Rutte wordt Eurofieler (als hij premier mag blijven)

macron-merkel-rutte-eu-top
Macron, Merkel en Rutte bij een Europese top.

Het staat inmiddels niet meer zo vast, dat Mark Rutte de nieuwe premier van Nederland wordt. Maar laten we daar toch van uitgaan. Wat betekent dit voor de Nederlandse positie binnen de EU? Met D66 als tweede zal het EU-beleid van Rutte één versnelling hoger gaan.

Wat tot nu toe als voorzichtig pro-Europees kan worden omschreven, zal iets minder voorzichtig worden. Maar we zullen dan toch moeten wachten op de Duitse verkiezingen in september om werkelijk te weten welke richting het Europese beleid zal inslaan.

Schoorvoetend pro-Europees

Al langer wordt Rutte verweten dat hij geen principiële houding inneemt over Europa – of bijna elk ander onderwerp – en dus is het belangrijk naar zijn concrete beleid te kijken. Dit kan als schoorvoetend pro-Europees omschreven worden.

De legitimiteit van de Europese eenwording werd nooit in twijfel getrokken, Rutte zelf zei dat het het belang van Nederland diende. Alleen als er geld naar Zuid-Europa moest, werd er tegengestribbeld – al liet Rutte toen liever de minister van Financien Wopke Hoekstra de kastanjes uit het vuur halen.

Gezien de verkiezingsresultaten lijkt Mark Rutte hiermee de stemming van zijn achterban goed te hebben ingeschat: mondjesmaat pro-Europees, vooral waar het de handelsbelangen ten goede komt. Grote geldoverdrachten worden niet geweigerd omdat het de eerste stap naar een fiscale unie zouden zijn, maar omdat de bedragen zo hoog zijn.

Het principe van een Coronafonds werd door Rutte juist gesteund: door de getroffen landen te steunen, werd de interne markt gestut en daarmee het Nederlands belang gediend door afzetmarkten voor Nederlandse goederen zeker te stellen.

De boel bij elkaar houden

In de kern is Mark Rutte voorzichtig pro-Europees, maar bovenal is hij pragmaticus die de boel bij elkaar wil houden. Na de verkiezingswinst van D66 en de aankomst van Volt op het nationale podium, zal het regeerakkoord van Rutte IV ongetwijfeld uitgesprokener pro-Europees worden.

Samenwerking met de PVV en het FVD, de felste eurosceptische partijen, is zo goed als uitgesloten. Een aantal andere mogelijke coalitiepartners, zoals de SP en de ChristenUnie, bekijken de EU ook met argusogen maar zijn daar niet even principieel of fel in. Het is te bezien of Rutte IV in daad eurofieler wordt, maar in woord zal daar niet onderuit te komen zijn.

Nu stelt Rutte zich vaak op als licht euroscepticus die na een Europees overleg zich toch wist te laten overtuigen van het nut van Europese samenwerking. In het nieuwe kabinet zal dit misschien precies omgekeerd zijn: Rutte die zich in Den Haag opstelt als eurofiel, maar na een Europees overleg het toch niet zo zeker meer weet.

Niet alleen binnen zijn eigen kabinet, maar ook binnen Europa wil Rutte de boel bij elkaar houden. Het belangrijkst hierin zijn de banden met onze grootste handelspartner, Duitsland. Na het vertrek van Merkel wordt Rutte de langstzittende premier in Europa, na Viktor Orbán. Echter is het onwaarschijnlijk dat Rutte’s persoonlijke senioriteit zwaar zal wegen – uiteindelijk zijn vooralsnog Frankrijk en Duitsland doorslaggevend in Europa.

Duitsland zal de doorslag geven

De pragmaticus Rutte zal ongetwijfeld zijn beleid herzien naar de uitkomst van de Duitse verkiezingen in september. De gedoodverfde kandidaat om Merkel op te volgen als bondskanselier was Armin Laschet, die op haar oude positie als leider van het CDU zit. Zijn koers is zo goed als identiek aan die van Merkel. Zo evident is het echter niet meer dat hij ook op haar stoel in het Bundeskanzleramt plaats zal nemen.

