1,5 graad opwarming is een illusie gebleken. Maar laat trekken aan een dood paard maar aan Wopke Hoekstra over
Dachten we toch dat het met die anderhalve graad wel gedaan zou zijn. Hadden we mooi buiten dr Sultan Ahmed Al Jaber gerekend, de 50-jarige minister van Industrie en Technologie van de Verenigde Arabische Republieken, CEO van de Abu Dhabi National Oil Company (ADNOC) en voorzitter van de Abu Dhabi Future Energy Company. Van 30 november tot 12 december wordt in zijn land en onder zijn voorzitterschap de achtentwintigste VN Klimaatconferentie (COP28) gehouden, de jaarlijkse klimaatjamboree voor de vele tienduizenden makers en volgers van klimaatbeleid uit alle delen van de wereld.
Wat staat er pontificaal op de agenda van de COP28? Juist, het levend houden van de anderhalve graad. Volgens Al Jaber moet dat de topprioriteit zijn tijdens de COP28 omdat we zonder een drastische koerswijziging het anderhalvegraaddoel dreigen te missen. De COP28 in Abu Dhabi is bij uitstek de gelegenheid ’to rethink, reboot and refocus’ de klimaatagenda en de anderhalvegraaddoelstelling, aldus Al Jaber in zijn welkomst boodschap aan de COP28 deelnemers. Wie twijfelden er ook alweer aan de keuze van de topman van oliemaatschappij ADNOC als voorzitter van de COP28?
De ondergrens van 1,5 graad heeft geen fysische betekenis
Voor de niet-ingewijden onder ons: de anderhalve graad is de ondergrens van de in het Akkoord van Parijs toelaatbaar veronderstelde opwarming van de aarde. In dat akkoord, afgesloten tijdens de eenentwintigste VN Klimaatconferentie in Parijs (COP21) in december 2015, kwamen de landen van de wereld overeen de opwarming van de aarde sinds de pre-industriële periode te beperken tot ruim onder de twee graden (de bovengrens) en te streven naar een opwarming van hooguit anderhalve graad (de ondergrens).
Voor alle duidelijkheid: de twee grenzen zijn de uitkomst van een politiek onderhandelingsproces en hebben geen speciale fysische betekenis.
De haalbaarheid van de anderhalve graad-ondergrens werd van meet af aan door de meer kritisch ingestelde klimaatwetenschappers sterk in twijfel getrokken. Die twijfel werd drie jaar later in 2018 voor een groot deel weggenomen met de verschijning van een speciaal rapport (SR15) van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC), de wetenschappelijke klimaattak van de VN.
In dat rapport werd geconcludeerd dat beperking van de wereldwijde opwarming tot anderhalve graad niet is uitgesloten maar dat daarvoor wel een ongekend drastische reductie (‘deep cut’) in de mondiale uitstoot van broeikasgassen nodig is – en dus ook in het mondiale verbruik van fossiele brandstoffen.
Sindsdien hebben de westerse regeringen de anderhalve graad uitgelegd als het enige echte doel van Parijs, een wetenschappelijk vastgestelde, kritieke grens die onder geen beding mag worden overschreden. Mocht dat wel gebeuren dan zal rampspoed ons ten deel vallen.
Wynia’s Week houdt de merkwaardige bewegingen van het Nederlandse klimaat- en energiebeleid scherp in de gaten. Wilt u deze broodnodige berichtgeving als donateur mede mogelijk maken? Heel graag! Hartelijk dank! |
Tijdens de G7-top van wereldleiders in de zomer van 2021 in het Verenigd Koninkrijk met als gastheer de toenmalige premier en klimaathavik Boris Johnson was de bevordering van het anderhalvegraaddoel in de rest van de wereld een van de belangrijkste gespreksonderwerpen. De anderhalve graad als het enige en ware doel van Parijs wordt ook vol overtuiging ondersteund door de VN-klimaatorganisaties met voorop de secretaris-generaal van de VN António Guterres.
