen, van de huidige 25 procent naar bijvoorbeeld 24 procent. Dat is 1 procentpunt besparing.

We hebben ook een schat aan kennis en infrastructuur van aardgas. Daarmee kunnen we andere landen helpen om van steenkool naar aardgas te gaan. We zouden zo de wereldwijde CO2-uitstoot van steenkool verder kunnen verlagen, bijvoorbeeld van 24 procent naar 22 procent. Daar komt dan 2 procent aardgas voor in de plaats, maar dat is wel 1 procentpunt CO2-besparing, want aardgas stoot ongeveer half zoveel CO2 uit als steenkool.

We zijn ook nog eens wereldtop in kernenergie en -fysica, met kerncentrale Borssele, Urenco Almelo, ECN Petten, DIFFER Eindhoven en NIKHEF Amsterdam. Die kennis kunnen we aanwenden om in binnen- en buitenland veilige en efficiënte kerncentrales te helpen realiseren. Als we zo het aandeel kernenergie in de wereld van de huidige 4 procent naar bijvoorbeeld 5 procent kunnen brengen, besparen we nog eens 1 procentpunt CO2.

Strategische rol in de wereld

Wij kunnen in de komende tien jaar met onze strategische kennis van steenkool, aardgas en kernenergie zomaar 3 procent wereldwijde CO2-reductie helpen realiseren. We zouden daar ook miljarden mee kunnen verdienen. Het zou een prestatie van wereldformaat zijn: 3 procent mondiale CO2-uitstoot is zesmaal zoveel als ons eigen aandeel van 0,5 procent en tienmaal zoveel als onze eigen nationale doelstelling om in 2030 van 0,5 procent naar 0,2 procent van het wereldtotaal te gaan.

In plaats daarvan staren parlement en regering zich blind op die binnenlandse reductie van 0,3 procent. Natuurlijk moeten wij als land onze bijdrage leveren, klein zijn betekent niet dat je niks hoeft te doen. Anders zou ik als enkel individu geen belasting hoeven te betalen in de totale rijksbegroting. Zo werkt het natuurlijk niet. We lijken echter helemaal te vergeten dat onze bijdrage aan CO2-reductie buiten de eigen landsgrenzen tien keer zo groot kan zijn als erbinnen. Onze volksvertegenwoordigers en bewindslieden beseffen dat in elk geval niet, met hun onbegrijpelijke verzet tegen aardgas en aarzeling met kernenergie. Daarmee schaden ze het nationale belang en ook het wereldwijde milieu en klimaat.

Parlement en regering verzaken hun plicht

In feite doen parlement en regering zo het omgekeerde van waarvoor ze gekozen en betaald worden. Burgers, bedrijven en natuur hebben geen belang bij een ‘koploperspositie’ van Nederland op de EU-ranglijst van duurzame landen. Wat is er tegen als andere en meestal grotere landen het op papier beter doen dan wij? Dat is toch alleen maar mooi, het zijn toch geen Olympische Spelen?

Andere landen hebben bijvoorbeeld waterkracht, en meer ruimte of minder zware industrie dan ons kleine volle platte landje. Bovendien wordt op die EU-ranglijst alleen maar gekeken naar ieders nationale energiemix, en niet naar de bijdrage die een land aan andere landen levert. Het nieuwe kabinet en parlement zouden nieuw leiderschap kunnen tonen door dit competitieve hokjesdenken te doorbreken, en samen met de EU-partners integraal ketendenken te bevorderen. Verduurzamen is geen wedstrijdje, dat doe je samen.

Wereldspelers als Boskalis en Van Oord waarschuwen voor een antifossiel sentiment in Nederland. Dit werkt belemmerend op de wereldmarkt van energie-infrastructuur, en belet ons om daarin een cruciale bijdrage aan verduurzaming te leveren. Dat zou in navolging van Shell tot een verdere vlucht van toonaangevende bedrijven uit ons land kunnen leiden, aldus VNO-NCW.

Het bedrijfsleven signaleert in de nationale politiek een gebrek aan kennis van de internationale energiemarkt, en het ontbreken van een strategische visie op ons toekomstige verdienvermogen. Dat bedreigt onze toekomstige bijdrage aan wereldwijde verduurzaming, en is dus slecht voor mens, milieu en maatschappij. Het zijn werkgeversgeluiden, maar dat betekent niet dat ze niet waar zijn.

Het beschamende vertrek van Shell illustreert dat het wel waar is, en het nieuwe kabinet zou er goed aan doen om verdere kapitaal- en werkgelegenheidsvlucht tegen te gaan. Dat is veel heilzamer voor economie en natuur dan miljardensubsidies blijven verspillen aan aardgasloze huizen, biomassacentrales en waterstoffabrieken.

Van dogmatiek naar pragmatiek

De tijd van dogmatische heiligverklaring of verkettering van welke energieoptie dan ook is voorbij, dat is oud conservatief leiderschap. De wereld zal de komende twintig jaar zeker nog kerncentrales bouwen, en ook steenkool, olie en aardgas nodig hebben. Het is struisvogelpolitiek om dat te ontkennen. Het is juist zaak om te investeren in schonere en veiligere technologie in deze voorlopig onmisbare energieopties.

Als aardgas internationaal veel CO2 bespaart zou ons minilandje dat niet als een 20e-eeuwse dominee moeten veroordelen. Een 21e-eeuwse dominee met hart voor mens en wereld spoort de pragmatische koopman aan om geld te verdienen met internationale CO2-reductie die een veelvoud is van wat we tussen Vlissingen en Delfzijl kunnen bereiken. Daar zit onze toegevoegde waarde voor de mondiale natuur en maatschappij.

De miljarden liggen op straat

Er liggen miljarden euro’s op straat. Met het huidige conservatieve en ineffectieve energiebeleid, dat wordt gedicteerd door de Vattenfalls en Tesla’s van deze wereld, gooien we die er zelf neer. Laten we ze in plaats daarvan oprapen, en miljarden euro’s gaan verdienen door wereldwijd miljarden tonnen echte CO2 te helpen besparen. De dominee en de koopman in ons hebben dezelfde belangen, hoe mooi kan het zijn!

Toonaangevende Nederlandse bedrijven zouden hierbij moeten worden gestimuleerd in plaats van tegengewerkt. Het nieuwe kabinet heeft werkelijk alle kans om met lef, daadkracht en nieuw leiderschap een vernieuwend energie- en klimaatbeleid te gaan voeren, en zo winnaar te zijn in wat werkelijk telt: Maximale CO2-reductie op wereldschaal met optimale werkgelegenheid en welvaart.

Naschrift: De tekst van bovenstaand artikel is op woensdagmiddag 12 januari 2022 enigszins aangepast waar het gaat om het Nederlandse standpunt over de ‘taxonomie’ van kernenergie.

Maarten van Andel publiceert in Wynia’s Week met regelmaat nuchtere, maar kritische artikelen over het Nederlandse en het Europese klimaatbeleid. Hij werd in augustus 2021 uitvoerig geïnterviewd voor Wynia’s Week TV (WWTV). Die video treft u HIER aan. Steunt u de onafhankelijke berichtgeving van Wynia’s Week? Doneren kan HIER. Hartelijk dank!