In de aanloop naar onze eigen verkiezingen is het misschien wat op de achtergrond geraakt, maar het CDU/CSU heeft drie fikse klappen mogen ontvangen. In de provinciale verkiezingen van 15 maart heeft het CDU een historische verkiezingsnederlaag geleden. Ook in de peilingen is de partij plotseling hard onderuit gegaan. Beide deels een reactie op een schandaal rondom CDU-politici die sjoemelden met de verkoop van mondkapjes.

De kans bestaat dat hierdoor wordt gekozen voor de Beierse minister-president en CSU-leider Markus Söder. Hij wordt gezien als een conservatievere, maar populairdere kandidaat dan Armin Laschet. Hoewel hij aan heeft gegeven zich ook aan de lijn van Merkel te houden, heeft hij zich recent wel negatief uitgelaten over de EU, in verband met vaccinaankopen. Het is dus niet ondenkbaar dat hij iets sceptischer tegenover Europa zal staan.

Het is echter nog maar de vraag of hij deze lijn tot uitvoering zal kunnen brengen. Als hij het tij kan keren en het CDU/CSU doen opveren in de peilingen, wil dat nog niet zeggen dat een nieuwe coalitie met het SPD in het verschiet ligt. Het succes van de Duitse groene partij, die uitgesproken pro-Europees is, betekent mogelijk dat zij toe treden tot de nieuwe regering. En dat zou een pro-Europese lijn betekenen, nog meer dan het huidige regeerakkoord.

Fiscale verantwoordelijkheid onder druk

Jarenlang was Duitsland een betrouwbare voorvechter van verantwoordelijk fiscaal beleid op Europees niveau, maar bij de grote crises bleken zij gewilliger de portemonnee te trekken dan landen als Nederland, Oostenrijk, en Denemarken. Als het Duitse beleid nog eurofieler wordt, zal het de vraag worden hoe lang Nederland nog stug ‘nee’ kan zeggen.

Het ‘nee’ van Hoekstra en Rutte tegen een al te genereus coronafonds maakte hun geen vrienden in Zuid-Europa. De ophef was van korte duur, de geschoffeerde landen wilden natuurlijk wel geld uit het noorden ontvangen en kregen dat uiteindelijk ook! De ‘Vrekkige Vier’ van landen (Nederland, Zweden, Denemarken, en Oostenrijk) bondt uiteindelijk in, nadat er wat toezeggingen werden gedaan.

Saillant detail hierin is dat de premier van Oostenrijk, Sebastian Kurz, schijnbaar onder druk is gezet door coalitiepartner de Groenen om toegeeflijk te zijn in de onderhandelingen. Een verzwakt CDU in Duitsland zal waarschijnlijk hetzelfde patroon volgen en zich actief inzetten voor meer Europese integratie.

Rutte zal zich aanpassen en Eurofieler worden

De peilingen wijzen er op dat de Groenen een belangrijke rol zullen spelen na de verkiezingen in Duitsland. Als we naar de Groenen in Oostenrijk kijken, dan lijkt de kans groot dat ze hun invloed zullen uitoefenen om een Europese koers te varen.

Mark Rutte zal hier op inspelen en zich aanpassen, zoals hij zich ook zal aanpassen aan zijn coalitiepartners. Al met al betekent dat, dat het nieuwe Ruttekabinet meer genegenheid naar de EU zal tonen. Daar zullen natuurlijk altijd beperkingen op zitten – Rutte moet immers aan zijn eigen achterban denken. Maar hij zal zich snel aan de nieuwe realiteit aanpassen.

Een eerste teken hiervan is het discussiestuk dat Rutte met de Spaanse premier Sánchez presenteerde: een voorstel om het vetorecht van EU-lidstaten af te schaffen op bepaalde terreinen. Dit zou de Europese integratie zeker een versnellinkje hoger laten draaien, maar het blijft voorzichtig – want wat Nederlands belastinggeld betreft, blijft het vetorecht onaangeroerd.