Apocalyptische bewoordingen
De voorstanders van de anderhalve graad deinzen er niet voor terug de noodzaak ervan in de meest apocalyptische bewoordingen aan te prijzen. Volgens de voormalige klimaatcommissaris van de EU en de huidige lijsttrekker van de combinatie GroenLinks/PvdA Frans Timmermans staat niet minder dan ‘het lot van de mensheid op het spel’. Maar dat haalt het niet bij de uitspraken van de ongekroonde koning van de klimaathyperbool, VN-chef Guterres. Na een eerdere waarschuwing dat de mensheid zich bevindt op de ‘highway to hell’ kondigde hij afgelopen zomer het tijdperk van ‘global boiling’ aan. Er is nog hoop voor de mensheid maar dan moeten we ons wel strikt aan de anderhalve graad houden.
Tijdens de klimaatconferentie najaar 2021 in Glasgow (COP26) met als gastheer alweer premier Johnson, stond de anderhalve graad ook al prominent op de agenda. Zonder veel succes overigens, het punt werd doorgeschoven naar de volgende conferentie, de COP27 in de Egyptische badplaats Sharm el Sheikh.
Daar hield de belangstelling voor de anderhalve graad ook niet over, tot grote teleurstelling van de deelnemende westerse landen. De toenmalige EU-delegatieleider Timmermans probeerde het tij nog te keren door te dreigen de conferentie voortijdig te verlaten, maar deed dat bij nader inzien toch maar niet. Na Sharm el Sheikh leek de anderhalve graad definitief dood.
Klimaatwetenschappers geloven er niet meer in
De hernieuwde aandacht voor het anderhalvegraaddoel in Abu Dhabi kan natuurlijk op de enthousiaste instemming rekenen van de EU en de nieuwbakken klimaatcommissaris Wopke Hoekstra van de Europese Commissie, de kameleontische opvolger van de bevlogen klimaatvisionair Timmermans. Ondanks de twee blauwtjes in Glasgow en Sharm el Sheikh gelooft het EU klimaatkader nog steeds heilig in de anderhalve graad.
Dat moet ook wel want anders zou het fundament onder het Europese klimaatbeleid (de Europese Green Deal) wegvallen. Daarin is de anderhalve graad het overkoepelende doel met als afgeleide doel een netto-nul uitstoot (klimaatneutraliteit) in 2050. Dat het geloof in de anderhalve graad niet meer wordt gedeeld door het merendeel van de internationale klimaatwetenschappers lijkt nog niet te zijn doorgedrongen in Brussel (en in Abu Dhabi).
De EU heeft er dan ook alles aan gedaan om Al Jaber met raad en daad te ondersteunen in zijn poging de anderhalve graad centraal te stellen in Abu Dhabi. Op initiatief van Spanje, op dit moment de roulerend voorzitter van de EU, werd er op 2 oktober in Madrid ter voorbereiding van de COP28 een ‘high-level meeting’ gehouden voor internationale klimaatbeslissers over het belang van de anderhalvegraaddoelstelling.
De bijeenkomst werd georganiseerd in nauwe samenwerking met de CEO van het prestigieuze Internationale Energieagentschap (IEA) in Parijs, de Turkse energie-econoom dr Fatih Birol, een vurig pleitbezorger van de anderhalve graad. Zowel de VN-baas Guterres als de president van de COP28 Al Jaber bevonden zich onder de genodigden. Alle neuzen van de ‘high-level’ internationale klimaatbeslissers staan sinds 2 oktober de juiste kant op.
Een week later op 9 oktober vergaderden de verzamelde EU-klimaatministers met als voorzitter de Spaanse minister Teresa Ribera Rodríguez over de marsorders voor het EU-onderhandelingsteam onder leiding van EU-klimaatcommissaris Hoekstra. Afgesproken werd dat de EU-delegatie zich eerst en vooral zal inzetten voor een meer ambitieus mondiaal klimaatbeleid om het anderhalvegraaddoel zeker te stellen, geheel in lijn met de agenda van president Al Jaber.
Daarnaast zal de EU ook pleiten voor een snelle mondiale uitfasering van ‘klimaatsubsidies’. In dezelfde bijeenkomst stelde de nieuwe klimaatcommissaris Hoekstra voor in één moeite door dan ook maar alle fossiele brandstoffen mondiaal uit te bannen, maar dat ging de EU-klimaatministers toch te ver.
Gaat het lukken de 1,5 graad weer tot leven te wekken?
Terzijde, in zijn pleidooi voor de ban op fossiele brandstoffen sprak klimaatcommissaris Hoekstra over het ‘overkoken van de planeet’. Nog vragen over de groene inborst van Hoekstra?
Gaat het president Al Jaber lukken de anderhalve graad weer tot leven te wekken? Helaas voor Al Jaber en alle andere pleitbezorgers: de kans op een wederopstanding van de anderhalve graad is nul komma nul. Dat valt eenvoudig in te zien.
De opwarming van de aarde bedraagt op dit moment al 1,2 graad. Uitgaande van de huidige temperatuur- en uitstoottrends zal de anderhalve graad ergens tussen 2030 en 2035 worden overschreden. Het betekent dat om onder die grens te blijven de wereldwijde trend in de CO2-uitstoot tussen nu en 2030 drastisch zal moeten worden omgebogen en rond 2040 moet uitkomen in een netto-nul-uitstoot.
De sleutel voor die drastische ombuiging ligt niet bij de G7, maar bij de BRICS-landen (Brazilie, Rusland, India, China en Zuid Afrika) en de met BRICS verwante landen die met elkaar goed zijn voor zo’n driekwart van de wereldwijde CO2-uitstoot. De grote uitstoters China en India hebben weliswaar toegezegd op termijn naar een netto-nul-uitstoot te streven maar dat zal pas tegen het einde van de eeuw effect sorteren.
Kortom, we kunnen de netto-nul-uitstoot in 2040 wel vergeten en daarmee ook de anderhalve graad. Leuk of niet, dat is de geopolitieke realiteit.
Naar verwachting zullen de onderhandelingen over de anderhalve graad tijdens de COP28 in Abu Dhabi dan ook aflopen zoals destijds tijdens de COP26 in Glasgow en de COP27 in Sharm el-Sheikh: geen overeenstemming en doorschuiven naar de volgende COP om gezichtsverlies bij de voorstanders te voorkomen.
Voor de EU dreigt opnieuw een debacle
Voor de EU als zelfverklaard klimaatleider, klimaatvoorbeeld voor de rest van de wereld en kampioen van de anderhalve graad dreigt er opnieuw een pijnlijk debacle. Driemaal is scheepsrecht. De EU-leiders en beleidsmakers moeten toch langzamerhand beseffen dat ze met die anderhalve graad aan een dood paard staan te trekken. De kwestie is een illusie gebleken en op illusies kun je geen beleid bouwen.
Misschien is het onafwendbare echec in Abu Dhabi voor de Europese Commissie aanleiding tot een fundamentele herbezinning van de uitgangspunten van het EU-klimaatbeleid. ’To rethink, reboot and refocus’ de Europese klimaatagenda, om met COP28 president Al Jaber te spreken. Moet de EU haar klimaatbeleid ijzerenheinig blijven richten op de illusoire anderhalve graad opwarming en de onhaalbare netto-nul-uitstoot in 2050? Of moeten de na te streven klimaatdoelen meer in lijn worden gebracht met de (geopolitieke) werkelijkheid?
Zo’n herbezinning lijkt een uitgelezen uitdaging voor de kortdate klimaatcommissaris Hoekstra in de tijd die hem nog rest voordat zijn termijn volgend jaar zomer afloopt. Mocht hij daarin slagen dan ligt er voor hem een gouden toekomst in de klimaatdiplomatie in het verschiet.
Jacques Hagoort is gepromoveerd in de natuurkunde aan de TU Delft. Hij was als onderzoeker en raadgevend ingenieur werkzaam in de olie- en gasindustrie. Van 1988 tot zijn pensionering in 2002 was hij parttime hoogleraar reservoirtechniek aan de TU Delft.